00661960007

00661960007

NIVEAU 4 AUTOTECHNIEK Technisch Special ist Bedri jfsauto’s Crebo 93460

✓ k w a l i f i c e r e n d

KWALIFICEREND DOSSIER 7B

Projectbegeleiders, Praktijkbegeleiders en Beoordelaars

Artikelnummer: 00661960007

NIVEAU 4 AUTOTECHNIEK

✓ k w a l i f i c e r e n d

KWALIFICEREND DOSSIER 7B

PROJECTWIJZER 7B LOKALISEREN EN VERHELPEN

Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Crebo 93460

Projectbegeleiders, Praktijkbegeleiders en Beoordelaars

Artikelnummer: 00661960007

COLOFON Deze uitgave is gerealiseerd onder verantwoordelijkheid van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

Direct en managementteam M.G.L.F. Wouters, L. Fine, B. Huijberts, M. Pelgrum en A. Pijnenburg De volgende docenten hebben meegewerkt aan de totstandkoming van dit kwalificerend dossier E. Camps, A. Pothmann ie

Ontwikkelgroepleider B.W.M. Grutters

Redactie

M. Brok, B.W.M. Grutters

Vormgeving Henny Witjes, Studio Blanche

DTP Stichting Consortium Beroepsonderwijs/studio Blanche Juni 2013

foto’s/figuren

Stichting Consortium Beroepsonderwijs

Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat Stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties heeft geregeld. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

© 201 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs. 2

12 INHOUD

1 INLEIDING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5

2 INFORMATIE VOOR DE STUDENT . . . . . . . . . . . 7 2.1 Algemene informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7 2.2 Kwalificering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7 2.3 Beoordeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8 2.3.1 Wat en hoe . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 2.3.2 Proces van beoordelen . . . . . . . . . . . . . 11 2.4 Cesuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12 2.5 Hulpmiddelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13 3 AFNAMECONDITIES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 3.1 Plaats van uitvoering van de kwalificerende projectwijzer.. . . . . . . . . . . . . . . .15 3.2 Complexiteit van de kwalificerende projectwijzer.. .15 3.3 Omschrijving proces van afname . . . . . . . . . . . . . . .16 3.4 Stroomschema proces van afname . . . . . . . . . . . . .20 4 VOORBEREIDING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 4.1 Instructie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21 4.2 Voorbeeld projectopdracht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22 4.3 Verwerven en vaststellen van de projectopdracht .24 5 UITVOERING. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 5.1 Instructie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25 5.2 Uitvoeren van de opdracht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26 5.3 Formulieren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31 6 RESULTAAT. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 6.1 Instructie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33 6.2 Beoordelingsformulieren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .39

7

NEDERLANDS EN MODERNE VREEMDE TALEN . . . . . . . . . . . . . . 67 7.1 Communicatie algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .67 7.2 Nederlands. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .68 7.3 Moderne Vreemde Talen (Engels). . . . . . . . . . . . . . .69

8 REKENEN EN WISKUNDE . . . . . . . . . . . . . . . . . 71

9 LEREN, LOOPBAAN, BURGERSCHAP . . . . . . . 73

10 AANVULLENDE INFORMATIE VOOR DE ORGANISATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75 10.1 Voorwoord . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .75 10.2 Aanvullende informatie voor verantwoordelijke op het ROC . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .77 10.3 Aanvullende informatie voor verantwoordelijke op de afnamelocatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .78 10.4 Aanvullende informatie voor de beoordelaars . . . .79 11 BIJLAGEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81 BIJLAGE 1 Beoordelingsmethoden . . . . . . . . 83 BIJLAGE 2 Formulieren goedkeuring en vaststelling projectopdracht . . 89 BIJLAGE 3 Handreiking reflectieverslag. . . . . 91 BIJLAGE 4 Handreiking beoordelingsgesprek 93 BIJLAGE 5 Begrippen en afkortingen . . . . . . . 95 BIJLAGE 6 Overzicht bewijsstukken . . . . . . . . 99 BIJLAGE 7 Bezoekformulier . . . . . . . . . . . . . 101 BIJLAGE 8 Evaluatieformulier beoordelaar . 103 BIJLAGE 9 Evaluatieformulier student . . . . . 105 BIJLAGE 10 Voorbeeldopdracht 1 . . . . . . . . . . 107 BIJLAGE 11 Voorbeeldopdracht 2 . . . . . . . . . . 109 BIJLAGE 12 Voorbeeldopdracht 3 . . . . . . . . . . . 111 BIJLAGE 13 Voorbeeldopdracht 4 . . . . . . . . . . .113 BIJLAGE 14 Voorbeeldopdracht 5 . . . . . . . . . . .115 BIJLAGE 15 Voorbeeldopdracht 6 . . . . . . . . . . .117 BIJLAGE 16 Voorbeeldopdracht 7 . . . . . . . . . . .119

4

KWALIFICEREND DOSSIER

1

1 INLEIDING

Beste collega,

Voor U ligt de BOL-versie Kwalificerende projectwijzer 7 van de opleiding Technisch Specialist Bedrijfsauto’s . Samen met projectwijzer 8 kan de student zich kwalificeren voor het vakmatige deel van de opleiding. Het is dus een kwalificerende projectwijzer. Dat betekent dat de student de projectopdracht volgens de eisen van het kwalificatiedossier moet uitvoeren. De student voert het project uit op school en in de BPV. Als de resultaten voldoen aan de eisen die gesteld worden in het kwalificatiedossier, heeft de student zich voor het beroepgerichte deel van de opleiding gekwalificeerd. Het verschil tussen de BOL-versie en de BBL-versie is de indeling van de werkprocessen. Er is in de BOL-situatie gekozen voor een andere verdeling van de werkprocessen omdat een BBL-student in de werkprocessen van Kerntaak 2 in zijn vooropleiding (niv.3) al geëxamineerd is. Omdat de BOL-leerling voor zowel kerntaak 2 als 3 geëxamineerd wordt, is hier gekozen voor een meer logische indeling. Eerst diagnose stellen en daarna de reparatie uitvoeren.

5

Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Voor het kwalificeren is het van belang dat de student zelf alle bewijzen verzamelt die daarvoor nodig zijn. Daartoe adviseren we om een kwalificerende projectmap of een kwalificerend portfolio aan te leggen. Hierin kunnen de gemaakte producten met de benodigde beoordelingsformulieren worden opgeslagen. Mogelijk kan dit ook in een kwalificerend deel van het digitale portfolio.

Veel succes met de begeleiding en beoordeling van dit project.

6

KWALIFICEREND DOSSIER

2

2 INFORMATIE VOOR DE STUDENT

2.1

ALGEMENE INFORMATIE

Voor het kwalificeren is het van belang dat je zelf alle bewijzen verzamelt die daarvoor nodig zijn. In dit dossier kun je de door jou gemaakte producten met de bijbehorende formulieren opslaan. Mogelijk kun je ook bewijzen opslaan in een kwalificerend deel van je digitale portfolio.

2.2

KWALIFICERING

Met deze projectwijzer werk je aan kerntaak 2 en 3 van het kwalificatiedossierTechnisch Specialist Bedrijfsauto’s met de daarbij behorende werkprocessen.

In dit project komen de werkprocessen aan de orde die met de dagelijkse werkzaamheden in de werkplaats te maken hebben.

Kerntaak 2: Voert reparatie uit aan bedrijfsauto’s

Werkproces 2.1: Bereidt reparatieopdracht aan bedrijfsauto voor Werkproces 2.2: Voert reparatie uit aan bedrijfsauto

7

Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Werkproces 2.3: Stelt diagnose aan bedrijfsauto op locatie Werkproces 2.4: Voert (nood)reparatie uit aan bedrijfsauto op locatie Werkproces 2.5: Controleert zijn reparatiewerkzaamheden en rondt de opdracht af Werkproces 2.7: Geeft technische toelichting en advies over reparatie aan klant/chauffeur

Kerntaak 3: Stelt diagnose aan bedrijfsauto’s

Werkproces 3.1: Bereidt diagnoseopdracht voor Werkproces 3.2: Stelt diagnose aan bedrijfsauto Werkproces 3.3: Controleert zijn diagnosewerkzaamheden en rondt de opdracht af

2.3

BEOORDELING

2.3.1 Wat en hoe

In de kwalificerende projectwijzer worden werkprocessen beoordeeld in relatie met de kerntaak waar ze bij horen. Een werkproces bevat een aantal werkzaamheden die je moet uitvoeren met een gewenst resultaat. In de competenties die bij een werkproces horen, worden eisen gesteld aan je gedrag en aan het resultaat dat je moet behalen.

Kerntaak

Werkproces: omschrijving werkzaamheden met gewenst resultaat

Competenties: omschrijven wat jij moet laten zien (gedrag) en wat het resultaat moet zijn

Elk werkproces wordt apart beoordeeld. In hoofdstuk 6 vind je daarom bij elk werkproces een apart beoordelingsformulier.

8

KWALIFICEREND DOSSIER

2 INFORMATIE VOOR DE STUDENT

Om aan te tonen dat je een werkproces beheerst, zul je werkzaamheden uitvoeren en soms een product (dit kan ook het invullen van een formulier zijn) maken. In de beoordelingsformulieren is vastgelegd welke eisen er gelden voor de gevraagde producten. Voor elk van de competenties zijn er beoordelingscriteria voor je gedrag beschreven. Bij de beoordeling van een werkproces staat voorop dat je werkzaamheden en het resultaat van die werkzaamheden moeten voldoen aan de normen van het bedrijf en de branche. Productbeoordeling De producten (ingevulde controlelijsten e.d.) moeten voldoen aan alle eventuele wettelijke eisen, die de branche en/of de opdrachtgever stelt. O Onvoldoende Een product is onvoldoende wanneer niet wordt voldaan aan een of meer van de criteria bij het product of aan de gestelde eisen bij de aangegeven competentie(s). V Voldoende Een product is voldoende wanneer wordt voldaan aan de criteria bij het product en aan de gestelde eisen bij de aangegeven competentie(s). Producten worden beoordeeld met O – V – G .

G Goed Een product is goed wanneer het resultaat bovengemiddeld is.

9

Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Beoordeling van een competentie Bij elke competentie staat aangegeven welk competent gedrag jij moet laten zien en wat het gewenste resultaat is.

Competenties worden beoordeeld met D – A – G .

D Deels / niet aangetoond competent gedrag Je werkt onvoldoende volgens de gestelde eisen en/of je bent niet voldoende actief en/of je zet te weinig kennis en vaardigheden in. A Aangetoond competent gedrag Je werkt volgens de gestelde eisen, je bent actief en je zet de benodigde kennis en vaardigheden in. G Goed aangetoond competent gedrag Je werkt beter dan de gestelde eisen aangeven, je bent proactief en je zet kennis en vaardigheden bovengemiddeld in.

Beoordelingsmethoden Bij elke competentie staat aangegeven welke

beoordelingsmethode(n) worden ingezet om vast te stellen of jij voldoet aan de gestelde eisen. Er kunnen vijf beoordelingsmethoden worden ingezet. Deze methoden zijn: • Observatie

• Productbeoordeling • Beoordelingsgesprek • Reflectieverslag • Presentatie

BEGELEIDING De manier en proces van beoordeling kan het best aan de student verduidelijkt worden aan de hand van een concreet formulier uit hoofdstuk 6.

BEOORDELAARS Bij de beoordeling van onderliggende competenties (tweede deel van het formulier) staat steeds voorop dat het resultaat van de werkzaamheden van de student bruikbaar moet zijn voor het bedrijf(sleven). Bij deze beoordeling wordt steeds gekeken naar de bijdrage aan het totale werkproces.

10 KWALIFICEREND DOSSIER

2 INFORMATIE VOOR DE STUDENT

Observatie wordt altijd als beoordelingsmethode ingezet. Competent gedrag kan alleen via observatie worden beoordeeld.

De beoordelaars die betrokken zijn bij een werkproces bepalen gezamenlijk de uiteindelijke score en zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor opmerkingen waarin scores D worden verantwoord. Beoordelaars geven ook, bij de opmerkingen, aan waarom een competentie de score G krijgt. Alle beoordelaars ondertekenen het door hen in overleg gezamenlijk vastgestelde beoordelingsformulier per werkproces. Wanneer een product de score O (onvoldoende) krijgt, dan wordt de productbeoordeling bij de aangegeven competentie(s) automatisch D (deels of niet aangetoond). Dat geldt ook wanneer andere aangegeven producten bij die productbeoordeling wel een score V of G hebben. Door de gehanteerde cesuur wordt de score voor de hele competentie dan automatisch D (zie paragraaf 2.4). Wanneer alle aangegeven producten een score V of G hebben of wanneer er geen productbeoordeling staat aangegeven, voert elke beoordelaar de beoordelingsmethoden uit waarvoor hij wordt ingezet. Een beschrijving van de beoordelingsmethoden en richtlijnen voor de uitvoering daarvan zijn aangegeven in bijlage 1. De wijze van beoordelen is de verantwoordelijkheid van jouw eigen ROC. In deze projectwijzer is echter een voorstel gedaan dat aansluit bij de methode zoals dat in de projectwijzers gebruikelijk is. Het ROC dient jou te informeren als er veranderingen zijn. Voer je een taak uit in je leerbedrijf, dan is je leermeester de beoor- delaar. Je werkplaatsmanager of een collega-leermeester zal mede beoordelen. Kiest de school ervoor om je de taak op school uit te laten voeren, dan zul je beoordeeld worden door externe examinatoren. De beoordeling zal gedaan worden door deskundige beoordelaars. Vanuit het ROC kunnen dat zijn: • de projectbegeleider • de vakdocenten • de instructeur • de BPV-begeleider 2.3.2 Proces van beoordelen

11 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Vanuit het bedrijf kunnen dat zijn: • de leermeester • de werkplaatsmanager • de serviceadviseur

Het ROC en het bedrijf moeten van tevoren aangeven wie jou beoordeelt.

De resultaten van de beoordeling worden ingevuld op de beoordelingsformulieren van hoofdstuk 6. Daarop kun je zien wat de criteria voor het beoordelen zijn.

Je hebt te allen tijde het recht van inzage in de door de beoordelaar ingeleverde formulieren met de daarbij behorende beoordeling.

Om in aanmerking te komen voor een diploma moeten alle bewijsstukken door jou worden aangeleverd bij de verantwoordelijke persoon van het ROC. Je weet van tevoren op welk tijdstip dat moet gebeuren. Bewijsstukken zijn: beoordeelde producten, ingevulde beoordelingsformulieren en reflectieverslagen. Een lijst met de bewijsstukken vind je in bijlage 6. Het ROC controleert of je alle bewijsstukken tijdig hebt aangeleverd. Vervolgens beslist de examencommissie op basis van de gehanteerde cesuur (zie paragraaf 2.4) of je geslaagd bent, of je gezakt bent of dat je recht hebt op een herkansing. De school laat je op een vooraf bekend tijdstip de uitslag weten.

2.4

CESUUR

Dit betekent: de norm waaraan je moet voldoen.

Voor het goed afsluiten van deze projectwijzer geldt de volgende cesuur: • Alle werkprocessen dienen competent te zijn uitgevoerd. Beoordeeld met: ‘Aangetoond’ of ‘Goed aangetoond’. • Een werkproces is aangetoond competent uitgevoerd als 55% van de onderliggende competenties met ‘Aangetoond’ of ‘Goed aangetoond’ is beoordeeld.

12 KWALIFICEREND DOSSIER

2 INFORMATIE VOOR DE STUDENT

• Een competentie met ‘Aangetoond’ of ‘Goed aangetoond’ beoordeeld als: – beoordelaars door observatie en eventueel aangevuld met een reflectieverslag en/of een beoordelingsgesprek vastgesteld hebben dat er competent is gehandeld. (Je hebt laten zien dat je de opdrachten volgens de normen uit de branche kan uitvoeren.) – een eventueel bijbehorende product met een ‘Voldoende’ of ‘Goed’ is beoordeeld. (Een product kan bijv. een lijst of formulier zijn die/dat je moet invullen.) • In de projectopdracht zijn de competenties 3.1 K, N enT – 3.2 K, L en M – 3.3 J - 2.1 E, L, enT – 2.2 K, L, S enT – 2.3 A, J en K – 2.4 K, L en S – 2.5 J en S voor deze taak kritische competenties * en moeten met ‘Aangetoond’ of ‘Goed aangetoond’ zijn beoordeeld. * Kritische competenties zijn competenties die je moet bezitten om de reparatieopdracht succesvol uit te voeren en te voorkomen dat een auto ‘onveilig de weg opgaat’. BEGELEIDING Bij de cesuur is uitgegaan van de normenbundel exameninstrumentarium 2009. De kritische competenties moeten zijn aangetoond, omdat zij de basis vormen van goed vakmanschap. De kritische competenties worden op de beoordelingsformulieren aangegeven door middel van een * (sterretje).

2.5

HULPMIDDELEN

Alle gewenste hulpmiddelen zijn toegestaan. Wil je eigen gereedschap of apparatuur gebruiken, dan moet je dit overleggen met je beoordelaars.

BEGELEIDING De student mag alle gangbare garage-equipement gebruiken. Wil hij ‘eigen’ gereedschap of apparatuur gebruiken, dan kan dit alleen na overleg met de beoordelaars.

13 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

14 KWALIFICEREND DOSSIER

3

3 AFNAMECONDITIES

3.1

PLAATS VAN UITVOERING VAN DE KWALIFICERENDE PROJECTWIJZER.

• De kwalificerende projectwijzer wordt bij voorkeur in een BPV- bedrijf uitgevoerd, maar jouw ROC kan er ook voor kiezen om een opdracht binnen school uit te laten voeren. • Het ROC kan een eigen projectopdracht aanbieden. Deze wordt dan binnen het ROC uitgevoerd. Hierbij kunnen deelopdrachten in simulatie worden uitgevoerd. • Jouw ROC kan ook voor een andere variant kiezen; dat hoor je van jouw begeleiders.

3.2

COMPLEXITEIT VAN DE KWALIFICERENDE PROJECTWIJZER.

De opdrachten in deze kwalificerende projectwijzer zijn geschreven op complexiteitsniveau D - het niveau zoals dat in het kwalificatiedossier beschreven is - en moeten ook op dat niveau worden uitgevoerd. Dat betekent dat: • De taak is opgebouwd als een logisch geheel zoals dat in de BPV gebruikelijk is.

15 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

• Het resultaat en uitvoering van de opdracht na afloop uitgelegd moeten kunnen worden aan de klant. • De student van een Moderne VreemdeTaal naar keuze lezen, luisteren, gesprekken voeren en spreken op niveau B2 en schrijven op niveau A2 opdrachten uitvoert. De student bij Nederlands lezen, luisteren, gesprekken voeren en spreken op niveau B2 en schrijven op niveau B1 opdrachten uitvoert. Je docent Nederlands kan je hier meer over vertellen.

3.3

OMSCHRIJVING PROCES VAN AFNAME

In deze paragraaf staat hoe het proces van examinering zal plaatsvinden in de tijd. Er is aangegeven welke activiteiten, wanneer plaatsvinden en wie daarbij betrokken zijn. Dat betekent voor jou dat wanneer je iets in dit schema niet snapt, je hierover direct moet overleggen met je begeleiders.

Nr. Activiteit

Betrokkenen

Documenten

Kwalificerend dossier Examenreglement van het ROC

Student Verantwoordelijke ROC Verantwoordelijke BPV

1.

Voorbereiden kwalificering

• Voorlichting geven aan de student over zijn/haar kwalificering. • Voorlichting geven aan praktijkbegeleider (mits examen in de BPV wordt afgenomen). Verkrijgen van een passende opdracht binnen het ROC of BPV-bedrijf In het ROC of het BPV- bedrijf kan een student een opdracht verkrijgen door: • zelf om een opdracht te vragen in het BPV- bedrijf • een opdracht van school te krijgen

Student Verantwoordelijke ROC Verantwoordelijke BPV

Kwalificerend Dossier Hoofdstuk 4

2.

16 KWALIFICEREND DOSSIER

3 AFNAMECONDITIES

Vaststellingscommissie Verantwoordelijke BPV

Kwalificerend Dossier Hoofdstuk 4

3.

Goedkeuring voor de opdracht en van het BPV -bedrijf

Formulier goedkeuring en vaststelling (zie bijlage 2)

De vaststellingscommissie van het ROC stelt vast of:

• het BPV-bedrijf voldoet (bedrijf is door de examencommissie goedgekeurd) • de werkprocessen compleet, op de juiste

wijze en in de juiste complexiteit worden uitgevoerd

Opmerking: als er niet aan het bovenstaande wordt voldaan, zal de opdracht moeten worden aangepast en opnieuw worden voorgelegd aan de vaststellingscommissie. Afstemmen waar er wat wordt uitgevoerd en beoordeeld. Planning afhankelijk van: • aanwezigheid van het gewenste werk • beschikbaarheid betrokkenen Informeren: • definitieve start van de kwalificerende werkzaamheden • definitieve planning Uitvoering opdracht • Start kwalificerend dossier • Uitvoering van de opdracht(en) Plannen Start uitvoering

Kwalificerend Dossier Hoofdstuk 4, 10.1, 10.2

Student Verantwoordelijke ROC Verantwoordelijke BPV

4.

Plan van aanpak/ planning

Kwalificerend Dossier Hoofdstuk 10.1, 10.2

Student Verantwoordelijke ROC Verantwoordelijke BPV

5.

Kwalificerend Dossier Hoofdstuk 5

6.

Student Verantwoordelijke ROC Verantwoordelijke BPV

17 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Student Verantwoordelijke ROC Verantwoordelijke BPV

Kwalificerend Dossier Hoofdstuk 2.3, 6, 10.1, 10.2, 10.3 Bijlage 1

7.

Beoordelen door diverse beoordelaars

• De beoordelaars observeren de

student tijdens de uitvoering van zijn werkzaamheden volgens de voorgeschreven systematiek. lieren worden correct ingevuld en samen met de observatie en even- tueel reflectieverslagen, productbeoordelingen en beoordelingen van de presentatie en verslag- legging beoordelingsge- sprek, verzameld in het dossier van de student. Opmerking: beoordeling vindt voornamelijk plaats tijdens de uitvoering. Vaststellen beoordeling • De beoordelaars komen per werkproces tot een gezamenlijke beoordeling. Bewijsstukken verzamelen • Beoordelingsformu-

Verantwoordelijke ROC Verantwoordelijke BPV

Kwalificerend Dossier Hoofdstuk 10.3

8.

Student Verantwoordelijke ROC

Kwalificerend Dossier Hoofdstuk 6 Bewijsstukken

9.

• De student verzamelt

alle bewijsstukken in zijn kwalificerend dossier

• De student levert zijn

kwalificerend dossier in bij de verantwoordelijke van het ROC

Opmerking: bewijsstukken zijn afgetekende

beoordelingsformulieren per werkproces en de in te leveren resultaten

10. Vaststellen bewijsstukken

Verantwoordelijke ROC Verantwoordelijke BPV

Kwalificerend Dossier Hoofdstuk 5, 10.1

• Controle of alle

bewijsstukken aanwezig zijn

18 KWALIFICEREND DOSSIER

3 AFNAMECONDITIES

(Sub)examencommissie Kwalificerend Dossier Hoofdstuk 3.3

11. Eindbeoordeling vaststellen

• Gekwalificeerd (op basis van cesuur) • Niet gekwalificeerd (recht op herkansing bepalen) • Na afronding vakdossier, Nederlands, Moderne vreemde Talen, LLB en eventueel andere in het KD genoemde zaken

Allen

Diploma

12. Diplomering

19 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

3.4

STROOMSCHEMA PROCES VAN AFNAME

20 KWALIFICEREND DOSSIER

4

4 VOORBEREIDING

4.1

INSTRUCTIE

• Het project moet worden uitgevoerd volgens de 4-fasen-methode. – Oriënteren – Plannen – Uitvoeren – Controleren en evalueren

• De producten die als resultaat van een werkproces van je worden verwacht, staan telkens onder de opdrachtomschrijving van het werkproces vermeld. • De criteria, die bepalen of werkzaamheden als voldoende kunnen worden beoordeeld, staan in de beoordelingsformulieren van hoofdstuk 6. • De indicatoren, om door middel van observatie te beoordelen of je competent hebt gehandeld, staan ook in de beoordelingsformulieren van hoofdstuk 6. • De producten (ingevulde controlelijsten e.d.) moeten voldoen aan alle eventuele wettelijke eisen die de branche en/of de opdrachtgever stelt. Producten worden beoordeeld met O-V-G. • De beoordelingsmethode met D-A-G impliceert dat er ook gekeken wordt naar de mate waarin je actief bent en de mate waarin je kennis en vaardigheden inzet. Deze methode staat omschreven in bijlage 1.

21 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

4.2

VOORBEELD PROJECTOPDRACHT

Opdracht Het project is een complexe taak die wordt uitgevoerd aan de hand van de door het bedrijf of fabrikant gehanteerde procedures of als deze niet toereikend zijn door middel van creativiteit en effectiviteit. Het bedrijf beschikt over de apparatuur om de benodigde informatie en procedures te kunnen achterhalen. BEGELEIDING De student dient een klantgerichte, servicegerichte en lerende instelling te laten zien. Goede communicatieve vaardigheden, flexibel werkgedrag, een hoge kwaliteitsnorm, kennis van zaken en kundigheid in het oplossen van problemen zijn ook belangrijke waarden van de Technisch Specialist Bedrijfsauto’s. Daarnaast wordt er van hem verwacht dat hij accuraat en productief is, kostenbewust en resultaatgericht, een groot verantwoordelijkheidsgevoel heeft ten opzichte van het eigen werk, dat van anderen, het voertuig en de klant/chauffeur. Ook kwaliteiten als vooruitkijken, het stellen van prioriteiten in de eigen werkplanning, collegialiteit en samenwerken met collega’s zijn erg belangrijk. Het is van groot belang dat de student geen 9-tot-5 mentaliteit heeft en dat hij bereid is door te gaan tot de klus geklaard is, ook onder soms barre omstandigheden (in weer en wind langs de kant van de weg). De projectopdracht bestaat uit twee delen; een reparatieopdracht in de werkplaats en het stellen van een diagnose in de werkplaats en op locatie. Opdracht • Voer een projectopdracht uit op een van tevoren afgesproken bedrijfsauto. Je achterhaalt zelfstandig de benodigde informatie en procedures voor de reparatie. • De projectopdracht kan uit één of meerdere deelopdrachten bestaan. • Je kiest zelf de benodigde hulpmiddelen, gereedschappen en testapparatuur.

22 KWALIFICEREND DOSSIER

4 VOORBEREIDING

Het resultaat is dat: • De diagnosewerkzaamheden zonder onderbreking kunnen worden uitgevoerd. • Je bij werkzaamheden op locatie door contact met de chauffeur de juiste gereedschappen en apparatuur bij je hebt. • Je de oorzaak van de storing aan de bedrijfsauto door diagnose hebt opgespoord en een reparatieadvies hebt geformuleerd. • Je de diagnosewerkzaamheden aan de bedrijfsauto volgens voorschriften hebt gecontroleerd en gerapporteerd. • De gebruikte apparatuur, gereedschappen, hulpmiddelen en je werkplek zijn schoongemaakt en opgeruimd. • De reparatieopdracht zo is voorbereid dat de oorzaak van de storing aan de bedrijfsautoauto zonder onderbreking kan worden uitgevoerd. • Je de reparatie aan de bedrijfsauto volgens reparatievoorschrift en veiligheidsvoorschriften hebt uitgevoerd. • Je de oorzaak van het probleem aan de bedrijfsauto op locatie of in de werkplaats door middel van diagnose hebt opgespoord. • Er een reparatieadvies is geformuleerd en alle relevante informatie, voorschriften, procedures, materialen en onderdelen zijn verzameld, zodat de reparatie aan de bedrijfsauto zonder onderbreking kan worden uitgevoerd. • Je de reparatiewerkzaamheden aan de bedrijfsauto volgens voorschriften hebt gecontroleerd en gerapporteerd. • Je afwijkingen hebt genoteerd en de uitgevoerde reparatie werkzaamheden met de klant/chauffeur hebt besproken. • De gebruikte apparatuur, gereedschappen, hulpmiddelen en je werkplek zijn schoongemaakt en opgeruimd. Restmateriaal en afvalstoffen zijn volgens voorschrift afgevoerd. • De klant of chauffeur zodanig is geïnformeerd dat verdere calamiteiten onderweg of in de verdere toekomst voorkomen worden.

23 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

BEGELEIDING De projectopdracht is gesplitst in twee delen; repareren in de werkplaats en repareren op locatie. Een reparatieopdracht kunt u op school (in simulatie) of het BPV-bedrijf laten uitvoeren. Het stellen van diagnose op locatie (werkproces 2.3) en het uitvoeren van een (nood)reparatie (werkproces 2.4.) kan niet worden gesimuleerd en moet daarom in een werkelijke praktijksituatie worden beoordeeld. Tijdens de beoordeling van werkproces 2.3.en 2.4 dient de verkeersveiligheid van de student, chauffeur en beoordelaar gewaarborgd te zijn. Deze werkprocessen kunnen worden beoordeeld wanneer de student mee gaat op karwei. De student dient de diagnose en de bijbehorende (nood)reparatie zelfstandig uit te voeren.

Concrete voorbeelden van opdrachten vind je in bijlage 10 t/m 16.

4.3

VERWERVEN EN VASTSTELLEN VAN DE PROJECTOPDRACHT

Je overlegt met je BPV-bedrijf over de werkzaamheden die je tijdens je kwalificerende projectwijzer in het BPV-bedrijf kan uitvoeren. Daarna vul je het aanvraagformulier in en lever je dat in bij jouw BPV-docent. Je spreekt af op welke termijn je de goedkeuring krijgt. Je overlegt met je SLB welke opdracht je op school tijdens je kwalificerende projectwijzer kunt uitvoeren. Op het vaststellingsformulier PT2.1 (bijlage 2) wordt van tevoren vastgelegd welke opdracht uitgevoerd moet worden. Je spreekt af op welke termijn je een bevestiging krijgt om met de opdracht te starten. Je start pas met de uitvoering van je kwalificerende projectopdracht als hiervoor door de BPV-docent toestemming is gegeven.

24 KWALIFICEREND DOSSIER

5

5 UITVOERING

5.1

INSTRUCTIE

Je gaat nu de kwalificerende projectwijzer uitvoeren. Dat doe je volgens de gebruikelijke 4-fasen-methode. Als er onduidelijkheden zijn in de opdracht, overleg je dat met je beoordelaar voordat je met het werk begint. Je merkt tijdens de uitvoering van het werk dat er iets niet klopt, je hebt bijvoorbeeld een verkeerd onderdeel gekregen, er is een testapparaat defect of er is geen recente werkplaatsinformatie aanwezig, dan overleg je dat direct met je beoordelaar en niet na afloop van het werk. De opdracht kan, als je hem niet kunt uitvoeren in het BPV bedrijf, op je ROC gedaan worden. Jouw collega’s worden dan studenten van een ander leerjaar en/of een ander niveau. Als je de opdracht op je ROC doet, maak je evengoed gebruik van het goedkeuringsformulier PT2.1 (bijlage 2).

25 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

5.2

UITVOEREN VAN DE OPDRACHT

De taak bestaat uit het stellen van diagnose bij een storing aan een personenauto en het verrichten van de daaruit voorkomende reparatie. De storing kan betrekking hebben op mechanisch of elektronisch gebied. Voor het stellen van de diagnose kan gebruik worden gemaakt van universele of (merk)meetapparatuur/testapparatuur. Voor de reparatie kunnen werkplaatsinformatiesystemen geraadpleegd worden. BEGELEIDING Voor het stellen van een juiste diagnose zijn alle gangbare testers en uitleesapparatuur toegestaan. Bij het gebruik van uitleesapparatuur die het defecte component of slecht functionerende subsysteem aangeeft, moet de student een tweede check uitvoeren. Dit kan door het component door of op te meten. Storingen in elektrische of elektronische systemen kunnen met bijvoorbeeld een scoopmeter getest worden. In ieder geval moet de oorzaak van de storing achterhaald worden. Het raadplegen van derden (experts) kan in sommige gevallen nodig zijn. Dit moet op het beoordelingsformulier bij ‘Opmerkingen’ worden vermeld. Opdracht • Je ontvangt een opdracht om een diagnose uit te voeren. Bekijk de opdracht en overleg eventueel met collega’s of je leidinggevende wat samen gedaan moet worden. • Maak een planning om dit in binnen de opdracht uit te voeren en koppel dit terug naar receptie, leidinggevende en je beoordelaar. • Verzamel alle relevante informatie, apparatuur, gereedschappen en hulpmiddelen, die nodig zijn om een diagnose te stellen. • Stel een diagnose en volg daarbij de voorschriften/procedures van de fabrikant of het bedrijf en stel een reparatie advies op. • Controleer of je diagnose goed is uitgevoerd en ruim je werkplek op.

26 KWALIFICEREND DOSSIER

5 UITVOERING

• Je ontvangt een opdracht om een reparatie uit te voeren in de werkplaats. Bekijk de opdracht en overleg eventueel met collega’s of je leidinggevende wat samen gedaan moet worden. • Maak een planning waarbinnen de opdracht uitgevoerd moet worden en koppel dit terug naar receptie, leidinggevende en je beoordelaar. • Verzamel alle relevante informatie, materialen, onderdelen, gereedschappen en hulpmiddelen, die nodig zijn voor de reparatie in de werkplaats. • Voer de reparatie uit volgens de voorschriften van de fabrikant of het bedrijf. Meld complicaties bij je leidinggevende en beoordelaar. • Controleer of de reparatie goed is uitgevoerd en geef uitleg aan de chauffeur over de verrichte werkzaamheden. Met als resultaat dat: • De oorzaak van de storing is vastgesteld. • De reparatie veilig en binnen de geplande tijd kan worden uitgevoerd. • De uitgevoerde reparatie volgens normen/voorschriften van de fabrikant heeft plaatsgevonden. • De werking van het systeem of nieuwe component(en) is getest en dat ze werken naar behoren. • De klant/chauffeur van de bedrijfsauto correct en zo volledig als nodig is geïnformeerd over de uitgevoerde werkzaamheden. • De werkplek na de reparatie is schoongemaakt en restmateriaal en afval op de juiste wijze zijn afgevoerd. Verder werk je ordelijk en netjes en volgens de daarvoor geldende procedures.

Werkproces 3.1

Je hebt de diagnoseopdracht zodanig voorbereid dat de werkzaamheden zonder onderbreking kunnen worden uitgevoerd.

Formulier PT2.3

Bewijsstukken voor je kwalificerend dossier:

27 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Werkproces 3.2

Je hebt de oorzaak van het probleem door middel van diagnose opgespoord. Je formuleert een reparatieadvies voor vervolgwerkzaamheden.

Kopie werkorder Formulier PT2.3 Reflectieverslag

Bewijsstukken voor je kwalificerend dossier:

Werkproces 3.3

Je hebt de diagnosewerkzaamheden gecontroleerd, gerapporteerd en afgesloten. De gebruikte apparatuur, gereedschappen en hulpmiddelen en de werkplek heb je opgeruimd.

Bewijsstukken voor je kwalificerend dossier:

Kopie werkorder

Werkproces 2.1

Je hebt de reparatieopdracht zodanig voorbereid dat je beschikt over alle relevante informatie, materialen en onderdelen, voorschriften en procedures, zodat je de reparatiewerkzaamheden aan de bedrijfsauto in de werkplaats of op locatie zonder onderbreking en binnen de geplande tijd kan uitvoeren. Indien nodig heb je met collega’s en de receptie overlegd over onduidelijkheden en over werkzaamheden die in teamverband moeten worden uitgevoerd.

Formulier PT2.2 Kopie werkplaatsinformatie

Bewijsstukken voor je kwalificerend dossier:

28 KWALIFICEREND DOSSIER

5 UITVOERING

Werkproces 2.2

Je hebt de reparatie aan de bedrijfsauto volgens reparatievoorschrift uitgevoerd. Bij het constateren van (extra) gebreken heb je in overleg een passende beslissing genomen over vervolgwerkzaamheden.

Reflectieverslag

Bewijsstukken voor je kwalificerend dossier:

Werkproces 2.3

Je hebt de oorzaak van het probleem aan de bedrijfsauto op locatie door middel van diagnose opgespoord. De juiste beslissingen voor vervolgacties zijn genomen.

Reflectieverslag Kopie werkorder Beoordelingsgesprek

Bewijsstukken voor je kwalificerend dossier:

Werkproces 2.4

Je hebt de reparatie aan de bedrijfsauto volgens reparatievoorschrift en veiligheidsvoorschriften uitgevoerd. Afwijkingen heb je genoteerd en besproken. De chauffeur weet welke werkzaamheden zijn verricht en hoe hij moet handelen in geval van verdere calamiteiten onderweg.

Kopie werkorder Reflectieverslag

Bewijsstukken voor je kwalificerend dossier:

29 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Werkproces 2.5

Je hebt de reparatiewerkzaamheden aan de bedrijfsauto volgens voorschriften gecontroleerd en gerapporteerd. Je hebt de werkplek schoongemaakt en opgeruimd. Restmateriaal en afvalstoffen heb je volgens de voorschriften afgevoerd.

Bewijsstukken voor je kwalificerend dossier:

Kopie werkorder

Werkproces 2.7

Je hebt de klant/chauffeur van de bedrijfsauto zo correct en zo volledig als nodig geïnformeerd over de uitgevoerde reparatiewerkzaamheden en hij weet indien relevant hoe hij herhaling van het probleem kan voorkomen.

Bewijsstukken voor je kwalificerend dossier:

Reflectieverslag

30 KWALIFICEREND DOSSIER

5 UITVOERING

5.3

FORMULIEREN

Formulier PT2.2

Werkvoorbereiding formulier

Werkzaamheid /controle

Benodigd (speciaal) gereedschap

Benodigde onderdelen

Benodigde werkplaats- documentatie

Benodigde tijd

Kandidaat:

Plaats:

Datum:

Examinator:

Toelichting Op het werkvoorbereidingsformulier noteer je de stappen waarin je de werkzaamheden uit gaat voeren. Bij iedere stap noteer je welke gereedschappen, equipement, documentatie en overige materialen je nodig hebt. Denk hierbij aan speciaal gereedschap, een hefbrug, een gereedschapskist, elektrische schema’s en dergelijke.

Bespreek dit formulier met je beoordelaar en voeg het formulier toe aan je beoordelingslijst.

BEGELEIDING Het werkvoorbereidingformulier PT 2.2 wordt beoordeeld en dient ter ondersteuning van competentie: K (Vakdeskundigheid toepassen) in werkproces 2.1.

31 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Formulier PT2.3

Stappenplan meetprocedure

Component/deelmeting Gemeten waarde

Fabriekswaarde

Toelichting In het stappenplan noteer je de verschillende (deel)metingen die je uit gaat voeren in logische volgorde. Bij iedere meting noteer je de gemeten waarde en de fabriekswaarde.

Overleg dit formulier met je beoordelaar en verklaar je metingen. Voeg het formulier toe aan je beoordelingslijst.

BEGELEIDING Het stappenplan meetprocedure PT 2.3 wordt beoordeeld en dient ter ondersteuning van competenties: K (Vakdeskundigheid toepassen) in werkproces 3.1; J (Formuleren en rapporteren) in werkproces 3.2.

32 KWALIFICEREND DOSSIER

6

6 RESULTAAT

6.1

INSTRUCTIE

In paragraaf 2.3 wordt de manier van beoordelen in de kwalificerende periode omschreven. In deze paragraaf wordt uitgelegd wat er in de beoordelingsformulieren staat en wat er waar wordt ingevuld. Beoordelaars beoordelen jouw getoonde gedrag en jouw check/ controlelijsten uitsluitend op basis van de eisen die zijn aangegeven in het beoordelingsformulier. Zij beoordelen op basis van eigen waarneming en geconstateerde feiten. Voor elk werkproces is er een apart beoordelingsformulier.

33 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Hier staat het nummer van het werkproces.

Beoordelingsformulier werkproces nr Student:

Hier komen je gegevens.

Studentnummer:

Cohort:

Opleidingsinstituut:

BPV-bedrijf:

Hier komen de gegevens over je opleiding.

Kwalificatiedossier Uitstroomrichting

Crebo nr.

Studierichting Kerntaak nr

Naam kerntaak Werkproces nr Naam werkproces

Omschrijving werkproces

Hier staan de belangrijkste kenmerken van je werkzaamheden bij het werkproces Hier staat het gewenste resultaat van het werkproces

Uitleg bij D-A-G vind je in par. 2.3.

Gewenst resultaat

Eindbeoordeling

D-A-G

Competent uitvoeren van werkproces nr

Hier komt de eindscore van het werkproces op basis van de regels (cesuur) in par. 2.4.

Opmerkingen: Wanneer beoordelaars bij een van de competenties een score D geven, dan staat hier aangegeven waarom dat zo is. Wanneer beoordelaars bij een van de competenties een score G geven, dan kunnen zij dit hier toelichten.

Ondertekening

Eerste beoordelaar Tweede beoordelaar Student (gezien)

Naam

Functie

Je beoordelaars ondertekenen het ingevulde formulier. Jij ondertekent het ingevulde formulier voor gezien.

Datum

Handtekening

34 KWALIFICEREND DOSSIER

6 RESULTAAT

Een product is gekoppeld aan een of meer competenties. De eisen bij de competenties gelden ook voor het product.

Onderliggende beoordelingen bij werkproces nr

Uitleg bij O-V-G vind je in par. 2.3.

Productbeoordeling met criteria en koppeling aan competentie Product Criteria

Comp. O-V-G

Bij elk van de producten staan hier de aanvullende eisen vermeld.

Hier staan een of meer producten die je maakt bij die werkproces

Beoordeling met criteria van reflectieverslag en beoordelingsgesprek Product Criteria Comp. D-A-G

Competentiebeoordeling

Beoordelingsmethode D-A-G

Competentie Hier staat beschreven wat de eisen voor je gedrag zijn en wat het gewenste resultaat van je gedrag is.

Hier staan een of meer beoordelingsmethoden

aangegeven. Voor uitleg zie bijlage 1.

Competentie Hier staat beschreven wat de eisen voor je gedrag zijn en wat het gewenste resultaat van je gedrag is.

Hier staan een of meer beoordelingsmethoden

aangegeven. Voor uitleg zie bijlage 1.

Competentie Hier staat beschreven wat de eisen voor je gedrag zijn en wat het gewenste resultaat van je gedrag is.

Hier staan een of meer beoordelingsmethoden

aangegeven. Voor uitleg zie bijlage 1.

35 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

BEOORDELAARS Bij de beoordeling van onderliggende competenties (tweede deel van het formulier) staat steeds voorop dat het resultaat van de werkzaamheden van de student bruikbaar moet zijn voor het bedrijf(sleven). Bij de beoordeling van de onderliggende competenties wordt steeds gekeken naar de bijdrage aan het totale werkproces.

Observatie wordt altijd als beoordelingsmethode ingezet. Competent gedrag kan alleen via observatie worden beoordeeld.

De beoordelaars die betrokken zijn bij een werkproces bepalen gezamenlijk de uiteindelijke score en zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor opmerkingen waarin scores D worden verantwoord. Beoordelaars geven bij de opmerkingen ook aan waarom een werkproces de score G krijgt. Alle beoordelaars ondertekenen het door hen in overleg gezamenlijk vastgestelde beoordelingsformulier per werkproces. Wanneer een product de score O (onvoldoende) krijgt, wordt dan de productbeoordeling bij de aangegeven competentie(s) automatisch D (deels of niet aangetoond). Dat geldt ook wanneer andere aangegeven producten bij die productbeoordeling wel een score V of G hebben. Door de gehanteerde cesuur wordt de score voor de hele competentie dan automatisch D (zie paragraaf 2.4). Wanneer alle aangegeven producten een score V of G hebben of wanneer er geen productbeoordeling staat aangegeven voert elke beoordelaar de beoordelingsmethoden uit waarvoor hij wordt ingezet. Een beschrijving van de beoordelingsmethoden en richtlijnen voor de uitvoering daarvan zijn aangegeven in bijlage 1.

BEGELEIDING De beoordeelde lijsten en kopieën worden als extra bewijsstukken opgenomen bij de beoordelingsformulieren. De manier van beoordelen staat in §2.3.

Beoordelingsformulieren ordenen per werkproces • Waarin opgenomen de methodemix:

– observatie aan de hand van observatiecriteria waarbij minimaal de componenten van de competenties en de naar beoordelingscriteria omgeschreven prestatie- indicatoren worden weergegeven – productbeoordeling aan de hand van duidelijk gestelde beoordelingscriteria Beoordelaars vinden in paragraaf 10.4 verdere instructies voor beoordelaars.

36 KWALIFICEREND DOSSIER

6 RESULTAAT

UITGANGSPUNTEN BEOORDELINGSFORMULIER • Formulier is per werkproces omdat het gaat over het competent uitvoeren van een werkproces. • Productbeoordeling is primair gekoppeld aan het werkproces en wordt vervolgens gekoppeld aan de bijbehorende competenties. • De competenties zijn onlosmakelijk verbonden aan het werkproces. • Formulier is in ‘Word’ opgemaakt. U kunt het downloaden bij: www.consortiumbo.nl/kwalificerendmateriaal.

37 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

38 KWALIFICEREND DOSSIER

6 RESULTAAT

6.2

BEOORDELINGSFORMULIEREN

Beoordelingsformulier werkproces 3.1 Student:

Studentnummer:

Cohort:

Opleidingsinstituut:

BPV-bedrijf:

Kwalificatiedossier Technisch Specialist Uitstroomrichting

Crebo nr. 93460

Studierichting Kerntaak 3

Stelt diagnose aan bedrijfsauto’s Werkproces 1.1 Bereidt diagnoseopdracht aan bedrijfsauto voor

Omschrijving werkproces

• Bij onduidelijkheden wordt de opdracht overlegd met de receptionist, leidinggevende of klant/chauffeur. • De opdracht is zodanig voorbereid dat alle relevante informatie, gereedschappen en hulpmiddelen zijn verzameld. • De student controleert de eigen voorbereiding. • De diagnosewerkzaamheden kunnen zonder onderbreking worden uitgevoerd.

Gewenst resultaat

D-A-G

Eindbeoordeling

Competent uitvoeren van werkproces 3.1

Opmerkingen:

Ondertekening

Eerste beoordelaar Tweede beoordelaar Student (gezien)

Naam

Functie

Datum

Handtekening

39 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Onderliggende beoordelingen bij werkproces 3.1

Productbeoordeling met criteria en koppeling aan competentie O-V-G Product Criteria Comp. Formulier PT2.3 • Formulier is volledig en in logische volgorde ingevuld. K ..

Beoordeling Werkproces 3.1

Product en beoordelingsmethoden O-V-G D-A-G

K. Vakdeskundigheid toepassen* Je leest en begrijpt de opdracht en je bepaalt waar je de benodigde gegevens kunt vinden. Het resultaat is: dat je aantoont dat je inzicht hebt in de aard van de te stellen diagnose. L. Materialen en middelen inzetten Je kiest zelfstandig meet-, test- en diagnoseapparatuur en houdt rekening met de mogelijkheden en beperkingen van deze middelen. Het resultaat is: dat de diagnose doeltreffend en efficiënt kan worden uitgevoerd. N. Onderzoeken* Je verzamelt zelf voldoende informatie en neemt daarbij niet snel genoegen met wat voor de hand ligt en al bekend is. Je bent alert op wat eventueel niet klopt en weet dit te interpreteren. informatie de juiste vragen stelt om de oorzaak van de storing te kunnen achterhalen. T. Instructies en procedures opvolgen Je houdt je aan de voorschriften en procedures van het bedrijf en de fabrikant. Het resultaat is: dat je diagnosewerkzaamheden volgens de voorschriften uitvoert. Het resultaat is: dat je door de verkregen

Formulier PT2.2 Observatie

Observatie

Observatie

Observatie

40 KWALIFICEREND DOSSIER

6 RESULTAAT

Beoordelingsformulier werkproces 3.2 Student:

Studentnummer:

Cohort:

Opleidingsinstituut:

BPV-bedrijf:

Kwalificatiedossier Technisch Specialist Uitstroomrichting

Crebo nr. 93460

Studierichting Kerntaak 3

Stelt diagnose aan bedrijfsauto’s Werkproces 3.2 Stelt diagnose aan bedrijfsauto’s

Omschrijving werkproces

• Stelt onder tijdsdruk een diagnose door visuele waarneming, te meten en te testen. • Noteert en analyseert de verzamelde gegevens. • Improviseert voor extra gegevens en ondersteuning om een betrouwbare diagnose te stellen. • Trekt conclusies en formuleert een advies voor vervolgwerkzaamheden. • Maakt een zo zorgvuldig mogelijke inschatting van de aard en de duur van de vervolgwerkzaamheden. • Maakt een afweging of het werk moet worden uitbesteed. • Overlegt bevindingen en eventuele complicaties met de leidinggevende.

Gewenst resultaat

• De oorzaak van het probleem is opgespoord. • Er is een reparatieadvies geformuleerd.

Eindbeoordeling

D-A-G

Competent uitvoeren van werkproces 3.2

Opmerkingen:

Ondertekening

Eerste beoordelaar Tweede beoordelaar Student (gezien)

Naam

Functie

Datum

Handtekening

41 Technisch Specialist Bedrijfsauto’s voor de BOL-opleiding

Onderliggende beoordelingen bij werkproces 3.2

Productbeoordeling met criteria en koppeling aan competentie O-V-G Product Criteria Comp. Kopie werkorder • Voldoet aan eisen van de branche en het bedrijf. J .. Formulier PT2.3 • Formulier is volledig en in logische volgorde ingevuld. J .. Beoordeling met criteria van het reflectieverslag D-A-G Product Criteria Comp. Reflectieverslag over analyseren • Volgens STARRT-methode uitgevoerd. M ..

• Uit de informatie van de klant en de verkregen meetgegevens zijn de afwijkingen vastgesteld. Je hebt een juist reparatieadvies geformuleerd. • Reflectieverslag taalkundig op het juiste niveau.

Beoordeling Werkproces 3.2

Product en beoordelingsmethoden O-V-G D-A-G

J. Formuleren en rapporteren Je noteert de uitgevoerde werkzaamheden en afwijkingen op de werkorder en formuleert een reparatieadvies. Het resultaat is: dat je een duidelijk en onderbouwd reparatieadvies hebt geformuleerd. K. Vakdeskundigheid toepassen* Je bent in staat met je vakkennis snel de juiste informatie uit te filteren. Het resultaat is: dat je praktische oplossingen geeft om de storing op te sporen. L. Materialen en middelen inzetten* Je maakt verantwoord gebruik van meet-, test-, diagnoseapparatuur en (hulp)middelen. Het resultaat is: dat je tijd en middelen doelmatig en efficiënt inzet.

Kopie werkorder Formulier PT2.2 Observatie

Observatie

Observatie

42 KWALIFICEREND DOSSIER

Made with