CZW20120002
CZW20120002
O
Beroepsprestatie 1.1 Kennismaken met de organisatie
Sociaal-maatschappelijk dienstverlener | Niveau 4
Beroepsprestatie
1.1
Kennismaken met de organisatie (2012-smd-bp1.1)
Opleiding: Niveau Fase
Sociaal-maatschappelijk dienstverlener 4 1
Artikelnummer CZW20120002
Colofon Deze uitgave is gerealiseerd onder verantwoordelijkheid van Stichting Consortium Beroepsonderwijs - Zorg & Welzijn & Assisterenden Gezondheidszorg
Directie en managementteam L. Fine B. Huijberts A. Pijnenburg
I. Rabelink M. Wouters
Ontwikkelteamleider A. Liem-Rosekrans
Ontwikkelaars van deze fase A. van Balen-Dekkers A. Mulder
Redactie A. Brink M. Brok
Ontwerp H. Witjes (Studio Blanche)
DTP Stichting Consortium Beroepsonderwijs/studio Blanche Juni 2013
Foto’s Stichting Consortium Beroepsonderwijs
Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat Stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties heeft geregeld. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met Stichting Consortium Beroepsonderwijs.
© 2013 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbe- stand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopie, opnamen of enige andere manier, zonder toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.
Inhoud
Beroepsprestatie 1.1 .........................................................4
Werkprocessen met de bijbehorende competenties .................5
Typering . ........................................................................5
De opdracht .....................................................................7
Het resultaat. ...................................................................8
Beoordelingslijst...............................................................9
Daar waar hij staat, wordt ook zij bedoeld. Waar cliënt staat, kan ook worden gelezen: bezoeker, hulpvrager, klant.
Beroepsprestatie 1.1
Kennismaken met de organisatie
Werkprocessen met de competenties van deze beroepsprestatie
Nummer en titel van het werkproces
Competenties bij het werkproces
1.1
D
Inventariseert de situatie en wensen van de cliënt
Aandacht en begrip tonen
F
Ethisch en integer handelen
N
Onderzoeken
R
Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten
Typering “Wat fijn dat je mij de activiteitenfolder hebt gegeven,” zegt mevrouw Schippers. “Ik ga nu naar de sjoelmiddag en ik heb me ook aangemeld voor een computercursus. Het gaat een stuk beter met me nu ik regelmatig de deur uit kan en onder de mensen ben.” Alida ontmoet mevrouw Schippers in het wijkcentrum; Alida werkt in het wijkcentrum bij het steun- en informatiepunt als sociaal-maatschappelijk dienstverlener. Mevrouw Schippers is een aantal maanden geleden in de stad komen wonen. Nadat haar man is overleden is ze verhuisd naar deze plaats omdat haar broer en schoonzus hier wonen. Ze kent buiten haar familie weinig mensen in de stad en weet nog niet de weg naar de verschillende instellingen, verenigingen en voorzieningen. “Kun je me helpen met mijn boekhouding, ik kom er niet meer uit.” Met deze vraag komt Marcel naar Johan. Johan werkt bij een werkervaringsproject als sociaal-maatschappelijk dienstverlener. Johan probeert in een gesprek met Marcel duidelijk te krijgen wat precies het probleem is. Als Johan doorvraagt, komt hij er achter dat Marcel aan eenmalige hulp waarschijnlijk niet genoeg heeft. Hij zal wat langer ondersteuning nodig hebben bij het op orde krijgen en houden van zijn administratie. Het werkervaringsproject werkt nauw samen met een instelling die deze ondersteuning biedt; Johan belt de instelling voor Marcel. Als sociaal-maatschappelijk dienstverlener geef je informatie over wonen, werk en vrijetijdsbesteding. Ook begeleid je cliënten om een weg te vinden in regelingen en voorzieningen. Dat kan inhouden dat je de ene keer informatie geeft over activiteiten in de buurt, wijk of gemeente. Een andere keer geef je een formulier mee of pleeg je een telefoontje voor de cliënt.
5
KENNISMAKEN MET DE ORGANISATIE
Wat je wel en niet kunt doen voor een cliënt hangt af van de vraag van de cliënt en het dienstverleningsaanbod van de organisatie. Je moet daarom goed op de hoogte zijn van het aanbod van de organisatie en van het aanbod van organisaties die van belang zijn voor de hulpvraag van de cliënt. Om aan de vraag van de cliënt tegemoet te kunnen komen, moet je de beschikking hebben over de juiste en meest recente informatie in de vorm van brochures, folders en formulieren. Oriënteren en Plannen Overleg met je begeleider over je POP en de voorwaarden voor het uitvoeren van de opdracht in de beroepsprestatie. Bekijk de resultaten en de beoordelingslijst. Wanneer bepaalde bewijsstukken niet haalbaar zijn, zoek dan naar vervangende bewijsstukken. Soms is het nodig dat je een aanvullend bewijsstuk inlevert. Bespreek je keuze voor de bewijsstukken met je begeleider. Maak vervolgens je PAP. Leg een inleverdatum voor de resultaten vast.
GO / NO GO
Stap 1 en 2 van de Wegwijzer zijn aangetoond.
De moeilijkheidsgraad van de opdracht staat in de tabel hieronder aangegeven.
De mate van complexiteit van de beroepssituatie
De mate van zelfsturing
De mate van verantwoordelijkheid voor
gesloten context
geleid
uitvoering van eigen takenpakket jouw samenwerking met collega’s de hele zorg- en begeleidingscyclus aansturing van collega’s op hetzelfde of lager niveau
open context
begeleid
complexe context
zelfstandig
6
SOCIAAL-MAATSCHAPPELIJK DIENSTVERLENER - FASE 1
De opdracht
A. De totale opdracht Je voert de totale opdracht uit in de beroepspraktijk.
Je competenties op het gebied van inventariseren van de situatie en de wensen van de cliënt worden beoordeeld met behulp van de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie. Maak hierover afspraken met je beoordelaars. Je werkt daarnaast aan onderstaande specifieke opdrachten. B. Wie doet wat in de organisatie? Maak een organogram van de organisatie, met een beschrijving van het dienstenaanbod. Maak duidelijk wie welke dienstverlening aan de cliënten uitvoert, zodat je bij doorverwijzing weet bij welke afdeling en/of persoon de cliënt terecht kan. C. Sociale kaart van de organisatie Maak een sociale kaart van de organisatie op het gebied van welzijn, gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening. Werk naar aanleiding van veel voorkomende vragen van cliënten drie organisaties verder uit: met welke hulpvragen kan een cliënt terecht bij deze organisaties, wat is de procedure voor aanmelding, eventuele bijzonderheden. D. Rapportage van het verloop van vier cliëntcontacten Inventariseer de situatie en wensen van vier cliënten. Bepaal aan de hand van de verkregen informatie bij welke collega / afdeling de cliënt terecht kan. De cliëntcontacten kunnen telefonisch of aan de balie plaatsvinden. Vraag feedback op je handelen aan je begeleider en/of een collega. Leg het verloop van de contacten met de cliënten vast in een rapportage: daarin beschrijf je de vraag van de cliënt, je werkwijze en hoe je de gevraagde competenties daarbij hebt ingezet. Neem de feedback op in de rapportage.
Als je kiest voor een vervangende of aanvullende opdracht, let er dan op dat deze voldoet aan de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.
7
KENNISMAKEN MET DE ORGANISATIE
Het resultaat A. De afgetekende beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.
Specifieke bewijsstukken B. Organogram van de organisatie en beschrijving van de dienstverlening. WP 1.1: N. C. Sociale kaart van de organisatie en uitwerking van drie organisaties. WP 1.1: N. D. Rapportage van het verloop van de vier cliëntcontacten. WP 1.1: D, F, N, R.
Vervangende of aanvullende bewijsstukken – – – –
Neem de bewijsstukken op in je portfolio.
8
SOCIAAL-MAATSCHAPPELIJK DIENSTVERLENER - Fase 1
Beoordelingslijst
beroepsprestatie 1.1 Kennismaken met de organisatie (2012-smd-bp1.1)
Naam student:
Opleiding: Sociaal-maatschappelijk dienstverlener
Fase:
Cohortnummer:
Datum:
voldoende goed
Prestatie-indicatoren
onvoldoende
Competenties
Ontwikkelingsgericht
- componenten
Werkproces 1.1 Inventariseert de situatie en wensen van de cliënt
p Dit betekent dat: • je belangstelling toont voor de vragen en problemen van de cliënt • je geïnteresseerd luistert naar de cliënt • je doorvraagt om de situatie en behoeften van de cliënt duidelijk te krijgen zodat: • je een goed beeld hebt van de situatie en behoeften van de cliënt.
D Aandacht en begrip tonen
– interesse tonen – luisteren
p Dit betekent dat:
F Ethisch en integer handelen
• je je eerlijk en betrouwbaar toont • je eerlijk en open communiceert • je discreet omgaat met gevoelige zaken • je je houdt aan gemaakte beloften en afspraken
– integer handelen
zodat: • je het vertrouwen van de cliënt krijgt en behoudt.
p Dit betekent dat: • je verschillende bronnen gebruikt om informatie te krijgen
N Onderzoeken
zodat: • je de cliënt goed kunt doorverwijzen.
– informatie achterhalen – openstaan voor nieuwe informatie
9
KENNISMAKEN MET DE ORGANISATIE
Prestatie-indicatoren
voldoende goed
Competenties
Ontwikkelingsgericht
onvoldoende
- componenten
p Dit betekent dat: • je de wensen en behoeften van de cliënt op een actieve manier inventariseert • je de wensen en behoeften bekijkt in relatie tot de mogelijkheden van dienstverlening • je jouw bevindingen terugkoppelt aan de cliënt • je controleert of de cliënt met jouw bevindingen kan instemmen
R Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten
–– behoeften en
verwachtingen achterhalen
zodat: • je informatie geeft die aansluit op de vraag van de cliënt.
Bewijsstukken Ontwikkelingsgericht
A.
De ingevulde beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.
Specifieke bewijsstukken:
Werkprocessen Competenties
1.1
N
B. Organogram van de organisatie en beschrijving van de dienstverlening. C. Sociale kaart van de organisatie en uitwerking van drie organisaties.
1.1
N
1.1
D - F - N - R
D. Rapportage van het verloop van vier cliëntcontacten.
Aanvullende of vervangende bewijsstukken:
Werkprocessen Competenties
Cesuur In deze beroepsprestatie zijn de competenties binnen de werkprocessen op het vereiste beheersingsniveau aangetoond. ja nee
10
SOCIAAL-MAATSCHAPPELIJK DIENSTVERLENER - Fase 1
Onderbouwing van de beoordeling met voorbeelden die in verband staan met de prestatie-indicatoren
Indien de student competenties binnen een werkproces onvoldoende heeft aangetoond, geef dan op het niveau van de prestatie-indicator aan wat de oorzaak daarvan is.
De beoordelaars van de beroepsprestatie 1.1 Kennismaken met de organisatie (2012-smd-bp1.1) zijn:
Naam en telefoonnummer van de instelling (stempel)
Naam beoordelaar
Functie beoordelaar
Handtekening
Naam en telefoonnummer van de instelling (stempel)
Naam beoordelaar
Functie beoordelaar
Handtekening
Naam student
Handtekening
11
KENNISMAKEN MET DE ORGANISATIE
Verpleegkundige Kompas
1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1
Zorghulp Niveau 1
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas
1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1
Verpleegkundige Kompas
Fase 2
Helpende Zorg & Welzijn Niveau 2
2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3
1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1
Verpleegkundige Kompas
Fase 2
Verzorgende Niveau 3
2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk
Proeve Competentiewijzer
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3
1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1
Verpleegkundige Kompas
Fase 2
Verpleegkundige Niveau 4
2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk
Proeve Competentiewijzer
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3
1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1
Verpleegkundige Kompas
Fase 2
Medewerker maatschappelijke zorg Niveau 3
2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk
Proeve Competentiewijzer
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3
1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1
Verpleegkundige Kompas
Fase 2
Persoonlijke begeleider gehandicaptenzorg Niveau 4
Persoonlijke begeleider specifieke doelgroepen Niveau 4
2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk
Proeve Competentiewijzer
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3
1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1
Verpleegkundige Kompas
Fase 2
Pedagogisch medewerker kinderopvang Niveau 3
2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk
Proeve Competentiewijzer
Proeve Competentiewijzer
Overzicht beroepsprestaties Zorg en Welzijn - 2012 Proeve Competentiewijzer Verpleegkundige Kompas
Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3
1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1
Verpleegkundige Kompas
Fase 2
Gespecialiseerd pedagogisch medewerker KO - Niveau 4
Pedagogisch medewerker JZ - Niveau 4
2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk
Proeve Competentiewijzer
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3
1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1
Verpleegkundige Kompas
Fase 2
Onderwijsassistent Niveau 4
2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk
Proeve Competentiewijzer
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas Fase 1
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3
1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1
Verpleegkundige Kompas Kompas C mpetentiewijzer 1.1 Kennismaken met de organisatie 1.2 Goed georganiseerd 1.3 Waarmee kan ik u van dienst zijn? 1.4 Actief ondersteunen Fase 2 2.1 Eenvoudige juridische vraagstukken behandelen 2.2 Ondersteunen bij financiële problemen 2.3 Een brug slaan tussen het recht en de cliënt 2.4 Adviseren bij budgetbeheer Proeve Verantwoordingsverslag en Assessmentgesprek Fase 3 3.1 Bemiddelen 3.2 Voorlichting geven 3.3 Zorgen voor kwaliteit 3.4 Professionaliseren Proeve Verantwoordingsverslag en Assessmentgesprek 2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk Proeve Competentiewijzer Fase 2 Verpleegkundige Kompas 2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk Proeve Competentiewijzer Fase 2 Proeve Competentiewijzer Proeve Competentiewijzer
Sociaal cultureel werker Niveau 4
Proeve Competentiewijzer
Verpleegkundige Kompas
Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3
1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1
Sociaal-maatschappelijk dienstverlener Niveau 4
Proeve Competentiewijzer
Een uitgave van:
Artikelnummer: CZW20120002
Made with FlippingBook