006133690006

006133690006

BOUW EN INFRA

MIDDENKADERFUNCTIONARIS BOUW EN INFRA Kwalificatie Bouw Crebo 94051

Projectwijzer 9 Ontwerp grote bouwprojecten versie 4 Begeleidersversie

MIDDENKADERFUNCTIONARIS BOUW EN INFRA Kwalificatie Bouw Crebo 94051

Versie 4 – april 2013

Projectwijzer 9 Ontwerp grote bouwprojecten Begeleidersversie

Student:

Studentnummer:

Cohort:

Opleidingsinstituut:

BPV-bedrijf:

Artikelnummer: 006133690006

Colofon Deze uitgave is gerealiseerd onder verantwoordelijkheid van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

Directie en managementteam M. Wouters, L. Fine, B. Huijberts, I. Rabelink, A. Pijnenburg

Ontwikkelteamleider I. van der Laan

Ontwikkelteam M. Asunis G. Hogerhuis

Drenthe College Drenthe College

J. de Jong

Zadkine

H. van der Wee

Van der Wee Coaching

De volgende docenten hebben meegewerkt aan de totstandkoming van deze projectwijzer W. Bos ROC Landstede W. Faber Noorderpoort J. de Groot ROC Nijmegen L. van Grunsven ROC Nijmegen L. de Klerk ROC Midden-Nederland Amersfoort M. Koreneef ROC Mondriaan T. Laarman SOMA College N. Levenga Alfa College J. van der Made ROC A12 N. Nuis Da Vinci College G. Pijnappels ROC Nijmegen W. Vreeling Noorderpoort P. Willemsen ROC ASA Amsterdam

Redactie I. van der Laan, A. Brink

Ontwerp en opmaak Studio Blanche: Henny Witjes

DTP Stichting Consortium Beroepsonderwijs/studio Blanche Juni 2013

Foto’s en afbeeldingen I. van der Laan

© 2013 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs. Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat Stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties heeft geregeld. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

Inhoudsopgave

1

Inleiding

6

2

Evalueren en beoordelen

10 11 12 13 16 16 17 18

2.1 Kerntaken en werkprocessen in complexiteit C 2.2 Beoordelen van producten en GO / NO – GO tabel 2.3 Beoordelen van werkprocessen via hun competenties en beoordelingsformulieren

2.4 De afronding van de PW

2.5 De scoretabel

2.6 Toelichting beoordelingsmethoden

2.7 Vaststellingsgesprek

3

Projectcontext

20

4

Projecttaken

22

Fase 1  Projectplanning Projecttaak 1 Projectplan

23 23 27 27 31 35

Fase 2  Realisatie

Projecttaak 2 Het voorontwerp

Projecttaak 3 Definitief ontwerp en installatieplan

Projecttaak 4 De bestektekeningen Projecttaak 5 Constructief ontwerp 38 Projecttaak 6 Welke materialen en producten gaan we toepassen?43 Projecttaak 7 En nu maar schrijven! 48 Projecttaak 8 Blijft het plan binnen het budget? 50 Fase 3  Evaluatie 54 Projecttaak 9 Afronding project 54 Projecttaak 10 (Groeps)Functioneringsgesprek 57

5

Beoordelingsformulieren

60

6

Organisatie

80 81 82 82 84 87 91 92

6.1 Voorbereiding PW

6.2 Leerlijnen

6.2.1 Leerlijn 1 Bouw Algemeen 6.2.2 Leerlijn Bouw Exact en Rekenen

6.2.3 Leerlijn Taalvaardigheden Nederlands en MVT

6.2.4 Leerlijn Loopbaan en Burgerschap

6.2.5 Leerlijn Leren

Bijlagen

94 95 97

Bijlage 1 GO/NO-GO tabel Bijlage 2 Beoordelingsmethoden Bijlage 3 Formulier STARRT-methode

100 102 104 105 106 107 108 109 110 111 114 118

Bijlage 4 Aanwijzingen bij beoordelingsgesprek

Bijlage 5 Scoretabel complexiteit C

Bijlage 6 Stappenplan communicatieschema Bijlage 7 Niveaubepaling leesvaardigheid Bijlage 8 Niveaubepaling luistervaardigheid Bijlage 9 Niveaubepaling spreekvaardigheid Bijlage 10 Niveaubepaling gespreksvaardigheid Bijlage 11 Niveaubepaling schrijfvaardigheid Bijlage 12 Niveauomschrijving CEF Engels

Bijlage 13 Begrippenlijst Bijlage 14 Bedrijfsscan

TERUG NAAR INHOUD

1 Inleiding

6

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

Inleiding voor begeleiders

PW9 Bouw ‘Ontwerp grote bouwprojecten’ is een projectwijzer waarin de nadruk ligt op het uitwerken van het ontwerp voor een (utiliteits)gebouw. Waar mogelijk komen seriematige aspecten aan de orde. De vier projectwijzers voor complexiteit C zijn geschreven rondom de vier kerntaken van het kwalificatiedossier Middenkaderfunctionaris bouw en infra. In deze project- wijzer komen de studenten alle werkprocessen tegen die horen bij kerntaak 1. Bij elk werkproces hoort één projecttaak.

De looptijd van een PW is afhankelijk van de wijze waarop de student hem uitvoert.

10 weken

12 weken

12 weken

6 weken

PW 9

PW 10

PW 11

PW 12

7 werkprocessen

6 werkprocessen

9 werkprocessen

3 werkprocessen

BPV of ROC

Bij voorkeur in BPV Bij voorkeur in BPV BPV of ROC

Wanneer studenten deze PW in de BPV uitvoeren, werken zij aan bouwprojecten van het stagebedrijf. Wordt deze PW op school uitgevoerd, dan werkt een project- groep aan een realistisch project dat u bij voorkeur betrekt vanuit een van uw BPV-bedrijven. Studenten maken veel individuele producten. Er zijn echter ook een paar beroeps- producten die in een projectgroep gemaakt worden. Het is de bedoeling dat er regelmatig overleg is in de projectgroep, waarbij het met name gaat om het uitwis- selen van ervaringen. Beoordeling vindt in deze PW (in geval van een invulling in de BPV) zowel op school als op het BPV-bedrijf plaats. De beroepsproducten van de projectgroep op school bieden met name vakdocenten en projectbegeleider de gelegenheid om de competentieontwikkeling van studenten te volgen. De wijze van beoordelen op de BPV-plaats en op school gebeurt op dezelfde manier. De beoordelingssystematiek is vergelijkbaar met die in de kwalificerende periode. Meer uitleg hierover vindt u in hoofdstuk 2 van deze PW.

De PW’s 9 – 12 van complexiteit C zijn in willekeurige volgorde uit te voeren.

Succes bij het coachen van uw studenten bij de uitvoering van deze projectwijzer.

7

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

PW9 Bouw ‘Ontwerp grote bouwprojecten’ is een projectwijzer

met beroepstaken uit kerntaak 1: Werkt initiatief uit.

Deze projectwijzer Deze projectwijzer gaat over het ontwerpen van een meerlaags (utiliteits)gebouw met (waar mogelijk) seriematige aspecten. Je gaat je vooral bezighouden met het initiatief en het ontwerpen van een gebouw. Je verzamelt en verwerkt (situatie)gegevens, werkt een deel van het ontwerp uit en maakt daarvoor het bestek met tekeningen. Ook wordt je betrokken bij het uitrekenen van de constructie, het kiezen van materialen en producten en het uitwerken van de kosten.

De vier projectwijzers voor complexiteit C zijn geschreven rondom de vier kerntaken van het kwalificatiedossier Middenkaderfunctionaris bouw en infra. In de projecttaken van deze projectwijzer kom je alle werkprocessen tegen die horen bij kerntaak 1. De tijdsbesteding ligt rond de 10 weken per PW. De PW is zowel binnenschools als op een BPV-plaats uitvoerbaar. Wanneer jij deze PW in de BPV uitvoert, werk je aan bouwprojecten van je stagebedrijf. Voer je deze PW op school uit, dan werk jij samen met je projectgroep aan een realistisch project dat bij voorkeur in je eigen omgeving gerealiseerd wordt.

De looptijd van een PW is afhankelijk van de wijze waarop jij hem uitvoert.

10 weken

12 weken

12 weken

6 weken

PW 9

PW 10

PW 11

PW 12

BPV of ROC

Bij voorkeur in BPV Bij voorkeur in BPV BPV of ROC

In PW9 worden veel individuele producten gevraagd. Er zijn echter ook beroepsproducten die in een projectgroep gemaakt worden. Het is de bedoeling dat er regelmatig overleg is in de projectgroep, waarbij het met name gaat om het uitwisselen van ervaringen. Beoordeling vindt in deze PW (in geval van een invulling in de BPV) zowel op school als op het BPV-bedrijf plaats. De wijze van beoordelen op de BPV-plaats en op school gebeurt op dezelfde manier. De beoordelingssys- tematiek is vergelijkbaar met die in de kwalificerende periode. Meer uitleg hierover vind je in hoofdstuk 2 van deze PW.

De PW’s 9 – 12 van complexiteit C zijn in willekeurige volgorde uit te voeren.

Succes bij het werken aan deze projectwijzer.

8

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

9

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

2 Evalueren en beoordelen

10

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

2.1 Kerntaken en werkprocessen in complexiteit C

Welke kerntaken, werkprocessen en competenties er voor je beroep zijn en welke eisen daaraan worden gesteld, staat omschreven in een kwalificatiedossier. Dat is een wettelijk document waarin je exameneisen staan omschreven. Voor jouw opleiding is dat het kwalificatiedossier Middenkaderfunctionaris bouw en infra.

Vanaf het begin van je opleiding verricht je activiteiten die gekoppeld zijn aan de werkprocessen van je beroep en de competenties die daarbij horen.

Vanaf complexiteit C werk je aan projecttaken die de omvang hebben van een werkproces. Ook de context waarin je werkt is die van het kwalificerend niveau. Bij het uitvoeren van je taken heb je nog wel begeleiding. Dat laatste is het verschil tussen complexiteit en je examen. De indeling over je hele opleiding is als volgt:

Complexiteit A

Complexiteit B

Complexiteit C

Complexiteit D

• eenvoudige projecttaken • eenvoudige

• eenvoudige projecttaken • minder eenvoudige beroepscontext • zelfstandig uitvoeren met veel begeleiding

• omvangrijke projecttaken • iets meer complexe beroepscontext • zelfstandig uitvoeren onder

• omvangrijke beroepstaken • complexe

beroepscontext

beroepscontext

• zelfstandig

• zelfstandig

uitvoeren met veel begeleiding

uitvoeren met begeleiding op afstand

afnemende begeleiding

11

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

Kerntaken en werkprocessen van het kwalificatiedossier die aan bod komen in deze PW zijn:

Kerntaak 1 Werkt initiatief uit 1.1 Verzamelt en verwerkt (situatie)gegevens

K Vakdeskundigheid toepassen M Analyseren N Onderzoeken E Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen M Analyseren E Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen M Analyseren E Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen M Analyseren L Materialen en middelen inzetten M Analyseren L Materialen en middelen inzetten M Analyseren Q Plannen en organiseren H Overtuigen en beïnvloeden M Analyseren Y Bedrijfsmatig handelen

1.2 Werkt ontwerp uit

1.3 Maakt (bestek)tekeningen

1.4 Werkt (deel)constructies uit

1.5 Kiest materialen en producten

1.6 Maakt bestek

1.7 Maakt kostenraming

2.2 Beoordelen van producten en GO / NO – GO tabel

Bij elke projecttaak staat aangegeven welke producten je moet maken. De meeste van die producten komen ook in de beroepspraktijk voor. Bij de competenties van het aangegeven werkproces vind je meestal ook de eisen waaraan het product moet voldoen. Je begeleider zal je helpen om beroepsproducten te maken die in de praktijk bruikbaar zijn. Hij zal aangeven aan welke criteria het product moet voldoen. Pas als een product genoeg kwaliteit heeft, krijg je een voldoende beoordeling.

12

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

Producten worden beoordeeld met O – V – G

Onvoldoende Een product is onvoldoende wanneer niet wordt voldaan aan een of meer van de criteria bij het product. Voldoende Een product is voldoende wanneer wordt voldaan aan de criteria bij het product.

O

V

Goed Een product is goed wanneer het resultaat bovengemiddeld is.

G

De GO/NO-GO tabel De GO/NO-GO tabel vind je in #icoonbijlage#bijlage 1. Elk product waaraan je in deze projectwijzer werkt, is per fase in de GO/NO-GO tabel opgenomen en moet met een V beoordeeld zijn om een GO voor de betreffende fase te krijgen. Je kunt pas verder naar een volgende projectfase wanneer ALLE PRODUCTEN VAN EEN FASE ZIJN BEOORDEELD MET MINIMAAL VOLDOENDE. Je werkt dus net zo lang door aan producten tot ze minimaal voldoende zijn.

2.3 Beoordelen van werkprocessen via hun competenties en beoordelingsformulieren

Beoordelen van werkprocessen Met het uitvoeren van projecttaken voer je altijd (delen van) werkprocessen uit. Je toont aan dat je een werkproces competent uitvoert door bepaald gedrag te tonen, de benodigde kennis en vaardigheden in te zetten en daarmee het gewenste resultaat te bereiken. Het resultaat bestaat in jouw beroep vaak uit producten die een vooraf vastgestelde kwaliteit moeten hebben. Het resultaat bestaat ook altijd uit het laten zien van competent gedrag. Bij de beoordeling van een werkproces wordt per competentie gekeken of je voldoet aan de daar aangegeven eisen. Die eisen zijn voor de hele opleiding hetzelfde. In het tweede jaar zul je nog niet altijd op elke competentie worden beoordeeld, zijn de gevraagde producten nog niet al te omvangrijk. Je krijgt alle begeleiding die nodig is om de competenties te ontwikkelen waarop je wel wordt beoordeeld. Het complete overzicht van alle werkprocessen en de competenties met criteria is in pdf beschikbaar. Vraag het overzicht aan je projectbegeleider.

13

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

Een werkproces wordt beoordeeld met O – V – G De score van het werkproces is het resultaat van de beoordelingen van je competenties. • Een werkproces wordt beoordeeld met V als 55% of meer van de onderlig- gende competenties is beoordeeld met V of G . • Een werkproces wordt beoordeeld met G als 55% of meer van de competenties is beoordeeld met G en de overige competenties met V . Beoordelen van competenties Bij elk van de competenties bij een werkproces staat aangegeven welk competent gedrag van je wordt verwacht en wat het gewenste resultaat is. Onvoldoende aangetoond Het gewenste resultaat is onvoldoende en/of je laat het gewenste gedrag onvoldoende zien en/of je zet onvoldoende kennis en/of vaardigheden in. Voldoende aangetoond Het gewenste resultaat is voldoende en je laat het gewenste gedrag zien en je zet voldoende kennis en vaardigheden in. Goed aangetoond Het gewenste resultaat is voldoende of goed en je gedrag is bovengemiddeld en/of je toont bovengemiddelde kennis en vaardigheden. Bij elke competentie staat aangegeven welke beoordelingsmethode(n) wordt/ worden ingezet om vast te stellen of jij voldoet aan de gestelde eisen. Er worden zes beoordelingsmethoden ingezet. Deze methoden zijn: • Observatie V G Competenties worden beoordeeld met O – V – G O

• Productbeoordeling • Beoordelingsgesprek • Reflectieverslag

• Presentatie • Kennistoets

Een omschrijving van elk van deze beoordelingsmethoden vind je in bijlage 2.

14

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

Beoordelingsformulieren In hoofdstuk 5 van deze PW staan beoordelingsformulieren. Voor elk werkproces waar je in deze PW aan werkt vind je één formulier.

In elk beoordelingsformulier staat in het eerste deel de omschrijving van het werkproces met het gewenste resultaat.

In het tweede deel van elk beoordelingsformulier staan: • de producten die aan het werkproces zijn gekoppeld met de eisen die aan die producten worden gesteld • de competenties die bij het werkproces horen met de eisen en het gewenste resultaat Bij elk product staat aangegeven wat de werkvorm is en bij welke compe- tenties het product ondersteunend is bij de beoordeling. Bij elke competentie staat aangegeven welke beoordelingsmethoden worden ingezet en wie daarbij de beoordelaars zijn. De beoordelingsmethode(n) per werkproces worden zorgvuldig gekozen. Meestal word je geobserveerd bij het uitvoeren van je werk en kun je met de producten die je maakt ook (onderdelen van) competenties aantonen. Als dat niet toereikend is, wordt je gevraagd een reflectieverslag te schrijven, een presentatie te houden of een kennistoets te maken. Het kan ook zijn dat je competenties aantoont door middel van een beoordelingsgesprek. Tegelijk met de invulling van het beoordelingsinstrument wordt bepaald welke beoordelaars gewenst zijn.

Aan het eind van de periode komen de beoordelaars tot een gemeenschap-

pelijke score per competentie en per werkproces.

15

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

2.4 De afronding van de PW

Na het uitvoeren van alle projecttaken in fase 2 volgt de evaluatiefase. Deze fase bestaat uit twee onderdelen: de afronding van het project en het functioneringsgesprek Afronding project Aan het eind van het project zijn alle producten beoordeeld en hebben de beoorde- laars hun observaties gedaan. Ter afronding van het project moeten er nog een aantal competenties aangetoond worden door middel van een reflectieverslag, een beoordelingsgesprek en/of een presentatie. Functioneringsgesprek Het tweede onderdeel van de evaluatiefase is het functioneringsgesprek. In de projecttaak staat aangegeven of dit een groepsgesprek of een individueel gesprek is. Tijdens het functioneringsgesprek komen de informatie over jouw werkwijze en de resultaten van de hele PW bij elkaar. Jijzelf schat je functioneren in door de beoor- delingsformulieren ook zelf in te vullen. Je geeft feedback op medestudenten van je projectgroep op de onderdelen waar dat wordt gevraagd en zij doen dat ook voor jou. Het belangrijkste is dat je leert van eventuele fouten en verbeterpunten vaststelt voor de volgende periode. De verbeterpunten koppel je aan werkprocessen en eventuele competenties.

2.5 De scoretabel

Het resultaat van de beoordelingen op competenties en werkprocessen en de score voor eindpresentatie en criteriumgericht interview worden verzameld in een scoretabel. Deze tabel biedt een overzicht van je competentieontwikkeling over complexiteit B. De scoretabel vormt uiteindelijk met een door de school bepaalde cesuur de basis voor het behalen van complexiteit C.

De scoretabel van complexiteit C vind je in #icoonbijlage#bijlage 5. Er is ook een Excelversie beschikbaar.

16

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

2.6 Toelichting beoordelingsmethoden

Bij de producten die in deze PW gemaakt moeten worden, staan geen criteria vermeld. U bepaalt zelf met uw docententeam wat in complexiteit C de kwaliteit van de producten moet zijn. De ervaring leert dat scholen hier intern goed zicht op hebben en dat deze inzichten mede worden bepaald door eventuele BPV-bedrijven waar de student mee in aanraking komt. Beoordeling van een competentie gebeurt altijd binnen het werkproces en de kerntaak waarbij de competentie hoort. Er wordt tevens gekeken of het niveau van de vakkennis en de vaardigheden van het gewenste niveau zijn om het werkproces competent uit te voeren. De prestatie-indicatoren bij de competenties in het kwali- ficatiedossier zijn zodanig vertaald dat duidelijk wordt welke criteria er gelden en wat het gewenste resultaat is. Het taalgebruik is aangepast aan het niveau dat van studenten wordt gevraagd. Een compleet overzicht van de gehanteerde criteria vindt u op de bestelsite van www.consortiumbo.nl, nadat u bent ingelogd. Vanaf complexiteit C worden dezelfde beoordelingsmethoden ingezet als in het kwalificerend dossier / examendossier. Waar bij complexiteit A en B de beoorde- lingsmethoden nog gekoppeld zijn aan producten, zijn de beoordelingsmethoden vanaf complexiteit C gekoppeld aan competenties binnen werkprocessen.

U kunt de twee sets beoordelingsmethoden als volgt met elkaar vergelijken.

Complexiteit A en B

Complexiteit C en D

Verschil

Vaardigheidstoets

Observatie

Vaardigheidstoets bestond meestal uit het observeren tijdens een practicum. Observatie is gekoppeld aan alle competenties In alle gevallen moeten producten voldoen aan de eisen die in de beroepspraktijk gelden en worden zij beoordeeld met O-V-G. Daarnaast toont de student via producten vanaf complexiteit C ook (delen van) competenties binnen werkprocessen aan. Tijdens een criteriumgericht interview mogen beoordelaars vragen stellen over alle producten en de processen die nodig waren om de producten tot stand te brengen. Een beoordelingsgesprek is gekoppeld aan een of meer competenties binnen werkprocessen. De vragen zijn er op gericht dat de student aantoont dat hij voldoet aan de daar gestelde eisen.

Productbeoor- deling

Criteriumgericht interview

Beoordelingsge- sprek

Reflectieverslag

Reflectieverslag Vanaf C is het reflectieverslag gekoppeld aan een of meer competenties binnen werkprocessen. De student toont aan dat hij voldoet aan de daar gestelde eisen.

17

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

Eindpresentatie

Presentatie

Vanaf C is er geen eindpresentatie meer waarin studenten een groot deel laten zien van wat ze in een periode hebben gedaan. Wel wordt er van hen een presentatie verwacht die gekoppeld is aan een of meer competenties binnen werkprocessen. De student toont met de presen- tatie aan dat hij voldoet aan de daar gestelde eisen. Vanaf C wordt de kennistoets gekoppeld aan een of meer competenties binnen werkprocessen. De vragen in de kennistoets geven de student de gelegenheid aan te tonen dat hij voldoet aan de daar gestelde eisen.

Kennistoets

Kennistoets (alleen in C)

2.7 Vaststellingsgesprek

De hoeveelheid beoordelingsmomenten, de meerdere beoordelingsmethoden en de inzet van meerdere beoordelaars zorgen gezamenlijk voor een statistische hardheid van de beoordelingen. Het docententeam verdeelt meestal projecttaken met de bijbehorende producten. Dan kan het voorkomen dat meerdere beoordelaars verantwoordelijk zijn voor hetzelfde werkproces. Wanneer een projecttaak in de BPV wordt uitgevoerd zal een van de beoordelaars iemand van dat bedrijf zijn. De beoordelaars maken in eerste instantie elk gebruik van een eigen beoordelingsformulier. Zij gebruiken de kolom ‘Opmerkingen’ in het eerste deel van het beoordelingsfor- mulier om opvallend gedrag van een student te beschrijven, op het moment dat zij een of meer competenties met O of G willen beoordelen. Uiteindelijk moet u per competentie en per werkproces tot een gemeenschappelijke beoordeling komen. Daartoe houdt u met de vakdocenten en de projectbegeleider dan wel de beoordelaar van het BPV-bedrijf en de projectbegeleider een vaststel- lingsgesprek. Om de gezamenlijke score op een valide wijze te kunnen vaststellen is het belangrijk dat elke beoordelaar die een beoordeling O en/of G geeft, dit verant- woordt in de kolom ‘Opmerkingen’ van het betreffende beoordelingsformulier. Dat geldt ook voor de studenten wanneer zij optreden als medebeoordelaar. Bij het vaststellen van de gezamenlijke score bekijkt u per competentie eventuele opmerkingen en bepaalt wat van doorslaggevende betekenis is. Bij een definitieve score O en/of G verantwoordt u deze gezamenlijke beslissing in de kolom ‘Opmer- kingen’ van het betreffende beoordelingsformulier.

De scoretabel is ook te downloaden via www.consortiumbo.nl, onderdeel bestellen techniek, onderdeel downloads (nadat u bent ingelogd).

18

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

Wij raden u aan kennis te nemen van het kwalificerend dossier / examendossier dat hoort bij de serie producten voor deze opleiding en dat gebruikt wordt bij het examen. U heeft dan zicht op het einddoel dat u uiteindelijk met uw studenten wil bereiken.

Informatie voor begeleiders

Bij de producten die in deze PW gemaakt moeten worden staan geen criteria vermeld. U bepaalt zelf met uw docententeam wat in dit eerste leerjaar de kwaliteit van de producten moet zijn. De ervaring leert dat scholen hier intern goed zicht op hebben en dat deze inzichten mede worden bepaald door eventuele BPV-bedrijven waar de student het eerste jaar mee in aanraking komt. Een pdf-document met een overzicht van kerntaken, werkprocessen en compe- tenties, inclusief de daarbij gestelde eisen en te behalen resultaten is te downloaden via www.consortiumbo.nl , onderdeel bestellen techniek, onderdeel downloads (nadat u bent ingelogd). Het overzicht is af te drukken op A3-formaat. De hoeveelheid aan beoordelingsmomenten in diverse contexten, de verschillende werkvormen en de inzet van meerdere beoordelaars zorgen gezamenlijk voor een statistische hardheid van de beoordelingen. De producten in de monitor zijn gekoppeld aan een werkproces. Daarmee ligt ook vast welke competenties de student ontwikkelt en welk gedrag daarbij gewenst is. De monitor geeft een compleet overzicht van de werkprocessen en competenties waaraan elk product is gekoppeld. Samen met de pdf waarin ook de eisen bij de competenties zijn opgenomen weten alle beoordelaars precies waar de studenten aan moeten voldoen. En belangrijker: de studenten weten dat zelf ook. De monitor is ook te downloaden via www.consortiumbo.nl , onderdeel bestellen techniek, onderdeel downloads (nadat u bent ingelogd). De scoretabel is ook te downloaden via www.consortiumbo.nl, onderdeel bestellen techniek, onderdeel downloads (nadat u bent ingelogd). Wij raden u aan kennis te nemen van het kwalificerend dossier dat hoort bij de serie producten voor deze opleiding en dat gebruikt wordt bij het examen. U heeft dan zicht op het einddoel dat u uiteindelijk met uw studenten wil bereiken.

19

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

3 Projectcontext

20

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

In deze projectwijzer ga jij je volledig richten op het uitwerken van een initiatief. Het gaat in dit project om een meerlaags (utiliteits)gebouw, zo mogelijk met seriematige aspecten. Dit gebouw rust op een paalfundering en bevat een staalconstructie en elementen van prefabbeton. Je krijgt van de architect de opdracht een voorlopig ontwerp te maken dat aan de opdrachtgever getoond kan worden. Na goedkeuring van de opdrachtgever maak je het definitief ontwerp, het bestek en de bestektekeningen. Uiteindelijk maak je ook een directiebegroting, zodat de opdrachtgever een goed beeld krijgt van de uiteindelijke kosten van dit project. Je kunt de taken in deze projectwijzer uitvoeren bij een BPV-bedrijf, op school of gedeeltelijk bij een bedrijf en gedeeltelijk op school. Dat hangt af van jouw wensen en van de mogelijkheden die er zijn bij het BPV-bedrijf. De wijze van uitvoering is ook afhankelijk van de manier waarop op jouw school de BPV georganiseerd wordt. Er worden in deze fase van je opleiding veel individuele beroepsproducten van je gevraagd. Je zult echter ook groepsproducten tegenkomen. Deze zijn vaak gebaseerd op uitwisseling van jouw ervaringen en die van de andere leden van je projectgroep op school. De vergelijking van jullie ervaringen geeft je een goed beeld van alle mogelijkheden en varianten, die in de praktijk voorkomen. Ook als je alle taken bij een BPV-bedrijf kunt uitvoeren, ben je dus minimaal één dag in de week op het ROC om samen met je projectgroep te werken aan deze groepsproducten.

21

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

4 Projecttaken

22

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

Projectplanning

Fase 1  

Projecttaak 1 Projectplan

Dit project kun je, als je daarvoor een passende BPV-plaats hebt, bijna geheel in de BPV uitvoeren. Als je geen passende BPV-plaats hebt, kun je dit project geheel op school uitvoeren. Ook kun je misschien een aantal taken in de BPV en een aantal taken op school uitvoeren. Jij bent zelf verantwoordelijk voor de uitvoering van dit project. Onderzoek daarom wat er precies van je wordt verwacht en welke onderdelen je op je BPV-plaats kunt en wilt uitvoeren. Maak concrete afspraken met je BPV-bedrijf over het bouwproject waaraan je gaat werken en de projecttaken die je op het bedrijf kunt uitvoeren. Geef in je projectplan nauwkeurig aan hoe het bouwproject waaraan je gaat werken, eruit ziet en hoe je de taken gaat uitvoeren. Voeg bij het projectplan ook de verdere afspraken die je met het bedrijf gemaakt hebt over bijvoorbeeld werktijden, vrije dagen, ziekte etc. Komen deze overeen met wat in een reguliere arbeidsovereenkomst staat? Stel vast welke achtergrondkennis je mist. De collega’s uit je projectgroep werken waarschijnlijk aan andere bouwprojecten dan jij. Juist door jullie verschillende ervaringen heb je de kans om in korte tijd vrij breed ervaringen op te doen op het gebied van ontwerp en die uit te wisselen. In je projectgroep maak je een Plan van Aanpak voor jullie groepsactiviteiten. Zorg ervoor dat jouw persoonlijke planning, de planningen van de andere leden van de projectgroep én het projectplan van de hele projectgroep goed op elkaar aansluiten.

23

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

Nadat alle plannen zijn goedgekeurd door de projectbegeleider en de praktijk­ begeleiders gaan jullie aan de slag.

Bronnen •

bijlage 1 bijlage 14 bijlage 15

GO / NO-GO tabel

• •

Bedrijfsscan

Overzicht functies bij projectwijzers

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Verantwoord op LB en/of Leren

Projectplan PW9 Bouw

IND Leren Interactie

Plan van Aanpak PW9 Bouw

PG Leren Interactie

LB Loopbaan, Onderzoekt welk werk er is en wat bij hem past LB Loopbaan, Stuurt de eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn LB Burgerschap, Politiek-juridische dimensie

Projectplan PW9 Bouw

IND

GO

NO-GO

24

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

Informatie voor begeleiders

(De aanwijzingen bij projecttaak 1 zijn voor PW9-12 identiek. U kunt deze PW’s in willekeurige volgorde uitvoeren.) Hoe de werkelijke invulling van deze taak wordt, is afhankelijk van de manier waarop de BPV op uw ROC is geregeld en of de student taken uit wil/kan voeren bij een BPV-bedrijf. Als het ROC BPV-plaatsen toewijst, is er geen sprake van een echte sollicitatieprocedure. De student oriënteert zich zo al vroeg op mogelijkheden die zijn BPV-bedrijf biedt. Het is aan te bevelen de studenten in ieder geval één keer een sollicitatieprocedure te laten doorlopen: oriëntatie op mogelijke bedrijven, keuze voor bedrijf, sollicitatiebrief, sollicitatiegesprek. Dit kan eventueel ook in een andere projectwijzer, afhankelijk van de keuze die de student maakt. Interactie Studenten zijn gewend om tijdens het oriënteren op een PW feedback te krijgen van de begeleider op school. Ook in de PW’s van complexiteit C gebeurt dat. Wanneer de student zijn werkzaamheden bij een BPV-bedrijf uitvoert, is het belangrijk dat hij in goed overleg met de BPV-begeleider zijn werkzaamheden vaststelt. Maar ook de begeleider op school bespreekt met de student de haalbaarheid van zijn projectplan. Projectplanning De studenten zorgen ervoor dat de planning in een overzichtelijke strokenplanning komt te staan. In de projectplanning is duidelijk welke afspraken er op bepaalde momenten in de strokenplanning af moeten zijn. Alle keuzes van de studenten moeten erin verwerkt zijn. Ook het bestuderen van de theoretische achtergronden hoort in de planning thuis. Denken de studenten eraan om afspraken te maken met vakdocenten wanneer ze willen dat die hun leervragen beantwoorden? Studenten kunnen naast theorielessen ook andere manieren vinden om aan de gewenste kennis te komen. Denk daarbij aan zelfstudieboeken of cursussen op internet. In dat soort omstandigheden zal er wel behoefte zijn aan vragenuurtjes. Voor het bereiken van voldoende diepgang moeten projectbegeleider en vakdocenten steeds de vragen Hoe? En Waarom? aan de orde stellen. Het zal voor de studenten niet eenvoudig zijn aan te geven welke ondersteuning (lessen) zij verwachten van de (vak)docenten. Het is dan ook goed een lijstje met onderwerpen (in overleg met de praktijkbegeleider bij een (gedeeltelijke) uitvoering in de BPV, gebaseerd op de voorstellen, bij de hand te hebben en dit aan de orde te stellen. De leervragen die uit de groep naar voren komen, zijn afhankelijk van de kennis en zelfstandigheid in de groep. Stimuleer studenten om als groep regelmatig volgens afspraak een bijeenkomst te organiseren. Probeer bij de besprekingen te stimuleren dat zoveel mogelijk onderwerpen aan de orde komen zodat studenten op een zo breed mogelijk terrein kennis opdoen, uiteraard afhankelijk van de mogelijkheden op school of de BPV-plek.

25

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

1. Oriënteren De studenten lezen de projecttaken in de projectwijzer, vormen zich een beeld van context en taken en bepalen wat er moet gebeuren. Zij oriënteren zich op mogelijk- heden om taken in de BPV uit te voeren. De afspraken met hun BPV-bedrijf leggen studenten nauwkeurig vast. Zo kunt u zien welke (onderdelen van) projecttaken op school worden uitgevoerd. De studenten maken verdere afspraken met het bedrijf over bijvoorbeeld werktijden, opnemen vrije dagen, wat te doen bij ziekte etc. Ze verdiepen zich in een standaard arbeidsovereenkomst.

2. Plan van Aanpak • Welke taken/afspraken in de BPV, welke op school • Overleg met projectgroepleden • Planning individueel • Planning projectgroep.

3. Realiseren De student voert het Plan van Aanpak uit. Hij maakt een individuele planning en maakt in goed overleg een groepsplanning. 4. Evalueren Is het mogelijk alle taken op de juiste wijze uit te voeren? Is er genoeg ruimte in de planning om op tijd alles af te hebben? Kloppen alle individuele planningen met de groepsplanning? Is er gedacht aan de noodzakelijke theoretische ondersteuning? Loopbaan De student verdiept zich, wanneer hij deze PW in de BPV uitvoert, in de taken en verantwoordelijkheden die hem op zijn BPV te wachten staan. Hij is dus bewust bezig met mogelijkheden die hij na de opleiding heeft en met zijn loopbaan. Hij ervaart op zijn BPV-bedrijf ook welke functies er zoal door MBO-ers worden vervult en krijgt daarmee beter zicht op wat hijzelf ambieert. De politiek-juridische dimensie Wanneer de student deze PW in de BPV uitvoert krijgt hij een stagecontract. Hij moet zich verdiepen in de rechten en plichten die in dat contract worden aangegeven. Als het goed is, is hij in deze fase in staat om te beoordelen of het contract conform de geldende CAO is opgesteld. Leerlijn Loopbaan en Burgerschap

26

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

Realisatie

Fase 2  

Projecttaak 2 Het voorontwerp

Je gaat werken aan een meerlaags utiliteitsbouwproject met een fundering op palen, een stalen draagconstructie en prefab betonnen elementen. Eventueel is er ook sprake van seriematige aspecten. Dit project komt van je BPV-bedrijf of wordt je door je docent aangereikt. Van het ontwerp waaraan jij gaat werken is het Programma van Eisen bekend. De architect heeft de taak om vanuit een Programma van Eisen een functioneel en esthetisch verantwoord ontwerp te maken. Hij wil een gebouw met een modern karakter. Bij het ontwerp wordt rekening gehouden met het bestemmingsplan, bebouwingsvoorschriften, de omgeving en het Bouwbesluit. Je maakt in overleg met de architect het voorontwerp of je maakt naar aanleiding van een ontwerp van de architect een alternatief. Dit bespreek je met je begeleider. In de eerste fase van het ontwerp, het voorontwerp, gebruik je schetspapier om daarop handmatig de vormgeving van het gebouw te creëren. Je overlegt regel- matig met interne en externe deskundigen en vraagt hun om advies.

27

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

Nadat je tot een definitief voorontwerp gekomen bent, zet je dit om in een digitale tekening.

Bronnen •

bijlage 10

Niveaubepaling gespreksvaardigheid

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Verantwoord op Werkproces

Schetsen voorontwerp

IND 1.1 Verzamelt en verwerkt gegevens

Digitale tekening voorontwerp

PG

1.1 Verzamelt en verwerkt gegevens

28

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

Informatie voor begeleiders

1. Oriënteren Bij uitvoering in de BPV werkt elke student aan een ander ontwerp. Zij helpen daar mee het voorontwerp uit te werken volgens de ideeën van hun architect en gaan uit van de wetgeving rondom hun project. Wanneer de PW in zijn geheel op het ROC wordt uitgewerkt worden de keuze- ontwerpen in tweetallen gemaakt. Er is een wedstrijdelement waarin het beste model op basis van het PvE wordt gekozen door ‘opdrachtgevers’ (docenten). 2. Plan van Aanpak Wanneer deze projecttaak grotendeels in de BPV wordt uitgevoerd, wordt in het Plan van Aanpak voor de projectgroep de invulling van de overlegmomenten opgenomen. 3. Realiseren Individuele beroepsproducten worden of in de BPV-plaats of op het ROC uitgevoerd

4. Evalueren Is de bijdrage van elke student aan de producten op de BPV-plaats in orde?

Leerlijn Bouw Algemeen

Ontwerp • Programma van Eisen • Schetsen

–– Perspectief, dimetrisch, isometrisch –– Ruwe schetsontwerpen –– Voorontwerp

• Duurzaam Bouwen

–– Milieueisen gemeente • Themapakket Dubo, Dubo catalogus • Informatie Gemeente/Kadaster • Welstandscommissie en Commissie Ruimtelijke Ordening

29

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

Leerlijn Bouw Exact

Bouwkundige Omschrijving

Overzicht leerlijn Exact

Inhoud Rekenen/ wiskunde

Raamwerk Niveau

Een voorontwerp maken, een schetsontwerp maken en uitwerken met een CAD-programma.

Schaal en Verhoudingen 2D en 3D. Differentiëren: opper- vlakte minimaliseren of maximaliseren. Ruimtemeetkunde: berekeningen lengte, breedte, hoogte, hoeken, oppervlakte, inhoud, uitslagen, compactheid.

II AC – 3F III ABC – 3F

Wis- en natuurkunde

Zie kolom rekenen/ wiskunde.

30

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

Projecttaak 3 Definitief ontwerp en installatieplan

Als de opdrachtgever instemt met het voorontwerp, kan een aanzet gemaakt worden voor een definitief ontwerp. Dit is een tekening die met behulp van een CAD-programma gemaakt wordt. Om de opdrachtgever een duidelijker beeld te geven van het definitief ontwerp, maak je als extra service een 3D-model. Welke manier van 3D-presentatie je kiest, overleg je met je praktijkbegeleider/ je BPV-begeleider. Hierbij houd je rekening met diverse mogelijkheden van presenteren en beargumenteer je je wijze van presenteren. Al in de ontwerpfase beraadt de architect zich op de keuze van de installaties. Bepaalde keuzes kunnen van invloed zijn op het ontwerp. De gekozen installaties hebben zeker consequenties voor de bouwkundige aspecten. Een ding is zeker: energiezuinigheid moet voorop staan. De architect wil dat jij met een voorstel komt voor een installatieplan en dat je daarbij gebruik maakt van alternatieve energie- bronnen en de nieuwste technieken. Hij wil dat je in een rapportage het installatieplan toelicht. Uit deze toelichting blijkt dat je rekening houdt met de nieuwste trends op dit gebied. Je verwerkt concrete voorbeelden van toepassingen. Vergeet daarbij niet te zoeken naar voorbeelden uit het buitenland, omdat ook daar veel gebeurt op het gebied van energiezuinigheid. Zorg dat je regelmatig overlegt met interne en externe deskundigen en vraag hen om advies. Warmtepompprincipe

grondwater

20%

vrije koeling

14 0 C

aanvoer verwarming

compressor

35 0 C

warmte- wisselaar

verdamper

condensor

10 0 C

warmte- bron

warmte levering

100%

80%

6 0 C

30 0 C

retour verwarming

expansieventiel

18 0 C

haalbron

retourbron

winter 8 0 C zomer 16 0 C

12 0 C

watervoerende laag

31

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

Bronnen •

bijlage 10 bijlage 10 bijlage 12

Niveaubepaling leesvaardigheid Niveaubepaling gespreksvaardigheid Niveauomschrijving CEF Engels

• •

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Verantwoord op Werkproces

Definitief ontwerp

IND 1.2 Werkt ontwerp uit

3D-model definitief ontwerp

IND 1.2 Werkt ontwerp uit

Installatieplan plus toelichting

IND 1.2 Werkt ontwerp uit

32

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

Informatie voor begeleiders

1. Oriënteren De manier en vormgeving van de 3D-presentatie worden opgezet en uitge- werkt. Elke student realiseert daarbij een presentatie van het eigen project Tijdens de BPV-periode overlegt de student met de stagebegeleider welke installaties in het ontwerp nodig zijn. De student oriënteert zich op de eisen die gelden voor elke afzonderlijke installatie. De nadruk van de oriëntering dient te liggen op, daar waar mogelijk, het gebruik van alternatieve energiebronnen.

2. Plan van Aanpak Elke student vraagt tijdig advies over zijn taak.

3. Realiseren Alle studenten brengen tijdens de werkbesprekingen alle gegevens in die zij ter beschikking hebben. Tijdens de bespreking kijken zij kritisch naar elkaars voorstellen en bespreken de kenmerkende verschillen. 4. Evalueren Is de bijdrage van elke student aan de producten op de BPV-plaats in orde? Zijn er kenmerkende verschillen tussen de diverse projecten?

Leerlijn Bouw Algemeen

Ontwerp • 3D weergave • Definitief ontwerp Ontwerp • Riolering • Gasinstallaties • Elektrische installaties • Waterinstallaties

–– Alternatieve bronnen en hergebruik

• Verwarminginstallaties –– Systemen

–– Alternatieve bronnen –– Koeling

• Ventilatie-installaties –– Systemen

–– Warmteterugwinning

33

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

Leerlijn Bouw Exact

Bouwkundige Omschrijving

Overzicht leerlijn Exact

Inhoud Rekenen/ wiskunde

Raamwerk Niveau

Een definitief ontwerp 2D en 3D uitwerken met een CAD-programma.

• Schaal en

II AC – 3F III ABC – 3F

Wis- en natuurkunde

Verhoudingen 2D en 3D • Differentiëren: opper- vlakte minimaliseren of maximaliseren • Ruimtemeetkunde: berekeningen lengte, breedte, hoogte, hoeken, oppervlakte, inhoud, uitslagen, compactheid

Zie kolom rekenen/ wiskunde.

Leerlijn Taalvaardigheden Nederlands en MVT Studenten lezen Nederlands- en Engelstalige teksten over de nieuwste trends op het gebied van energiezuinige installaties en verwerken samenvattingen hiervan in hun toelichting op het installatieplan. Internet biedt een schat aan informatie voor teksten (Duits: zoekwoord: Energie­ einsparung große Gebäude, Engels: zoekwoord: low-energy buildings).

34

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

Projecttaak 4 De bestektekeningen

De bestektekeningen en de daarbij behorende berekeningen worden bij de gemeente ingediend voor het verkrijgen van een vergunning. De bestektekeningen moeten zo volledig, actueel en relevant mogelijk zijn. Er worden dan ook veel detail- tekeningen uitgewerkt. Bij het ontwerp wordt gestreefd naar een lage EPC en extra aandacht voor brandveiligheid. Daarom krijgen aansluitingen bij knooppunten veel aandacht. Op basis van al deze gegevens berekenen zowel de architect als de aannemer de kostprijs. Jij krijgt de opdracht een deel van de bestektekeningen en detailtekeningen uit te werken. In overleg met de architect bepaal je welke tekeningen dat worden en wanneer de bestektekeningen klaar zijn. Je neemt in elk geval de bestektekeningen waarop de rioleringsinstallatie staat aangegeven voor je rekening. Aan de hand van het bestek zorg je ervoor dat alle gegevens volledig op elkaar afgestemd zijn. Je vraagt regelmatig advies aan de architect, collega’s en/of projectgroepleden en indien nodig aan externe deskundigen.

Bronnen •

bijlage 10

Niveaubepaling gespreksvaardigheid

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Verantwoord op Werkproces

Bestektekeningen

IND/PG 1.3 Maakt (bestek)tekeningen

Detailtekeningen

IND/PG 1.3 Maakt (bestek)tekeningen

35

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

Informatie voor begeleiders

1. Oriënteren Bij eerdere projectwijzers is het vervaardigen van bestektekeningen al aan de orde geweest. Verwacht mag worden dat de student weet wat er op een bestektekening aangegeven moet worden. De studenten moeten zich in hoge mate verdiepen in de brandveiligheid van het gebouw. Een bezoek aan de brandweer is in dat opzicht een goede mogelijkheid. Tijdens de BPV wordt met de BPV-begeleider besproken welke bestektekeningen door de student worden getekend. 2. Plan van Aanpak De studenten in de BPV gebruiken een tekenprogramma dat op het stageadres wordt gebruikt. De studenten die de taak op school uitwerken, stellen een Plan van Aanpak op waarbij rekening wordt gehouden met elkaars kwaliteiten en de taken die verdeeld moeten worden. De verdeling van de werkzaamheden dient zoveel mogelijk evenredig over de studenten te worden verdeeld. De bestektekening(en) wordt/worden met een CAD-programma getekend. Omdat de studenten elk een of meerdere onderdelen van de bestektekening moet maken, is coördinatie tijdens de werkbesprekingen onontbeerlijk. Denk hierbij aan de lijndikten en de lagenindeling. 3. Realiseren In de BPV tekenen de studenten een gedeelte van de bestektekening(en) zodanig dat aansluiting met tekeningen van collega’s geborgd is. In de schoolse situatie zullen studenten gedeelten van een bestektekening tekenen. In een later stadium worden de gedeelten tot een geheel samengevoegd. 4. Evalueren De studenten geven zelf aan in hoeverre ze in staat zijn bestektekeningen zelfstandig uit te voeren, zowel in de BPV als op school.

36

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

TERUG NAAR INHOUD

BEGELEIDERSINFORMATIE

Leerlijn Bouw Algemeen

Ontwerp • Tekenen

–– Bestektekening –– Doorsnedentekeningen –– Detailtekeningen

Technische installaties • Riolering

Leerlijn Bouw Exact

Bouwkundige Omschrijving

Overzicht leerlijn Exact

Inhoud Rekenen/ wiskunde

Raamwerk Niveau

• Bestektekeningen en principedetails uitwerken incl. rioleringstekening • Brandveiligheid • Alle bouwfysische

• Warmteweerstand, temperatuurverloop, warmtedoorgangs- coëfficiënt, koude- bruggen, thermische isolatie, Rc-waarde en condensatie,

I C - 3S III C - 3S IV ABC – 3S

Bouwfysica

• Warmte, herhaling en verdieping, toepassen op eindniveau • Vocht, herhaling en verdieping, toepassen op eindniveau • Daglicht, herhaling en verdieping, toepassen op eindniveau • Lucht, herhaling en verdieping, toepassen op eindniveau • Geluid, herhaling en verdieping, toepassen op eindniveau

onderdelen komen aan bod (warmte, vocht, daglicht, lucht, geluid) bij het streven naar een lage EPC

EPC-bepaling, warmte- transmissie, interne warmteontwikkeling, energiegebruik, energiebesparing, isolatie, uitwendige scheidingsconstructies en materialen van meervoudige constructies, luchtge- luidsisolatie buitenschil

• Geluidsisolatie

37

Ontwerp grote bouwprojecten

TERUG NAAR INHOUD

Projecttaak 5 Constructief ontwerp

Als het ontwerp in een definitief stadium is, zal de constructeur zich over de constructies buigen. In een ontwerp is het van groot belang, dat er vanaf het prilste begin nagedacht wordt over hoe een project constructief opgebouwd wordt. Als de constructeur bekend is, wordt hij hier vroegtijdig bij betrokken. Dit is niet altijd het geval. Je moet als bouwkundig tekenaar weten hoe de constructie wordt opgebouwd. Alle belastingen moeten door bouwdelen worden gedragen en overgedragen worden naar de fundering. Dit houdt in dat je van alle onderdelen kunt aangeven welke belastingen erop werken en waar de belastingen naar toe gaan. De belangrijkste zaken hierbij zijn: sterkte, stabiliteit en stijfheid. Als je bepaald hebt waar de dragende elementen zich bevinden en hoe de krachten afgedragen worden op de fundering, maak je een constructieschema. Aan de hand van een grondonderzoek en de eisen die de omgeving stelt, kies je welke palen er gebruikt moeten worden. Als de opzet van de constructie duidelijk is, kan er verder gerekend worden. De constructie van de bovenbouw bestaat uit dragende elementen van beton en staal. Om een beeld te krijgen van de afmeting van de constructieonderdelen voer je een berekening uit van een stalen en een betonnen onderdeel. Overleg met je begeleider welke onderdelen het meest relevant zijn. Je bepaalt de belasting op deze onderdelen en je berekent het toe te passen staal- profiel en de afmeting van de betonconstructie met de toe te passen wapening. Je overlegt met interne en externe deskundigen en vraagt advies. Je verwerkt de resultaten in een rapportage over de fundering.

38

Middenkaderfunctionaris bouw en infra

Made with