006BTMS0022

006BTMS0022

BEROEPSTAAK

10 MIG/MAG 2

Opleiding Metaalbewerken > Metaalbewerker [Crebo 94301]

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

10

Opleiding Metaalbewerken > Metaalbewerker [Crebo 94301]

69370596 Bestelnummer 006BTMS0022

COLOFON

Leden werkgroep Metaaltechniek M.W. Flinsenberg A.K. Tiemersma T.A. Overdijk

Ontwikkelgroepleider Techniek en ICT W. van Dijk

Eindredactie T. Zuijderduin en M. Brok

Foto's W. van Dijk, M. Flinsenberg

Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties geregeld zijn. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met de uitgever. © 2009 Stichting Consortium Beroepsonderwijs. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar worden gemaakt, in enige vorm of enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opname of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming.

INHOUD

Introductie op de beroepstaak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4

Stap 1 Stap 2 Stap 3

Oriënteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Invullen mini-POP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10 Voorbereiden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13 1 Oefening Positielassen van hoeklasverbindingen . . . . . . . . . . .14 2 Oefening Positielassen van V-naad lasverbindingen . . . . . . . . .23 Werkvoorbereiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30 Uitvoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31 Controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33 Beoordelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34 Terugkijken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36

Stap 4 Stap 5 Stap 6 Stap 7

Bronnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38

Beoordelingsmonitor. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .39

3

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

INTRODUCTIE OP DE BEROEPSTAAK

In deze beroepstaak Bij het samenstellen van producten moet een metaalbewerker regelmatig lasverbindingen maken. Bij het doorwerken van de beroepstaak MIG/MAG 1 heb je kennis en vaardigheden opgedaan met betrekking tot het lassen Je gaat nu volgens de 7 stappen van BGL je lasvaardigheden op het gebied van MIG/MAG lassen naar het niveau brengen dat gelijkwaardig is met NIL-2 niveau. Om dit te kunnen bereiken moet je bijbehorende kennis en vaardigheden beheersen en bepaalde competenties bezitten. De competenties die jij al eerder ontwikkeld hebt, worden in een POP (Persoonlijk Ontwikkelings Plan) gezet. Dit doe je samen met je begeleider.

Na deze beroepstaak Als je deze beroepstaak goed uitvoert, kun je: • aan de hand van een tekening een goede werkvoorbereiding maken • de juiste materialen opzoeken en controleren • de te gebruiken machines en gereedschappen controleren, afstellen en bedienen • in afwijkende situaties een oplossing bedenken • met alle betrokkenen in het werkproces overleggen zodat de werkzaamheden vlot verlopen • lasverbindingen maken die aan de gestelde kwaliteitseisen voldoen • zorg dragen voor een goede werkuitvoering en werken volgens Arbo-voorschriften en geldende bedrijfsregels • metingen en controles uitvoeren om te voldoen aan de eisen • gereedschappen, machines en werkplek schoonhouden

4

Portfolio In deze beroepstaak volg je de stappen. Er zijn in totaal zeven stappen. Neem de stappen in de juiste volgorde. Van elke stap verzamel je bewijzen (in te leveren resultaten), die in je portfolio komen. Je zorgt zelf voor de samenstelling van je portfolio. In de tabel staat welke producten bij welke stap horen.

Stap

Producten portfolio

1. Oriënteren

• Kort verslag van de uitwerking van de activiteiten • Tabel vaardigheden • Tabel werkvolgorde

2. Invullen mini-POP • Ingevulde planning 3. Voorbereiden

• De beoordelingen van de verschillende oefeningen • Uitwerkingen van de diverse activiteiten • Werkvoorbereiding van de eindopdracht

4. Uitvoeren

• Proeve van bekwaamheid MIG/MAG NIL niveau 2

5. Controleren

• Controlelijst van jezelf • Controlelijst mededeelnemer

6. Beoordelen

• Ingevulde beoordelingsmonitor • Bewijsstukken van het criteriumgericht interview • Eindpresentatie • Demonstratie

7. Terugkijken

• Ingevuld mini-POP • Terugkijkverslag • Bijgewerkt portfolio

5

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

Oriënteren

Or iënteren

IN TE LEVEREN RESULTAAT

• Kort verslag van de uitwerking van de activiteiten. • Tabel vaardigheden. • Tabel werkvolgorde.

In deze beroepstaak ga je verschillende lasverbindingen maken die nodig zijn bij het maken van bepaalde eindproducten. Het is in de praktijk helaas niet altijd mogelijk het te lassen werk zodanig neer te zetten dat het laswerk onderhands gedaan kan worden. In deze beroepstaak komen er niet alleen nieuwe lasnaadvormen bij, maar ook andere lasposities, bijvoorbeeld boven het hoofd lassen of van boven naar beneden lassen. In de eindopdracht van deze beroepstaak zijn die verschillende lasnaadvormen en lasposities samengevoegd. Voor het uitvoeren van deze eindopdracht is het nodig dat je verschillende vaardigheden beheerst. Om er zeker van te zijn dat je die vaardigheden beheerst, ga je eerst een aantal oefeningen maken. Bij stap 3, Voorbereiden, komen we daarop terug.

6

ACTIVITEITEN

1

De tekening 1 De stuklijst is niet volledig ingevuld.

a Kijk eens om je heen in het bedrijf waar je werkt of stage loopt of je iets ziet waar deze lasnaadvormen in zijn ver- werkt en in welke positie die lassen gemaakt zijn. b Maak er eventueel een foto van en doe deze bij het verslag. 2 Bestudeer de tekening MIG-MAG2-94300-12-01 goed. Probeer je voor te stellen om welke lasnaadvormen en lasposities het gaat. a Wat is nu het belang van een stuklijst. b Welke informatie zou je hierin terug moeten kunnen vinden. Vaardigheden 1 Maak een lijst van de vaardigheden die je moet kunnen uitvoe- ren voor het maken van deze lasverbindingen. Je kunt dit in de tabel invullen.

2

Tabel 1 Vaardigheden

Vaardigheid

Oefenen ja/nee

3

Werkvolgorde 1 Maak een globale tabel werkvolgorde voor het doorlopen van deze beroepstaak. 2 Bespreek met een van je medeleerlingen waar er in deze taak sprake kan zijn van samenwerken met een ander.

7

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

Tabel 2 Voorbeeld van een tabel met de werkvolgorde

Stappen

Moet altijd of soms

Heb ik wel eens gedaan

Heb ik wel eens bij geholpen

1

Tekeninglezen

Altijd / Soms Ja / Nee

Ja / Nee

2

Aftekenen

Altijd / Soms Ja / Nee

Ja / Nee

3

Altijd / Soms Ja / Nee

Ja / Nee

4

Altijd / Soms Ja / Nee

Ja / Nee

5 etc.

Altijd / Soms Ja / Nee

Ja / Nee

8

Afbeelding 1:

9

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

IN TE LEVEREN RESULTAAT Invul len mini -POP Invullen mini-POP

• Een ingevulde planning.

Je hebt de oriëntatie afgerond. Je weet nu wat de beroepstaak in grote lijnen inhoudt. In deze stap ga je de beroepstaak gedetailleerd uitwerken. In deze beroepstaak ga je, nadat je een aantal oefeningen hebt gemaakt, een eindopdracht maken. Hierbij moet je aan veel zaken denken. Het mini-POP moet je zorgvuldig invullen.

In het mini-POP schrijf je op: • wat je wilt leren

• hoe je dat gaat doen • wat je wilt bereiken • je planning • de benodigde ondersteuning en faciliteiten

ACTIVITEITEN

1

Mini-POP 1 Vul het mini-POP in.

2

Gesprek met je begeleider Je hebt nu een ingevuld mini-POP met een planning. Bespreek dit met je begeleider. Tijdens het gesprek krijg je vast en zeker opmerkingen of aanvullingen op je mini-POP. Verwerk deze opmerkingen eerst in je mini-POP, voordat je naar stap 3 gaat.

10

Tabel 3 Planning

1. De beroepstaak wordt afgesloten met een gesprek / beoordelingsopdracht / assessment / toets:

Onder toezicht van: ………………………….. op ……-……-…….

In ………………………………...…. (plaats). 2. Beschrijf in eigen woorden wat je gaat maken en uitvoeren in deze beroepstaak of beoordelingsopdracht.

3. Vul onderstaand schema met vaardigheden verder in. In deze beroepstaak [omschrijving beroeptaak] Waar? Hoe?

Wanneer? Met wie samen?

Paraaf TB/PB

4. Kijk in de beoordelingslijst (zie stap 6) wat je nog niet weet of kunt. Vul dat op dezelfde manier in als hierboven.

5. Welke workshops vind jij dat er bij deze beroepstaak gegeven moeten worden?

6. Aan welke persoonlijke competenties ga je nog meer werken in deze beroepstaak? (Zie vorige beroeps- taak of je POP.)

11

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

Vul hieronder jouw planning in. Geef bij elke stap de geplande startdatum en einddatum aan. Vul later de werkelijke datum in. Zo kun je zien of je je aan de planning gehouden hebt.

Jouw plan

Stap 3

Stap 4

Stap 5

Stap 6

7

Geplande startdatum: Geplande einddatum:

Startdatum: Einddatum:

12

Voorbereiden

Voorbereiden IN TE LEVEREN RESULTAAT

• De beoordelingen van de verschillende oefeningen. • Uitwerkingen van de diverse activiteiten. • Werkvoorbereiding van de eindopdracht.

In de vorige stap heb je jouw planning uitgewerkt. Je beschrijft daarin gedetailleerd wat je gaat doen. Voordat je de eindopdracht echt gaat maken, maak je eerst een aantal oefeningen. In de voorbereiding neem je op wat je gaat doen en wat je daarbij nodig hebt. Je werkt aan de hand van de tekening van het product. Bij een goede voorbereiding denk je zeker aan de volgende punten: • Welke informatie uit de tekening heb ik nodig. • Welke voorschriften moet ik toepassen bij het maken van de onderdelen. • Welke materialen, gereedschappen en beschermingsmiddelen heb ik nodig. • Welke werkvolgorde moet ik toepassen.

13

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

ACTIVITEITEN

OEFENING POSITIELASSEN VAN HOEKLASVERBINDINGEN

1

Voorbereiding oefening De positie waarin een las gelegd moet worden is een heel belangrijk element waarmee rekening gehouden moet worden. De meest eenvoudige positie is onderhands lassen, we noemen dat ook wel ‘lassen in het gootje’. Dit is echter lang niet altijd mogelijk. Een grote constructie kan niet altijd zo worden neergelegd dat onderhands lassen mogelijk is. 2 Welke twee soorten straling komen vrij bij de vlamboog? 3 Hoe wordt de mate van lichtfiltering door de lasruitjes aangegeven? 4 Op welke manier kunnen de lasdampen het beste worden afgezogen? 5 Bij MIG/MAG lassen komt alleen gelijkstroomals stroombron in aanmerking. Hoe heet een apparaat dat van wisselstroom gelijkstroom maakt? 6 Om welke reden komt voor MIG/MAG lassen alleen gelijkstroom in aanmerking? 7 Bij MIG/MAG lassen heeft de stroombron een vlakke karakteristiek. Dat wil zeggen: een grote verandering van de stroomsterkte veroorzaakt een kleine verandering van de spanning. Wat is de invloed van de booglengte op de spanning en de stroomsterkte? 8 Waaraan moet de draadaanvoersnelheid gelijk zijn? 9 Wat is het gevolg als de draadaanvoersnelheid te groot is? 10 Wat is het gevolg als de draadaanvoersnelheid te klein is? 11 Wanneer je niet precies weet hoe groot de draadaanvoersnelheidmoet zijn, waarmee kun je dan het beste beginnen; met een te hoge of een te lage draadaanvoersnelheid? Verklaar je antwoord. 12 Wat wordt er bedoeld met de uitsteeklengte? 13 Wat is het gevolg van het vergroten van de uitsteeklengte? 14 Door welke oorzaak wordt een las te bol? 15 Wat moet je aan de instellingen veranderen als een las te hol is? 16 Waarom is het noodzakelijk sommige lasnaden in meerder lagen te lassen? 1 Wat kunnen de gevolgen zijn wanneer je regelmatig te veel stra- ling, die vrij komt bij de vlamboog, in je ogen krijgt?

14

17 Laat met behulp van tekeningen zien wat het verschil is tussen een las in tweelagen en een las in twee lagen waarvan de tweede laag uit twee snoeren bestaat. 18 Waarom is het nodig een tweede laag met twee snoeren aan te brengen? 19 Moet je de instelling van de apparatuur wijzigen bij het aanbrengen van de tweede laag? Zo ja, waar bestaat die wijziging uit? 20 Eén van de gevaren bij MIG/MAG lassen is dat er ‘te koud’ wordt gelast. Wat wordt hiermee bedoeld? 21 Hoe kan het probleem van te koud lassen worden opgelost? 22 Een hoeklas is aangegeven met een a-hoogte 3 mm. De las heeft uiteindelijk een a-hoogte van 4 mm. Bereken: a Hoeveel cm 3 lasmateriaal er per meter laslengte meer Er zijn 6 oefeningen hoeklassen, telkens in een andere laspositie, je vindt deze op tekeningen MIGMAG2-94300-12-02 t/m 07. Je kunt ook aan je praktijkopleider vragen naar een vergelijkbare opdracht. Bekijk de tekeningen van de opdrachten en voer de onderstaande activiteiten uit voordat je met de oefeningen begint. 23 Maak een materiaal- / zaaglijst aan de hand van de tekeningen van de oefeningen. 24 Maak een lijst van de lasnaadvormen en zet daar de waarden van de instellingen in, zoals spanning en draadsnelheid. 25 Controleer of de lasapparatuur is aangesloten en ingeschakeld. 26 Controleer of de gastoevoerafsluiter geopend is. Uitvoeren oefening Je hebt nu alle voorbereidingen van deze oefeningen doorlopen. Je kunt nu beginnen met het uitvoeren van de praktijkoefeningen. 1 Stel de lasapparatuur op de juiste waarden in, vraag zonodig in- structie aan je praktijkopleider. 2 Laat één en ander controleren door de praktijkopleider. 3 Ga pas na overleg met je praktijkopleider de lasoefeningen maken. 4 Maak het/de werkstuk(ken) volgens de gegevens van de tekeningen. 5 Haal de lasspatten en bramen weg. 6 Laat de praktijkopleider het resultaat van elke oefening zien voordat je met de volgende begint. neergesmolten is dan noodzakelijk was. b Hoe groot het verschil is in procenten.

2

15

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

3

Controle oefening 1 Maak een controlelijst van de gemaakte oefeningen. 2 Ga na of je aan de gestelde veiligheidsvoorwaarden hebt voldaan. 3 Controleer je gemaakte werk aan de hand van je eigen controlelijsten. 4 Ruim de werkplek op, schakel de lasmachine uit en draai de gastoevoerafsluiter dicht. Beoordeling en nabespreking oefening Laat je praktijkopleider het gemaakte werk zien en controleren. Bespreek wat er goed ging en wat er minder goed is gegaan. Vul de door jou gemaakte controlelijst(en) in.

4

16

17

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

Afbeelding 2:

18

Afbeelding 3:

19

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

Afbeelding 4:

20

Afbeelding 5:

21

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

Afbeelding 6:

22

OEFENING POSITIELASSEN VAN V-NAAD LASVERBINDINGEN

Afbeelding 7:

1

Voorbereiding oefening 1 Een kleine vooropening is economisch aantrekkelijk. Wat zijn de nadelen van een kleine vooropening? 2 Waarom mag de vooropening en de openingshoek van een V-naad lasverbinding niet onnodig groot zijn? 3 Waarom is in de laspositie PG de lasdoorsnede per laag of snoer beperkt? 4 De Duitse norm DIN 8559 onderscheidt drie soorten materiaal waarvan de lasdraad gemaakt is. Maak een tabel waarin de draadsoort wordt genoemd, hoe groot de treksterkte is van het materiaal en welk gassoort daarbij wordt aanbevolen. 5 Op welke manier wordt roestvorming van de lasdraad voorkomen? 6 Maak een tabel waarin de verschillende beschermgassoorten zijn opgenomen. Vermeld bij elke soort de eigenschap van het beschermgas en wat de invloed van dat beschermgas is op de laskwaliteit. 7 Waarom kan gevulde draad alleen worden gebruikt bij een open booggebied? 8 Wat zijn de voordelen van een gevulde draad ten opzichte van een massieve draad? 9 Waarvan is de in te stellen gashoeveelheid afhankelijk? 10 Wat zijn de gevolgen van een te hoog of te laag ingestelde gashoeveelheid? 11 Laat met behulp van een tekening zien waarom de stand van het laspistool van groot belang is voor de bescherming van het smeltbad. 12 Wat zijn de voordelen van het gebruik van een menggas? 13 Zoek op of bekijk een menggasfles. Schrijf op hoe groot de maximale druk van het gas is in een fles. 14 Je hebt een nieuwe volle fles menggas van 90 liter en je last met 10 liter gas per minuut. Bereken hoeveel uur je met deze fles kunt lassen. 15 Je bent op karwei, je gasfles ligt buiten. Er zit op de fles van 90 liter nog een druk van 110 bar, de temperatuur van de fles is 22 ° C. Je komt na de lunch terug op je werkplek en ziet dat de fles in de zon ligt en dat de druk is opgelopen tot 120 bar. Bereken hoe hoog de temperatuur van de fles is. 16 Waardoor ontstaan bindingsfouten? 17 Waarom is het van belang om de werkstukklem direct op het werkstuk te plaatsen en niet aan de stalen tafel waar het werkstuk op ligt? 18 Wat is de oorzaak van het, soms op één stukje, warm worden van de laskabel? 19 Waarmee wordt de capaciteit van een lasapparaat aangegeven?

23

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

20 Wat is de betekenis van de term ‘inschakelduur’? 21 Bij welk koolstofpercentage is staal nog lasbaar zonder speciale voorzorgsmaatregelen? 22 Wat gebeurt er wanneer je staal met een hoog koolstofpercentage last? 23 Welke maatregelen moet je nemen als je moet lassen aan een werkstuk dat gemaakt is van staal C45? 24 Bij het lassen wordt veel warmte aan het materiaal toegevoegd. Als gevolg hiervan zal het materiaal vervormen. Hoe noemen we die vervorming? 25 In welke richtingen, ten op zichtte van de las, kan die vervorming plaatsvinden? Laat dit met een aantal tekeningen zien. 26 Op welke manier kan die vervorming worden tegengegaan? 27 Om er zeker van te zijn dat een las sterk genoeg is, wordt er veel onderzoek gedaan. Wat wordt er gemeten bij een trekproef? 28 Wat wordt er gedaan in een buigproef op een las? Maak dit duidelijk in een tekening. 29 Wat wordt er gemeten in een kerfslagproef? 30 Als je een las wilt onderzoeken zonder deze stuk te maken, welke onderzoekmethoden zijn daarvoor beschikbaar? Geef van minstens drie onderzoekmethoden een omschrijving: hoe het werkt en wat er dan onderzocht wordt. Er zijn vier oefeningen V-naad lassen. Je vindt deze op tekeningen MIG-MAG2-94300-12-08 t/m 11. Je kunt ook aan je praktijkopleider vragen naar een vergelijkbare opdracht. Bekijk de tekeningen van de opdrachten en voer de onderstaande activiteiten uit voordat je met de oefeningen begint. 31 Maak een materiaal- / zaaglijst aan de hand van de tekeningen van de oefeningen. 32 Maak een lijst van de lasnaadvormen. Zet daar de waarden van de instellingen in, zoals spanning en draadsnelheid. 33 Controleer of de lasapparatuur is aangesloten en ingeschakeld. 34 Controleer of de gastoevoerafsluiter geopend is. Uitvoeren oefening Je hebt nu alle voorbereidingen van deze oefeningen doorlopen. Je kunt nu beginnen met het uitvoeren van de praktijkoefeningen. 1 Stel de lasapparatuur op de juiste waarden in, vraag zonodig instructie aan je praktijkopleider. 2 Laat één en ander controleren door de praktijkopleider. 3 Ga pas na overleg met je praktijkopleider de lasoefeningen maken. 4 Maak het/de werkstuk(ken) volgens de gegevens van de tekeningen. 5 Haal de lasspatten en bramen weg. 6 Laat de praktijkopleider het resultaat van elke oefening zien voordat je met de volgende begint.

2

24

3

Controle oefening 1 Maak een controlelijst van de gemaakte oefeningen. 2 Ga na of je aan de gestelde veiligheidsvoorwaarden hebt voldaan. 3 Controleer je gemaakte werk aan de hand van je eigen controlelijsten. 4 Ruim de werkplek op, schakel de lasmachine uit en draai de gastoevoerafsluiter dicht. Beoordeling en nabespreking oefening Laat je praktijkopleider het gemaakte werk zien en controleren. Bespreek wat er goed ging en wat er minder goed is gegaan. Vul de door jou gemaakte controlelijst(en) in.

4

25

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

26

Afbeelding 8:

27

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

Afbeelding 9:

28

Afbeelding 10:

29

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

WERKVOORBEREIDING

Afbeelding 11:

Je hebt nu alle oefeningen gedaan. Alle vaardigheden die je nodig hebt voor het maken van de eindopdracht heb je je eigen gemaakt. Nu kun je overgaan tot het maken van een werkvoorbereiding voor het maken van de eindopdracht. In de werkvoorbereiding neem je op wat je gaat doen en wat je daarbij nodig hebt. De tekening van het product is daarbij je belangrijkste informatiebron. De volgende punten zijn daarbij van groot belang: • Welke informatie uit de tekening heb ik nodig. • Welke voorschriften moet ik toepassen bij het maken van de verschillende onderdelen. • Welke materialen, gereedschappen, hulpmiddelen en bescher- mingsmiddelen heb ik nodig. • Welke volgorde moet ik toepassen. • Welke veiligheidsmaatregelen moet ik nemen.

ACTIVITEITEN

1

Maken van de werkvoorbereiding 1 Maak de stuklijst compleet. 2 Maak een omschrijving van de bewerkingsvolgorde. Zet in een tabel welke onderdelen je eerst gaat maken en welke gereedschappen en hulpmiddelen je daar voor nodig hebt. 3 Maak een tabel van de verschillende lasnaadvormen. Neem daarin op de laspositie, met welke draadsnelheid en spanning je die lassen gaat maken.

30

Uitvoeren

Ui tvoeren

IN TE LEVEREN RESULTAAT

• Product.

Je gaat nu aan de slag met het maken van de eindopdracht. Alle informatie heb je inmiddels verzameld. Gebruik je omschrijving van de bewerkingsvolgorde als basis voor de uitvoering van de opdracht.

ACTIVITEITEN

1

Voorbereiding 1 Verzamel de materialen die je nodig hebt en controleer de afmetingen. 2 Verzamel de hulpstukken en gereedschappen die je nodig hebt. 3 Bestudeer de tekening. Teken de onderdelen af volgens de maten die op de tekening staan.

2

Uitvoering 1 Maakt de onderdelen één voor één.

2 Hecht de onderdelen aan elkaar. Controleer of de maten, haaksheid en vlakheid voldoen aan de eisen die op de tekening staan. 3 Las het werkstuk af volgens de lasaanduidingen op de tekening.

31

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

Afbeelding 12:

32

Controleren

Controle

IN TE LEVEREN RESULTAAT IN TE LEVEREN RESULTA T ren • Controlelijst van jezelf. • Controlelijst mededeelnemer.

Je hebt je beroepstaak uitgevoerd. Nu ga je je eigen werk controleren. Eventuele fouten kun je zelf herstellen.

ACTIVITEITEN

1

Voorbereiding controle 1 Maak een controlelijst.

• Hoe ga je dit aanpakken? • Denk aan de volgende punten: • Maatvoering • Vorm- en plaatstoleranties • Afwerking 2 Benoem aan welke gestelde veiligheidsvoorwaarden je hebt voldaan. Uitvoeren controle 1 Controleer je gemaakte werk aan de hand van je eigen ontrolelijst. 2 Controleer samen met een medeleerling de door jullie gemaakte producten.

2

33

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

IN TE LEVEREN RESULTAAT Beoordelen Beoordelen

• Ingevulde beoordelingsmonitor. • Bewijsstukken van het criteriumgericht interview. • Eindpresentatie. • Demonstratie.

In deze stap word je beoordeeld met een beoordelingsmonitor. Met de beoordelingsmonitor word je beoordeeld op: • wat je hebt gemaakt • hoe je dit hebt uitgevoerd. Er wordt speciaal gelet op je vakkennis, vaardigheid en beroepshouding. Tijdens het uitvoeren van de beroepstaak houden jij en je beoordelaars de beoordelingmonitor bij.

ACTIVITEITEN

1

Invullen beoordelingsmonitor 1 Zorg voor een correct ingevulde beoordelingsmonitor. 2 Vraag een medeleerling om jou te beoordelen op communicatieve en sociale vaardigheden.

2 Bewijsstukken van het criteriumgericht interview 1 Verzamel alle bewijsstukken. 2 Je moet kunnen aantonen dat je de beroepstaak goed hebt uitgevoerd. Het criteriumgericht interview 1 Stel de definitieve datum vast voor het beoordelingsmoment met je beoordelaars. 2 Bereid het criteriumgericht interview heel goed voor. 3 Voer een beoordelingsgesprek met je begeleider 3

34

4

Eindpresentatie (In overleg met je begeleider) 1 Stel de definitieve datum vast voor de eindpresentatie met je beoordelaars. 2 Bereid de presentatie voor. 3 Voer de presentatie uit. Demonstratie (In overleg met je begeleider) 1 Stel de definitieve datum vast voor de demonstratie met je be- oordelaars. 2 Bereid de demonstratie voor. 3 Voer de demonstratie uit.

5

35

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

Terugkijken

Terugki jken IN TE LEVEREN RESULTAAT

• Een afgevinkt mini-POP. • Terugkijkverslag. • Bijgewerkt portfolio.

Je hebt deze beroepstaak bijna afgerond. Het is nu tijd om terug te kijken op de uitvoering ervan. Deze laatste stap is een heel leerzame stap. Je kunt de informatie die je hier krijgt, gebruiken om je competenties te verbeteren in een volgende beroepstaak.

Maak een afspraak met je trajectbegeleider voor dit gesprek.

36

ACTIVITEITEN

1

Terugkijkverslag 1 Maak een terugkijkverslag aan de hand van onderstaand schema.

Naam: Datum: Beroepstaak: Naam trajectbegeleider:

Stap

Wat ging goed

Wat kon beter

1 Oriënteren 2 Invullen Mini-POP 3 Voorbereiden 4 Uitvoeren

5 Controleren 6 Beoordelen

Samenvatting, beoordeling en conclusies

Wie

Wat heb ik geleerd

Waar moet ik nog aan werken

Trajectbegeleider Medeleerling Praktijkopleider Zelf

37

BEROEPSTAAK MIG/MAG 2

BRONNEN

Booglassen MIG/MAG 2 kenteq 350-363-2 Katern MIG/MAG niveau 2 NIL-HVO-M2 www.leren.nl www.techniekstad.nl http://www.scribd.com/doc/2447988/007-MIGMAG-theorie

38

BIJLAGE 1 BEOORDELINGSMONITOR

Opmerkingen

Leerling: Complexiteit

Beoordeling B

score D - A - G

docent

praktijkopleider

leerling

Competenties Prestatie-indicator of verwacht gedrag afgeleid van de prestatie-indicator

Gebruikt en draagt zorg voor meetgereedschappen, materiaal en persoonlijke beschermingsmiddelen die nodig zijn voor het meten en controleren van de vervaardigde d t T Instructies en procedures opvolgen Hanteert de voorgeschreven meetmethoden en meetinstrumenten. F Ethisch en integer handelen L Materialen en middelen inzetten Gebruikt de juiste middelen om de producten en zijn werkplek schoon te maken. procedures opvolgen Gedrevenheid en ambitie tonen

Houdt rekening met zijn omgeving en maakt zijn werkplek schoon en voert het afvalmateriaal volgens de voorschriften af. Vult alle relevante formulieren correct in volgens de voorgeschreven bedrijfsprocedures.

Ingevulde beoordelingsmonitor ind Ci/Ep ab M Analyseren Kan zijn eigen manier van werken en leren in kaart brengen en bepaalt of het in volgende opdrachten nodig is deze aan te passen. Bewijsstukken criteriumgericht interview ind Ci/Ep ab P Leren Is in staat, na feedback over de leerstijl, deze aan te passen. Eindpresentatie / demonstratie ind Ci/Ep ab Een ingevuld mini-POP ind E t U Omgaan met verand. en aanpassen Terugkijkverslag ind E t Bijgewerkt portfolio. ind FG ab 2.3 Stuurt de eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn 1.5 Evalueert de gekozen manier van leren 2 1

Gebruikt zijn kennis van machines en gereedschappen om deze vakkundig te kunnen in- en afstellen. Kiest, controleert en gebruikt materialen, middelen en gereedschappen die nodig zijn voor het verplaatsen, bewerken en vervormen van het materiaal. Draagt zorg voor het goed in en afstellen van machines en gereedschappen. Past de geldende bedrijfsregels en procedures toe bij het in en afstellen van machines en gereedschappen. Raadpleegt zijn collega’s om complexe producten te kunnen bewerken of vervormen. Bewerkt en vervormt het materiaal vakkundig en accuraat. Volgt de voorgeschreven procedures op. Legt de meetresultaten vast.

Draagt zorg voor de aangeleverde materialen, middelen en gereedschappen. Heeft de verzamelde informatie zodanig geïnterpreteerd dat er een duidelijk beeld is van de werkopdracht.

Onderkent en accepteert dat beroepseisen en beroepsuitoefening veranderen en kan zijn plan van aanpak hierop aanpassen. W Is geïnteresseerd in het vak en is bereid zich in te zetten voor nieuwe ontwikkelingen.

A Beslissen en activiteiten initiëren L K Onderzoeken N Stelt zich op de hoogte van veranderingen in de samenleving en werkomgeving en maakt hiervan gebruik om duidelijke leerdoelen te stellen. Gedrevenheid en ambitie tonen Aanvaardt de uitdaging om de eigen leerdoelen te ont-dekken en investeert tijd en energie om tot een keuze te komen. W Vakdeskundigheid toepassen Is in staat de leeractiviteiten in de praktijk uit te voeren en zo nodig bij te stellen. L Materialen en middelen inzetten procedures opvolgen E Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen

procedures opvolgen

Beoordelingen oefening onderhands lassen Beoordeling oefening staande hoeklassen ind P pra/v Beoordeling oefening buitenhoeklassen ind P pra/v Kennistoets vakvaardigheden ind K v Het product, de eindopdracht ind Ci pra K Vakdeskundigheid toepassen Materialen en middelen inzetten 1.1 Voorbereiden werkzaamheden 1 1 1 ind P pra/v Werkvoorbereiding van de eindopdracht ind P pra/v 1.2 Machine en gereedschappen in- en afstellen

Controlelijst van jezelf ind P l J Formuleren en rapporteren 1 1 Controlelijst mededeelnemer G2 P l L Materialen en middelen inzetten 1.6 Meten, testen en controleren van vervaardigde producten

Q Plannen en organiseren Heeft op basis van zijn leerdoelen een planning gemaakt van zijn leeractiviteiten. T Instructies en T Instructies en T Instructies en

Code

Werkproces

1.1 Benoemt leerdoelen voor eigen ontwikkeling

1.4 Plant zijn eigen leerproces en voert uit

1.4 Verbinden van onderdelen

1.7 Afronden werkzaamheden

Kerntaak

1

BPV ok Kerntaak LLB

beoordelingsvorm beoordelaars

werkvorm

Tabel bewerkingen lasvaardiheden BG E v Verslag G2,3 P v Tabel vaardigheden G2,3 P v Tabel werkvolgorde G2,3 P v Ingevulde planning ind E t

Product

39

Stap 6 Beoordelen

Stap 7 Terugkijken

Stap 5 Controleren

Stap 1 Oriënteren Lassen MIG/MAG 2

Stap 2 Invullen mini-POP

Stap 3 Voorbereiden

Stap 4 Uitvoeren

Metaalbewerker [94301] Monitor

notities

Deze beroepstaak is uitgebracht in een serie voor de kwalificatie Metaalbewerken, uitstroom Metaalbewerker. Beroepstaken zijn gebaseerd op het didactisch model BGL (Beroepstaak Gestuurd Leren). De beroepstaken zijn tot stand gekomen onder verantwoordelijkheid van de Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

OvERziChT BEROEPSTAKEn METAALBEwERKER

Basisdocument Beroepstaakgestuurd Leren introductie Metaalbewerker 1 Plaatconstructiewerken 1 2 Plaatconstructiewerken 2 3 Plaatconstructiewerken 3

4 Constructiewerken 1 5 Constructiewerken 2 6 Constructiewerken 3

7 CnC operationeel maken 8 Metaalbewerker in bedrijf 9 MiG/MAG1 10 MiG/MAG 2 11 TiG 1 12 TiG 2 Aluminium 13 TiG 2 RvS

14 BMBE 1 15 BMBE 2

69370595 Bestelnummer 006BTMS0022

Made with