CZW2OA0005

Onderwijsassistent | 2010 Examen 3 CZW2OA0005

Beroepsprestatie 2.5 Begeleiden van (zorg)leerlingen

(2010-oa-bp2.5)

Onderwijsassistent | Niveau 4

Beroepsprestatie

2.5

Begeleiden van (zorg)leerlingen (2010-oa-bp2.5)

Opleiding: Niveau Fase 4 2

Onderwijsassistent

Colofon Deze uitgave is gerealiseerd onder verantwoordelijkheid van de Stichting Consortium Beroepsonderwijs - Zorg en Welzijn & Assisterenden Gezondheidszorg

Dagelijks bestuur en managementteam P. Foppen L. Fine

B. Huijberts M. Pelgrum A. Pijnenburg

Ontwikkelteamleider S. Borkus

Ontwikkelaars van deze fase P. Hermans S. Reijnders

Redactie A. Brink M. Brok

Ontwerp Henny Witjes (Studio Blanche)

Foto’s Stichting Consortium Beroepsonderwijs

Bestelnummer CZW2OA0005

0693129925

© 2010 Stichting Consortium Beroepsonderwijs - Zorg en Welzijn & AG

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vereenvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enigerlei wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier zonder voorafgaande toestemming van de Stichting Consortium Beroepsonderwijs - Zorg en Welzijn & Assisterenden Gezondheidszorg.

Inhoud

Beroepsprestatie 2.5 .........................................................4

Werkprocessen met de bijbehorende competenties .................5

Typering . ........................................................................5

De opdracht .....................................................................8

Het resultaat. ...................................................................9

Beoordelingslijst............................................................. 11

Daar waar zij staat, wordt ook hij bedoeld. Waar leraar staat, kan ook worden gelezen: leerkracht of docent. Voor kinderen, de leerlingen, de cursisten, de studenten, de deelnemers is gekozen voor de term leerling of leerlingen.

Beroepsprestatie 2.5

Begeleiden van (zorg)leerlingen

Werkprocessen met de competenties van deze beroepsprestatie Nummer en titel van het werkproces

Competenties bij het werkproces

2.5

C

Voert in het PO en SO verzorgende taken uit

Begeleiden

D

Aandacht en begrip tonen

F

Ethisch en integer handelen

K

Vakdeskundigheid toepassen

T

Instructies en procedures opvolgen

3.1

K

Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep

Vakdeskundigheid toepassen

3.2

T

Werkt aan het bevorderen en bewaken van

Instructies en procedures opvolgen

kwaliteitszorg

Typering ‘Gewoon waar mogelijk en speciaal waar nodig’ is het onderwijsbeleid van de overheid. Dit betekent dat jij als onderwijsassistent ook in het PO en VO te maken krijgt met een groeiend aantal leerlingen waar je extra zorg voor hebt. Hou je deskundigheid op dit gebied dus goed bij! In beroepsprestatie 1.5. heb je aangetoond dat je eenvoudige zorgtaken uit kunt voeren ten behoeve van de zorg en veiligheid voor alle leerlingen zoals toiletgebruik, hygiëne, toezicht houden tijdens het eten en EHBO. Deze sociaal-pedagogische taken hebben betrekking op leerlingen die in hun ontwikkeling bedreigd worden. Bijvoorbeeld leerlingen met een motorische beperking, of een visuele of auditieve beperking en/of spraakproblemen waardoor leerachterstanden kunnen of zijn ontstaan. Vaak is er een wisselwerking tussen een beperking, een leerachterstand en het zelfbeeld van de leerling. Sommige leerlingen zitten door de gevolgen van een beperking niet lekker in hun vel en zijn onzeker over hun mogelijkheden. Het risico bestaat dat deze leerlingen meer denken in beperkingen dan in mogelijkheden. Dit kan weer leiden tot sociaal-emotionele problemen met negatieve gevolgen voor de ontwikkeling. Teruggetrokken gedrag, angstig gedrag of voortdurend de aandacht trekken, kunnen het gevolg zijn. Door de beperking kan de leerling ook het mikpunt van pesten zijn. Een negatieve spiraal ligt dan voor de hand. Deze beroepsprestatie 2.5 gaat over de begeleiding van leerlingen die meer zorg nodig hebben. Je taken zijn complexer en behalve verzorgend ook pedagogisch van aard.

5

BEGELEIDEN VAN (ZORG)LEERLINGEN

Door zelfstandigheid meer identiteit Sociaal verkeren kun je leren Verschillen maken je rijker Weerbaar worden Pesten maakt slachtoffers

Dit zijn enkele thema’s uit talloze publicaties over de pedagogiek voor leerlingen met extra zorg in het onderwijs. Door scholing, feedback, collegiale consultatie en intervisie draag je bij aan de deskundigheidsbevordering en kwaliteitszorg binnen de school. Voorbeeld BO: Karlijn zit op de basisschool, maar ze is nog niet helemaal zindelijk. Zij heeft een lichte achterstand in haar algehele ontwikkeling. De rechterkant van haar gezichtje wordt ontsierd door littekens. Dit is het gevolg van een brand waar haar ouders bij zijn omgekomen. Door de littekens in het mondgebied is haar uitspraak onduidelijk. De kinderen in haar klas willen niet graag naast haar zitten omdat ze vinden dat ze stinkt en er eng uitziet. Onderwijsassistente Maryam zet voor Karlijn een zindelijkheidstraining op. Maryam heeft hiervoor zelf van alles opgezocht in boeken en op internet. Ook wordt zoveel mogelijk ingespeeld op de sociale weerbaarheid van Karlijn. Voorbeeld SO: Aline werkt op de ZML school ‘De Meander’. Als onderwijsassistente heeft zij in haar groep de extra taak gekregen om Sandy te begeleiden bij de menstruatie. Ook de ouders van Sandy hebben een verstandelijke beperking en zijn niet in staat om hier adequaat mee om te gaan. Aline heeft een plan van aanpak geschreven en vandaag begint zij samen met Sandy hieraan te werken. “Sandy kom eens bij mij, dan kijken we samen in dit boekje.” Aline en Sandy gaan naar de speciale hoek in de klas die bedoeld is voor individuele begeleiding. Voorbeeld (V)MBO: Wendy zit in klas VM1C en is een kleine kattenkop. In de omgang met haar vriendinnetjes lijkt ze soms wel op een kleine straatvechter. Hierdoor komt Wendy steeds weer in situaties terecht waarin iedereen boos op haar is. Langzamerhand neemt ze steeds meer een uitzonderingspositie in. Het is niet zo gek dat Wendy zich zo gedraagt. Als je iets meer weet over de gezinssituatie van Wendy kun je haar beter begrijpen.“Wendy, kom je, we gaan weer even met elkaar praten,” zegt Michelle, de onderwijsassistente die met Wendy een paar keer per week individuele gesprekken houdt.

TIP: Lees de opdracht en het resultaat eerst door voordat je met de planning begint.

6

ONDERWIJSASSISTENT - Fase 2

Overleg met je begeleider over je POP en de voorwaarden voor het uitvoeren van de beroepsprestatie. Bekijk de resultaten en de beoordelingslijst. Wanneer bepaalde bewijsstukken niet haalbaar zijn, zoek dan naar vervangende bewijsstukken. Soms is het nodig dat je een aanvullend bewijsstuk inlevert. Bespreek je keuze voor de bewijsstukken met je begeleider. Maak vervolgens je PAP. Leg een inleverdatum voor de resultaten vast.

Plan een datum voor het voortgangsgesprek met je beoordelaar.

Oriënteren en Plannen Stap 1 en 2 van de Wegwijzer zijn aangetoond.

GO/NO GO

De moeilijkheidsgraad van de opdracht staat in de tabel hieronder aangegeven.

De mate van complexiteit van de beroepssituatie

De mate van zelfsturing

De mate van verantwoordelijkheid voor

gesloten context

geleid

uitvoering van eigen takenpakket jouw samenwerking met collega’s de hele zorg- en begeleidingscyclus aansturing van collega’s op hetzelfde of lager niveau

open context

begeleid

complexe context

zelfstandig

7

BEGELEIDEN VAN (ZORG)LEERLINGEN

De opdracht

A. De totale opdracht voer je uit in de beroepspraktijk. Je competenties op het gebied van pedagogisch-verzorgende taken ten behoeve van het begeleiden van (zorg)leerlingen, deskundigheidsbevordering en het leveren van kwaliteit worden beoordeeld met behulp van de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie. Maak hierover afspraken met je beoordelaars.

Je werkt daarnaast aan onderstaande specifieke opdrachten.

B. Onderzoeksverslag over de begeleiding van twee (zorg)leerlingen Je doet onderzoek naar de begeleiding van twee leerlingen die extra zorg nodig hebben op bijvoorbeeld het gebied van weerbaarheid en zelfstandigheid. • In overleg met je praktijkbegeleider (eventueel intern begeleider of de ZOCO in het VMBO) kies je twee (zorg)leerlingen die een duidelijke hulpvraag hebben op lichamelijk, psychisch of sociaal gebied of een combinatie daarvan. • Je bestudeert de achtergronden van de hulpvraag (oorzaken, gevolgen op lichamelijk, psychisch en sociaal gebied). • Je onderzoekt de informatie over de zorg die de school deze leerlingen biedt en kan bieden. • Je betrekt ook relevante literatuur bij je onderzoek. • Maak hiervan een onderzoeksverslag. • Bespreek je onderzoeksverslag in een collegiaal overleg (themabespreking, intervisie of collegiale consultatie). • Bevindingen uit dit overleg neem je op in je onderzoeksverslag en verwerk je in je plan van aanpak. C. Plan van aanpak voor de begeleiding van twee (zorg)leerlingen Maak een plan van aanpak op basis van de kennis en inzichten die je hebt opgedaan bij opdracht B . Leg je plan voor aan je praktijkbegeleider (eventueel intern begeleider of de ZOCO in het VMBO) en vraag instemming en medewerking van betrokkenen voor de uitvoering.

8

ONDERWIJSASSISTENT - FASE 2

D. Uitvoering en rapportage van de begeleiding van twee (zorg)leerlingen – Voer je plan van aanpak uit en overleg met andere betrokkenen bij het plan van aanpak. – Stem tussentijds de begeleiding af, vraag en geef feedback. – Maak een rapport op van je bevindingen en neem de feedback hierin mee. – Betrek ook de eventuele feedback van de intern begeleider of zorgcoördinator in je rapport van bevindingen.

Als je kiest voor een vervangende of aanvullende opdracht, let er dan op dat deze voldoet aan de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

Het resultaat A. De afgetekende beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

Specifieke bewijsstukken B. Onderzoeksverslag over de begeleiding van twee (zorg)leerlingen. C. Plan van aanpak voor de begeleiding van twee (zorg)leerlingen. D. Uitvoering en rapportage van de begeleiding van twee (zorg)leerlingen.

Vervangende of aanvullende bewijsstukken – –

Neem de bewijsstukken op in je portfolio.

9

BEGELEIDEN VAN (ZORG)LEERLINGEN

Beoordelingslijst

beroepsprestatie 2.5 Begeleiden van (zorg)leerlingen (2010-oa-bp2.5)

Naam student:

Opleiding: Onderwijsassistent

Fase:

Cohortnummer:

Datum:

Je past de werkprocessen en de verworven competenties uit de vorige beroepsprestaties of proeve toe binnen deze beroepscontext.

aangetoond

Prestatie-indicatoren

Competenties

Kwalificerend

niet aangetoond

- componenten

Werkproces 2.5 Voert in het PO en SO verzorgende taken uit

P Dit betekent dat: • je de leerling(en) stimuleert bij het psychosociaal functioneren en bij persoonlijke verzorging zodat: • de leerling(en) op het gebied van de persoonlijke verzorging en op psychosociaal gebied zich zo zelfstandig mogelijk kan (kunnen) redden. T Dit betekent dat: • je gericht bent op de hulp- en zorgvraag van de leerling(en) • je herkent wanneer leerlingen hulp nodig hebben, je biedt dan de nodige ondersteuning • je daarbij let op het welzijn van de leerling • je de zelfredzaamheid stimuleert zodat: • leerlingen op het gebied van de zorg zich prettig voelen, zich (verder) ontwikkelen en zo zelfstandig mogelijk kunnen functioneren. • je de vertrouwelijkheid van leerlingen respecteert • je discreet omgaat met gevoelige zaken rondom de pedagogisch- verzorgende en sociaalpedagogische taken • je de verschillen tussen individuele leerlingen respecteert zodat: • leerlingen vertrouwen hebben in de aangeboden pedagogische zorg en zich met respect behandeld voelen. R Dit betekent dat:

C Begeleiden

– anderen ontwikkelen

D Aandacht en begrip tonen

– anderen steunen – bezorgdheid tonen voor anderen

F Ethisch en integer handelen

– integer handelen – verschillen tussen mensen respecteren

11

BEGELEIDEN VAN (ZORG)LEERLINGEN

aangetoond

Prestatie-indicatoren

Competenties

Kwalificerend

niet aangetoond

- componenten

p Dit betekent dat: • je de pedagogisch-verzorgende en sociaalpedagogische taken zorgvuldig en ergonomisch verantwoord uitvoert

K Vakdeskundigheid toepassen

zodat: • er voor de leerling(en) geen onnodige last optreedt.

–– vakspecifieke mentale vermogens aanwenden

R Dit betekent dat: • je pedagogisch-verzorgende en sociaal pedagogische taken volgens instructies en aanwijzingen verricht • je tijdens de uitvoering van pedagogisch-verzorgende taken expliciet op de veiligheid van de leerling let zodat: • de leerling de garantie heeft op de juiste manier verzorgd en begeleid te worden.

T Instructies en

procedures opvolgen

–– instructies opvolgen –– werken conform

veiligheidsvoorschriften

Werkproces 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep

T Dit betekent dat:

K Vakdeskundigheid toepassen

• je vakkennis en vaardigheden bijhoudt • je daarbij feedback geeft en ontvangt

zodat: • je werkt aan je verdere professionele ontwikkeling.

–– expertise delen

Werkproces 3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

p Dit betekent dat: • je je houdt aan de voorgeschreven procedures rondom kwaliteitsverbetering en regelgeving

T Instructies en

procedures opvolgen

zodat: • je een effectieve bijdrage levert aan het bevorderen en bewaken van de kwaliteitszorg.

–– werken conform

voorgeschreven procedures

Je controleert of de bewijsstukken voldoen aan de prestatie-indicatoren in de beoordelingslijst. Bekijk je POP en je PAP. Ga na of je volgens je leerdoelen en plan hebt kunnen werken. Controleer of je de verkregen feedback hebt verwerkt.

Je voert een voortgangsgesprek. Hierin kijk je terug op de resultaten van de beroepsprestatie en je blikt vooruit op je leerproces. Pas op basis van de verkregen informatie je POP aan.

12

ONDERWIJSASSISTENT - Fase 2

aangetoond

niet aangetoond

Het voortgangsgesprek voer je op basis van:

Bewijsstukken Kwalificerend

A.

De ingevulde beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

Specifieke bewijsstukken:

Werkprocessen

Competenties

3.1 3.2

K - T

B. Onderzoeksverslag over de begeleiding van twee (zorg)leerlingen.

3.1

K

C. Plan van aanpak voor de de begeleiding van twee (zorg)leerlingen.

2.5

C - D - F - K - T

D. Uitvoering en rapportage over de begeleiding van twee (zorg)leerlingen.

Aanvullende of vervangende bewijsstukken:

Werkprocessen

Competenties

Cesuur De competentieontwikkeling binnen de geselecteerde werkprocessen is op het vereiste beheersingsniveau aangetoond.

13

BEGELEIDEN VAN (ZORG)LEERLINGEN

Onderbouwing van de beoordeling

Algemeen:

Als de student een of meerdere competenties binnen een werkproces boven de norm heeft aangetoond, onderbouw dit dan hier. Geef tevens aan waar dit betrekking op heeft:

Praktische uitvoering

Werkprocessen

Competenties

A.

Specifieke bewijsstukken

B.

C.

D.

De beoordelaars van de beroepsprestatie 2.5 Begeleiden van (zorg)leerlingen (2010-oa-bp2.5) zijn:

Naam en telefoonnummer van de instelling (stempel)

Naam beoordelaar

Functie beoordelaar

Handtekening

Naam en telefoonnummer van de instelling (stempel)

Naam beoordelaar

Functie beoordelaar

Handtekening

Naam student

Handtekening

14

ONDERWIJSASSISTENT - Fase 2

15

BEGELEIDEN VAN (ZORG)LEERLINGEN

Overzicht beroepsprestaties Zorg en Welzijn

Zorghulp Niveau 1

Intro Niveau 1 en 2

Fase 1

Helpende Zorg & Welzijn Niveau 2

Fase 1

Fase 2

Verzorgende Niveau 3

Fase 1

Fase 2

Fase 3

Intro Niveau 3 en 4

Verpleegkundige Niveau 4

Fase 1

Fase 2

Fase 3

Fase 1 Fase 1 Kompas 1.1 Afstemmen van de werkzaamheden van de onderwijsassistent 1.2 Voorbereiden en sisteren bij lessen 1.3 Observeren en rapporteren 1.4 (Buiten) surveilleren 1.5 Eenvoudige zorgtaken uitvoeren Competentiewijzer Fase 2 Kompas Fase 1 Fase 2 Fase 2 Fase 3 Fase 3

Medewerker maatschappelijke zorg Niveau 3

Persoonlijke begeleider gehandicaptenzorg Niveau 4

Persoonlijke begeleider specifieke doelgroepen Niveau 4

2.1 Kennismaken met kwaliteitszorg 2.2 Signaleren van leerproblemen 2.3 Plannen en faciliteren van een activiteit

Fase 1 2.4 Individuele didactische begeleiding 2.5 Begeleiden van (zorg)leerlingen Proeve Competentiewijzer Fase 3 Kompas 3.1 Participeren in overleg 3.2 Organiseren van en begeleiden bij een evenement 3.3 Begeleiden van leergedrag 3.4 Didactische begeleiding van (kleine) groepen Proeve Competentiewijzer Fase 1 Fase 2 Fase 2 Fase 3 Fase 3

Pedagogisch medewerker kinderopvang Niveau 3

Gespecialiseerd pedagogisch medewerker KO - Niveau 4

Pedagogisch medewerker JZ Niveau 4

Onderwijsassistent Niveau 4

Fase 1

Fase 2

Fase 3

Sociaal cultureel werker Niveau 4

Fase 1

Fase 2

Fase 3

Sociaal-maatschappelijk dienstverlener Niveau 4

Fase 1

Fase 2

Fase 3

0693129926 Bestelnummer CZW2OA0005

Made with