006IPTKS0020

006IPTKS0020

N I V E A U 3

I N S T A L L E R E N Installeren van domotica

Uitstroom Eerste monteur elektrotechnische installaties (Crebo 94281) 4

N I V E A U 3 INSTALLEREN

Installeren van domotica

4

Uitstroom Eerste monteur elektrotechnische installaties (Crebo 94281)

69368887 Bestelnummer 006IPTKS0020

© 2009 Stichting Consortium Beroepsonderwijs De volgende docenten hebben meegewerkt aan de totstandkoming van deze projecttaak Pieter Geurts, ROC Gilde Opleidingen, Charles Haarman, ROC Twente; Frits Buter, ROC Landstede en Gerard van Oerle, ROC Gilde Opleidingen Ontwikkelteamleider Willem van Dijk Redactie Ton Zuijderduin, Marjo Brok en Willem van Dijk Foto's geleverd door Xanura Omslag/ Lay-out Studio Blanche Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat Stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties geregeld heeft. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met de Stichting. © 2009 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op

enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

INTRODUCTIE OP DE PROJECTTAAK . . . . . . . .4

STAP 1 ORIËNTATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7

STAP 2 PLANNING EN VOORBEREIDING . . . . . . . . . . .13

STAP 3 UITVOERING EN CONTROLE . . . . . . . . . . . . .20

STAP 4 OPLEVERING EN EVALUATIE . . . . . . . . . . . . .24

BIJLAGE 1 BEOORDELINGSMONITOR . . . . . . . . . . . . . . .28

BIJLAGE 2 FORMULIER URENVERANTWOORDING . . . . . .30

BIJLAGE 3 EVALUATIEFORMULIER . . . . . . . . . . . . . . . . .31

BIJLAGE 4 EVALUATIEFORMULIER LLB . . . . . . . . . . . . . .33

BIJLAGE 5 LEERLIJN NEDERLANDS EN MVT . . . . . . . . . .37

INTRODUCTIE OP DE PROJECTTAAK

Van een eerste monteur elektrotechnische installaties wordt steeds vaker gevraagd om domotica te installeren en in bedrijf te stellen. Domotica is een begrip dat gebruikt wordt voor het toepassen van elektronische besturing van de elektrische installatie in een woning. Een groot aantal functies of handelingen kan geautomatiseerd of makkelijker worden. Domotica omvat alle elektronische toepassingen in de woning om functies te besturen (verwarmen, ventileren, verlichten etc.) en diensten uit de woonomgeving te gebruiken (alarmeren, telefoneren, televisie kijken etc.). Dit gebeurt bij voorkeur flexibel: op elke plek en op elk tijdstip dat het de bewoner past, met een gemakkelijke bediening en desgewenst op afstand. Domotica ver- hoogt het wooncomfort van een woning. Ook apparatuur voor levensloopbestendig wonen wordt steeds meer toegepast bij nieuwe woningen. In deze projecttaak In deze projecttaak ga je uitzoeken en leren wat domo- tica inhoudt. Je gaat domoticasystemen installeren in een woning. Hierbij kunnen de volgende onderwerpen aan de orde komen: het installeren van een eenvoudig bussysteem, een programma voor een bussysteem schrijven of wijzigen, maar ook het installeren van een huisnetwerk voor data kan voorkomen. Je overlegt hierbij met de klant of opdrachtgever welke functies belangrijk zijn.

4

Na deze projecttaak Als je deze projecttaak goed uitvoert, kun je beter: • Samenwerken en overleggen • Met de klant • Met de opdrachtgever • Met collega's • Met de werkgever • Plannen en organiseren • Een activiteitenplan maken • Verzamelen van belangrijke informatie • Tijd indelen • Voortgang bewaken • Plan van aanpak • Werkvoorbereiding • Begeleiden • Adviseren • Begeleiden van monteurs • Op de behoefte en wensen van de ‘klant’ gericht zijn • Luisteren • Tussentijds informeren • Bespreken van onvolledigheden in de opdracht • Kwaliteit leveren • Domotica-installatie volgens de voorschriften • Een goed werkend programma • De installatie is getest • Oplevering volgens afspraak • Vakdeskundigheid toepassen • Zorg dragen voor veiligheid en gezondheid • Voorschriften toepassen • Tekeningen kunnen lezen • Monteren domotica-apparatuur • Afronden installatiewerkzaamheden • Een bussysteem programmeren en in bedrijf stellen • Materialen en middelen inzetten • Speciaal gereedschap zoals voor data- aansluitingen e.d. • Keuzes maken uit de geschikte toe te passen materialen • De juiste meetapparatuur toepassen • De juiste instructies bij de installatie leveren • Formuleren en rapporteren • Mondeling • Op standaard bedrijfsformulieren

Deze competenties gebruik je bij het installeren van een domotica-installatie.

5

Portfolio In deze projecttaak volg je de stappen. Er zijn in totaal vier stappen. Neem de stappen in de juiste volgorde. Van elke stap verzamel je bewijzen (in te leveren resultaten), die in je portfolio komen. Je zorgt zelf voor de samenstelling van je portfolio. In de tabel staat welke producten bij welke stap horen.

Stap

Producten portfolio

1. Oriëntatie

• Productanalyse • Overzicht domotica installaties. • Overzicht wat je gaat leren

2. Planning en voorbereiding

• Een verslag met uitwerking van onderstaande punten: • overleg met opdrachtgever/klant • activiteitenplan • planning

• voorschriften en eisen voor de uitvoering van het project • voorbeelden van de gemaakte domotica-oefeningen • speciaal gereedschap en meetinstrumenten die je nodig hebt • benodigde materialen (datakabel, aansluitmaterialen, apparatuur e.d.) • de leverancier van de materialen • de opdrachtformulieren die je gebruikt • foto’s die genomen zijn tijdens de uitvoering van het project • uitleg van de diverse domotica- installaties • toe te passen voorschriften • installatietekeningen van het project • aansluitschema’s van de modules • het installeren/monteren en aansluiten van het domoticasysteem • het programmeeroverzicht • de software die je hebt gebruikt • testrapport • kwaliteit van het werk • tijdsplanning • kostenbeheersing • het meerwerk • overleg met de opdrachtgever/klant • overleg met collega’s • begeleiden van de monteur elektrotechnische installaties

3. Uitvoeren en controle • Een verslag met uitwerking van onderstaande punten:

4. Oplevering en evaluatie • Mondelinge presentatie of demonstratie

• Bewijsstukken voor het criteriumgericht interview • Evaluatieformulier • Beoordelingsmonitor • Urenverantwoording project

6

STAP

oriëntatie

1 ORIËNTATIE

DOEL VAN DE STAP In deze fase zoek je uit en schrijf je op wat de opdracht inhoudt.

Je maakt in deze beroepstaak kennis met domotica in een woning of utiliteit. Dit doe je door informatie te verzamelen over domotica-installaties. Je onderzoekt de mogelijkheden van domotica en hoe je de apparatuur kunt installeren.

In deze stap komen verschillende soorten vragen bij je op: • Uitzoekwerk: Wat is de opdracht, wat is het probleem? • Leren: Wat ga ik hier leren, welke competenties ga ik hiermee ontwikkelen? • Vakmatig: Welke prestaties en resultaten (producten) moet ik leveren? • Houding: Hoe verloopt de samenwerking? Hoe werken we: als groep of alleen? Aan het einde van stap 1 beoordeelt je begeleider je portfolioproducten. Je krijgt dan een GO of NO-GO voor de volgende stap. De volgende vragen kun je dan voor jezelf beantwoorden. • Wat weet je al van domotica? • Welke kennis en vaardigheden heb je nodig om deze projecttaak goed uit te kunnen voeren? • Met wie ga je overleggen om het project te maken en hoe doe je dat? • Waar ga je de ontbrekende kennis vandaan halen? • Waar en wanneer ga je de ontbrekende praktische vaardigheden oefenen? Ga tijdens het maken van de projecttaak regelmatig in een groepje zitten om je vorderingen en ervaringen te delen met andere leerlingen. Bespreek hier ook de

7

uitdagingen en problemen die je tijdens de uitvoering van de projecttaak tegenkomt. Houd vanaf de start van deze projecttaak je urenverantwoording bij op het formulier Urenverantwoording. In stap 4 moet dit formulier inleveren. Dit formulier is beschikbaar op: www.consortiumbo.nl>Kies techniek en ICT> Kies Niveau 3>materiaal.

Bronnen Hieronder staan verschillende studie- en informatiebronnen die je kunt gebruiken. • Het Basisdocument Eerste Monteur Elektrotechnische Installaties • Theorieboeken: • tr@nsferE Elektrotechniek 3MK • tr@nsferE Elektrische installatietechniek 4MK • tr@nsferE besturingstechniek 4mk • Cadelit lichtinstallaties; bussysteem • tr@nsferE Digitale techniek/Datacommunicatie 4MK • Installeren communicatie en signaalinstallaties in gebouwen • Installatietechniek • Besturingstechniek 1 • Domoticatraining Induteq op internet

8

• Normen: • NEN 1010 Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties • NPR 5310 Nederlandse praktijkrichtlijn bij NEN 1010 • Arbo-wetgeving • Bouwbesluit • ISSO publicatie 77 Installaties voor Levensloopbestendig wonen • NTA 8044 • Technische omschrijving voor het projecteren, berekenen en uitvoeren van installaties volgens het Elux-installatieconcept • NEN-EN 50090 Gebouwbeheersystemen (HBES) • Internetsites: • www.induteq.nl • www.leren.nl • www.davindi.nl • www.consortiumbo.nl • www.niko.nl • www.xanura.nl • www.kisshome.nl • http://www.induteq.nl/portal/domotica/niko- practicum/pdf/Niko%20prakticum%20hfd%207.pdf • http://www.domotica.nl/do-standaarden.php • www.elux.nl

9

Op te leveren resultaat

De activiteiten en opdrachten die je in deze stap uitvoert, moet je zorgvuldig uitwerken. De uitwerkingen neem je op in je portfolio. • Productanalyse. (Wat is de opdracht en wat is het probleem?)

• Overzicht domotica-installaties. • Overzicht van wat je gaat leren.

Competentieontwikkeling bij deze stap

Kerntaak

Werkproces

Nr .

Competenties

Installeert tech- nische installa- ties

1.1 Voorbereiden installatie- werkzaamheden

E Samenwerken en overleggen Q Plannen en organiseren R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten

Benoemt zijn ei- gen ontwikke- ling en gebruikt middelen en wegen om daar-

1.2 LLB

Inventariseert geschikte ma- nieren van leren

N Onderzoeken O Creeren en innoveren

bij passende leerdoelen te bereikens

10

 Activiteiten 1 Onderzoek

1 Omschrijf de opdracht in je eigen woorden. Denk hierbij aan het volgende: a Bronnen. b Afspraken. c Wat weet ik al? Aandachtspunten: • Wie is de opdrachtgever? • Op welke locatie ga je installeren? • Wat voor domotica ga je installeren? • Wat verwacht de opdrachtgever? • Omschrijf de opdracht in je eigen woorden. • Denk hierbij aan het volgende: • Is er al een tekening of moet je die zelf maken? • Wat staat er in het bestek? • Aan welke eisen moet de installatie voldoen? • Wat moet er in de offerte komen te staan? Materialen en producten 1 Maak een lijst van de producten die je gaat opleveren in deze projecttaak. 2 Geef per product aan met wie je te maken hebt. 3 Geef per product aan welke werkzaamheden je gaat uitvoeren. 4 Geef aan wat je daarbij nodig hebt. Denk hierbij ook aan de volgende zaken: • Opdrachtformulieren. • Computer, printer, scanner.

2

3

Leren 1 Wat ga je hier leren?

a Praktijkhandelingen. b Theoretische kennis. c Communicatieve vaardigheden. 2 Welke competenties ga je hiermee ontwikkelen? 3 Zoek dit eventueel op in: • Het Basisdocument. • De beoordelingsmonitor.

11

Evalueren en beoordelen • De praktijkopleider/docent controleert of alle punten van de opdracht correct zijn weergegeven. • Hij houdt in de beoordelingsmonitor bij wat wordt beoordeeld. • Je hebt het oriënteren afgerond. De informatie die je hier hebt verzameld, heb je nodig voor de volgende stap. • In stap 2 ga je een activiteitenplan maken en je verder voorbereiden.

12

STAP

4 PLANNING EN VOORBEREIDING

DOEL VAN DE STAP Voorbereiding op de uitvoering van de werkzaamheden: • Het opstellen van een activiteitenlijst. • Het maken van een planning. • Het maken van afspraken.

n voorbereiding

In deze stap ga je de werkzaamheden plannen en voorbereiden Je hebt de oriëntatie afgerond. Je weet nu wat de door jou te installeren domotica installatie in grote lijnen inhoudt. Deze gegevens ga je gebruiken om een activiteitenplan te maken. Je zet de opdracht om in een planning. Hierin geef je aan welke werkzaamheden je gaat uitvoeren en hoeveel tijd je daarvoor nodig denk te hebben. Het is je inmiddels ook volledig duidelijk aan welke werkprocessen en competenties je gaat werken. Je weet ook hoeveel tijd je daarvoor nodig hebt. Welke kennis en vaardigheden heb je nodig voor deze projecttaak? Waar en wanneer ga je de kennis opdoen en vaardigheden oefenen?

Voor deze stap ontwikkel je een format waarin je de acties en planning kunt weergeven.

13

Op te leveren resultaat

Op te leveren resultaat • Activiteitenplan. • Planning. • Overleg met opdrachtgever/klant. • Voorschriften en eisen voor de uitvoering van het project. • Voorbeelden van de gemaakte domotica-oefeningen. • Speciaal gereedschap en meetinstrumenten die je nodig hebt. • Benodigde materialen (datakabel, aansluitmaterialen, apparatuur e.d.).

• De leverancier van de materialen. • De gebruikte opdrachtformulieren.

Bronnen Hieronder staan verschillende studiebronnen en informatiebronnen die gebruikt kunnen worden. • Het Basisdocument • Theorieboeken • tr@nsferE Elektrotechniek 3MK

• tr@nsferE Elektrische installatietechniek 4MK • tr@nsferE besturingstechniek 4mk; hoofdstuk 4 • Cadelit lichtinstallaties; bussysteem • tr@nsferE Digitale techniek/Datacommunicatie 4MK; hoofdstuk 10 • Installeren communicatie en signaalinstallaties in gebouwen • Installatietechniek • Besturingstechniek 1 • Domotica training induteq op internet NEN-EN 50090 Gebouwbeheersystemen (HBES) • ISSO publicatie 77 Installaties voor Levensloopbestendig wonen • NTA 8044 • Technische omschrijving voor het projecteren, berekenen en uitvoeren van installaties volgens het Elux-installatieconcept

14

• Normen • NEN 1010 Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties • NPR 5310 Nederlandse praktijkrichtlijn bij NEN 1010 • Arbo-wetgeving • Bouwbesluit • ISSO publicatie 77 Installaties voor Levensloopbestendig wonen • NTA 8044 • Technische omschrijving voor het projecteren, berekenen en uitvoeren van installaties volgens het Elux-installatieconcept • NEN-EN 50090 Gebouwbeheersystemen (HBES) • Internetsites • www.induteq.nl • www.leren.nl • www.davindi.nl • www.consortiumbo.nl • www.niko.nl • www.xanura.nl • www.kisshome.nl • http://www.induteq.nl/portal/domotica/niko- practicum/pdf/Niko%20prakticum%20hfd%207.pdf • http://www.domotica.nl/do-standaarden.php • http://www.consortiumbo.nl

Competentieontwikkeling bij deze stap

Kerntaak

Werkproces

Nr .

Competenties

Installeert tech- nische installa- ties Functioneert als werknemer in een arbeidsor- ganisatie

1.4 Bepalen van positie van com- ponenten en route van lei- dingen

R Op de behoefte en verwachtingen van de ‘klant’ richten K Vakdeskundigheid toepassen

4.1 LLB

Gedraagt zich als medewer- ker bij het uitvoeren van het werk

F Ethisch en integer handelen P Leren S Kwaliteit leveren

T Instructies en procedures opvolgen U Omgaan met veranderingen en aan- passen V Met druk en tegenslag omgaan

15

 Activiteiten 1

Maken van het activiteitenplan 1 Het activiteitenplan bevat de volgende onderdelen:

• Voorblad • Opdracht • Op te leveren resultaat • Activiteitenplan • Aanwezige kennis en vaardigheden

• Te ontwikkelen kennis en vaardigheden • Faciliteiten: computers, apparatuur enz. • Afspraken en begeleiding • Bijlagen activiteitenplan (voer de planning bij voorkeur in Excel uit) • Werkvoorbereiding • Planning in Excel of MS project • Werkvoorbereiding (geef hier ook aan of je andere monteurs begeleidt) • Tekeningen en/of bestek • Overleg met opdrachtgever/klant • Voorschriften en eisen voor de uitvoering van het project • Voorbeelden van controle en inspectie formulieren • Een materialenlijst en een bestellijst van domotica 2 In het activiteitenplan geef je ook aan wat je bij de onderdelen gaat invullen. 3 Vul de onderdelen in met de informatie die je al hebt gevonden in stap 1. 4 Controleer met de checklist of je niets hebt vergeten. 5 Bespreek het concept met je trajectbegeleider, voordat je het definitieve plan inlevert. s

16

2

Voorbereiding In deze activiteit voer je de voorbereiding uit. In het activiteitenplan heb je deze hoofdstukken ingevuld: • Activiteiten • Aanwezige kennis • Te ontwikkelen kennis Ook heb je aangegeven hoe je dit gaat doen. Evalueren en beoordelen De opdrachtgever, praktijkopleider of docent controleert de volgende zaken: • Zijn de juiste activiteiten gepland? • Is er een juiste analyse van de opdracht gemaakt? • Is de planning correct? • Zijn de juiste prioriteiten gesteld? • Is er creatief en innovatief met de opdracht omgegaan?

17

ACTIVITEITENPLAN VOOR EEN PROJECTTAAK (Beschikbaar op: www.consortiumbo.nl>Kies techniek en ICT>Kies Niveau 3>materiaal) 0. Voorblad 1. Opdracht en opdrachtgever 2. Op te leveren resultaat 3. Activiteitenplan

Activiteit

Wie

Startdatum Einddatum

4. Aanwezige kennis en vaardigheden 5. Te ontwikkelen kennis en vaardigheden

Kennis/vaardigheid Wie

Informatiebron(nen) Activiteit

Competenties

6. Faciliteiten 7. Controle en evalueren van het project 8. Afspraken en begeleiding BIJLAGEN activiteitenplan - Planning in Excel - Lijst met in te leveren beroepsproducten - Werktekeningen

CHECKLIST ACTIVITEITENPLAN www.consortiumbo.nl>Kies techniek en ICT>Kies Niveau 3>materiaal Is het voorblad compleet?  Bevat het de tekst: ‘Activiteitenplan’?  Bevat het de naam van de projecttaak?  Bevat het naam van de organisatie en naam van de opdrachtgever?  Bevat het de plaats en datum gereedkomen van het Activiteitenplan?  Naam van de opdrachtnemer (eventueel de namen van de groepsleden)?  Bevat het de naam van de auteurs van het Activiteitenplan? Lay-out  Is een inhoudsopgave met paginanummers en bladzijden aanwezig?  Zijn de hoofdstukken genummerd?  Zijn de paginanummers op bladzijden aanwezig?  Zijn de hoofdstukken goed duidelijk aangegeven? Taalgebruik  Is het activiteitenplan goed te begrijpen?  Is de taal zakelijk? Geen ik, jij, jullie, wij?  Worden niet te lange zinnen gebruikt? De opdracht  Heeft het project een duidelijke, liefst originele, pakkende naam?  Is de opdracht duidelijk omschreven?  Is de opdracht een gevolg van de doelstelling of probleemstelling?  Is exact duidelijk wat het eindproduct van het project zal zijn? (Inclusief de eisen die aan het product worden gesteld?)  Is duidelijk wie de opdrachtgevende organisatie is?  Is duidelijk wie de opdrachtgever (persoon) is?  Is duidelijk wie de opdrachtnemende organisatie is?  Is duidelijk wie de opdrachtnemende persoon (projectleider) is?  Is er eventueel een schriftelijke opdracht aanwezig? De activiteiten  Is er een puntsgewijze opsomming van activiteiten?  Zijn er voldoende activiteiten gedefinieerd?  Zijn er geen activiteiten vergeten?  Zijn de activiteiten gegroepeerd?  Zijn de activiteiten binnen een groep van dezelfde ‘orde van grootte’?  Is het Activiteitenplan zelf ook als activiteit opgenomen?  Is de afhandeling van het project niet vergeten? De producten  Zijn voldoende producten gedefinieerd?  Is het activiteitenplan ook als product gedefinieerd?  Zijn eventuele belangrijke gebeurtenissen ook als product gedefinieerd?  Zijn ontwerpen, rapporten e.d. niet vergeten?  Is het eindproduct niet vergeten? De planning  Klopt de planning met de activiteiten?  Is de planning realistisch?

STAP

uitvoering

3 UITVOERING EN CONTROLE

DOEL VAN DE STAP Het doel van deze stap is het uitvoeren van de opdrachten uit stap 2. Daarna controleer je het eigen werk. Eventuele fouten kun je dan zelf herstellen.

Het liefst begin je direct aan de projecttaak. Maar het moet duidelijk zijn, dat goed werk niet zonder een goede voorbereiding kan. Onderdelen van een goede voorbereiding zijn: • de theorie leren die nodig is om de projecttaak goed uit te kunnen voeren. • ervoor zorgen dat je de vaardigheden goed beheerst. • een werkvoorbereiding maken. Natuurlijk kijk je ook naar de beste werkvolgorde. Aan het einde bekijk je het eigen product en controleer je het heel kritisch. Het doel van deze stap is het installeren en programmeren van een domotica-installatie. Tijdens de uitvoering voer je regelmatig visuele controles uit. Als de elektrische installatie klaar is, neem je de veiligheidmaatregelen in acht en controleer je de installatie. Je meet en beproeft de installatie en noteert dat op het inspectierapport. Na en ook tijdens de uitvoering controleer je het werk en indien nodig herstel je het. Je denkt bijvoorbeeld aan de volgende punten: • Dat je alle activiteiten volgens het activiteitenplan op het juiste moment uitvoert. • Dat je de prioriteitenplanning niet uit het oog verliest. • Dat je ook regelmatig contact houdt met de opdrachtgever/klant. • Natuurlijk kijk je ook naar de beste werkvolgorde.

20

• Hoe controleer je dat het product aan de gestelde eisen voldoet? • Welk proces heb je doorlopen en wat voor procedures zijn er gebruikt? • Aan wie ben je verantwoording schuldig? • Is de klant tevreden? In de tabel bij deze stap is aangegeven aan welke werkprocessen en competenties je gaat werken. Bronnen • zie bronnen uit vorige stappen • Basisdocument • het activiteitenplan (stap 2) van deze projecttaak

Op te leveren resultaat

• Verslag. • Checklist controle. • Werk in het verslag de volgende punten uit: • Foto’s die genomen zijn tijdens de uitvoering van het project. • Uitleg van de diverse domotica-installaties. • Toe te passen voorschriften. • Installatietekeningen van het project. • Aansluitschema's van de modules. • Het installeren/monteren en aansluiten van het domoticasysteem. • Het programmeeroverzicht. • De software die je hebt gebruikt. • Testrapport. • Kwaliteit van het werk. • Tijdsplanning • Kostenbeheersing. • Het meerwerk. • Overleg met de opdrachtgever/klant. • Overleg met opdrachtgever en collega's. • Begeleiden van de monteur elektrotechnische installaties.

21

Competentieontwikkeling bij deze stap

Kerntaak

Werkproces

Nr .

Competenties

Installeert tech- nische installa- ties

1.5 Aanleggen kabels/leidingen E Samenwerken en overleggen L Materialen en middelen inzetten S Kwaliteit leveren 1.6 Plaatsen en monteren componenten K Vakdeskundigheid toepassen L Materialen en middelen inzetten S Kwaliteit leveren

1.9 Begeleiden

C Begeleiden Q Plannen en organiseren E Samenwerken en overleggen

installatiewerkzaamheden

22

1

Verslag Bij deze stap hoort maar één hoofdactiviteit, namelijk het uitvoeren van de projecttaak. Gebruik je activiteitenplan als basis. 1 Maak een verslag over de uitvoering van het project: Het installeren van een domotica-installatie. 2 Geef ook aan op welke manier de communicatie met de opdrachtgever en collega’s is verlopen. 3 Denk aan het volgende: • Tijdsplanning • Kostenbeheersing • Overleg met opdrachtgever en collega’s • Kwaliteit • Controle van het gemaakte werk • Uitleg van de diverse domotica-installaties • Toe te passen voorschriften • Installatietekeningen van het project • Aansluitschema’s van de modules • Het installeren/monteren en aansluiten van het domoticasysteem • Het programmeeroverzicht • Welke software heb je gebruikt • Testrapport • Kwaliteit van het werk • Het meerwerk • Begeleiden van de monteur elektrotechnische installaties Verwerk in je verslag foto’s van de stappen die je hebt uitgevoerd. Vergeet ook niet foto’s van het eindresultaat te nemen! In het verslag geef je aan hoe bovenstaande punten zijn verlopen, wat goed ging en wat verbeterd kan worden. Controle 1 Beschrijf in het verslag hoe je de controle uitvoert. Houd daarbij rekening met: • Voldoet de installatie aan de gestelde eisen? • Hoe controleerde je dat? • Welke procedures heb je gevolgd? • Welke hulpmiddelen heb je hier voor gebruikt?

2

• Wat waren de resultaten van de controle? • Wat heb je nog gewijzigd of aangepast?

23

STAP

3 OPLEVERING EN EVALUATIE

Je hebt de projecttaak uitgevoerd. In deze stap ga je het resultaat van de opdracht aan de werkgever (projectbegeleider/vakdocent) presenteren. Je licht toe hoe je tot dit resultaat bent gekomen. In deze stap gaan jullie samen met de klant of opdrachtgever kijken of je aan zijn wensen en eisen hebt voldaan. Ook ga je evalueren HOE je hebt gefunctioneerd. In de tabel bij deze stap is aangegeven aan welke werkprocessen en competenties je gaat werken. Leerproces Tijdens de laatste fase, het controleren en evalueren, wordt een beroep gedaan op jouw kritische houding en reflectievaardigheden. Je producten worden beoordeeld. Je moet kritische vragen over de producten en het doorlopen proces kunnen beantwoorden. Er komen bijvoorbeeld vragen over het eigen leerproces komen aan bod: • Voldoet het product aan de gestelde eisen? • Hoe controleerde je dat? • Welk proces heb je doorlopen?

evering en evaluatie

• Wat voor procedures zijn er gebruikt? • Aan wie ben je verantwoording schuldig? • Is de klant tevreden?

Ook vragen over jouw eigen leerproces komen aan bod: • Welke competenties zijn ontwikkeld en op welke manier? • Welke werkwijze past bij jou? • Wat ging er goed of niet zo goed? • Wat zou je een volgende keer veranderen?

24

Evaluatie Deze evaluatie wordt vastgelegd in een

evaluatieformulier. Dit wordt met de begeleider besproken en beoordeeld op het moment dat jij tevreden bent. Tijdens dit gesprek wordt er een koppeling gemaakt met het POP-gesprek, waarin mogelijke aandachtspunten voor de uitvoering van de volgende projectaak worden vastgelegd. De projectbegeleider/praktijkopleider/vakdocent vullen de beoordelingsmonitor in en beoordelen of de projecttaak voldoende is. Daarna volgt een criteriumgericht interview. Ten slotte moet je nog je urenverantwoordingsformulier invullen en laten ondertekenen.

25

BRONNEN Hieronder staan verschillende studiebronnen en informatiebronnen die gebruikt kunnen worden. • Beoordelingsmonitor (is digitaal beschikbaar op de bestelsite van www.consortiumbo.nl) • Het Basisdocument (zie hoofdstuk Beoordelen) • Evaluatieformulier(en) • Urenverantwoordingsformulier (bijlage 2) • Formulieren beschikbaar via: Kies techniek en ICT>Kies Niveau 3>materiaal

Op te leveren resultaat

• Mondelinge presentatie of demonstratie. • Bewijsstukken voor het criteriumgericht interview. • Ingevuld evaluatieformulier. • Beoordelingsmonitor. • Urenverantwoording project.

Competentieontwikkeling bij deze stap

Kerntaak

Werkproces

Nr .

Competenties

Installeert tech- nische installa- ties

1.1 0

Afronden installatiewerkzaamheden

J Formuleren en rapporteren L Materialen en middelen inzetten R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten

Benoemt zijn ei- gen ontwikke- ling en gebruikt middelen en wegen om daar-

1.5 LLB

Evalueert de gekozenmanier van leren

M Analyseren P Leren

bij passende leerdoelen te bereikens

26

 Activiteiten 1

Bewijsstukken van het criteriumgericht interview 1 Je hebt alle bewijsstukken verzameld in je portfolio. 2 Zorg voor een correct ingevulde beoordelings- monitor. 3 Je moet kunnen aantonen dat je de projecttaak goed hebt uitgevoerd. 4 Laat de evaluatieformulieren invullen door begeleiders, opdrachtgever en medemonteurs.

2

Urenverantwoording Je houdt gedurende deze projecttaak een urenverantwoording bij. 1 Vul het formulier volledig in. 2 Lever het formulier bij stap 4 in.

3

Demonstratie of presentatie 1 Stel de definitieve datum vast voor de demonstratie met je beoordelaars. 2 Bereid de demonstratie voor. 3 Voer de demonstratie of presentatie uit. Het criteriumgericht interview 1 Bereid het criteriumgericht interview heel goed voor. 2 Voer dit beoordelingsgesprek met je begeleider. Evalueren Je gaat met je met de praktijkopleider/BPV-docent/ vakdocent terugkijken op: • Hoe je hebt gewerkt hebt. • Hoe je met de materialen bent omgegaan. • Of je altijd de juiste oplossingen voor de problemen hebt gekozen. • Of je volgens de juiste procedures hebt gewerkt. • Plan dit gesprek.

4

5

27

BIJLAGE 1 BEOORDELINGSMONITOR

Leerling: Opmerkingen Eerste monteur elektrotechnische installaties Complexiteit Monitor Product we be be BP gl/ Ke Ke Co lee pr do sc Stap 1 Oriëntatie 1 1.1 Voorbereiden installatiewerkzaam-heden 1 Beoordeling A B C D erkvorm eoordelingsvorm eoordelaars PV /no go erntaak LLB erntaak Werkproces erling raktijkopleider ocent core D - A - G Projecttaak 4 Installeren van domotica crebo [94281]

aansluit-materialen, apparatuur e.d.) zijn nodig .kcabdeef nav dnah ed naa nessap et naa nerenoitcnuf ne gardeg taats ni sI nereLP arp/v F)n(G Wie is de leverancier van de materialen G(n) F v/pra Welke opdrachtformulieren gebruik je G(n) F v/pra H d i d d G( ) F / T I t ti d K t d l d h t b d ijf t d it oe en oor w e wor en e materialen aangeleverd seruecorp ne seicursnI T arp/v )nG opvolgen Ken e rege s en procedures van het bedrijf en voert deze uit. St 3 Uit i V Met druk en tegenslag omgaan

aanwezig is. Hij overtuigt zich ervan dat de werkomgeving veilig is. en inn e en f o r l leerac i teiten een ere anier d n e ruike jk, t te

N Onderzoeken Verzamelt, overzichtelijk, informatie over de verschillende (nieuwe) manieren van leren. O Creëren en innoveren Durft voor te stellen de leeractiviteiten op een andere manier dan gebruikelijk uit te voeren F Ethisch en integer handelen Is op de hoogte van algemeen aanvaarde normen en waarden en kan en durft deze bij overschrijding te benoemen. Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten Plaatst apparatuur op verantwoorde, logische en bereikbare plaatsen, zodat deze passen in de situatie en goed te bedienen, te gebruiken en te onderhouden zijn. K Vakdeskundigheid toepassen Werkt volgens de gegevens op de tekeningen en volgens geldende normen. Bepaalt waar de bedrading en bekabeling geïnstalleerd wordt en voldoet aan de gestelde kwaliteitseisen. S Kwaliteit leveren Voert het werk uit conform de kwaliteits- en productiviteitseisen van de organisatie. U Omgaan met verandering en aanpassen

Kan onder druk productief werken maar is in staat bij bedrijfsbelangen en persoonlijke belangen hierbij grenzen aan te geven. Houdt zich op de hoogte van veranderingen in de organisatie en kan zich hierbij zo nodig aanpassen

ode Competenties Prestatie-indicator of verwacht gedrag afgeleid van de prestatie-indicator R Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten

Bespreekt werkopdracht met leidinggevende om problemen te voorkomen. Stemt de aanpak van werken af met leidinggevende en/of andere betrokkenen. Overlegt en informeert de klant over de uit te voeren werkzaamheden . Hij voorkomt dat er misverstanden ontstaan over het werk.

Productanalyse. (Wat is de opdracht en wat is het probleem?) ne nekrewnemaSE p F)n(G overleggen v n eren

Q Plannen en organiseren Hij zorgt ervoor dat de juiste informatie, voldoende materialen, gereedschappen en materieel

R arp FDNI tnalk/revegthcardpo tem gelrevO Activiteitenplan IND F ab arp FDNI gninnalP G(n) F v G(n) F v 1.4 Bepalen positie van componenten en route van kabels/leidingen

4 4.1 Gedraagt zich als an he w k

1 1.2 Inventariseert geschikte manieren van leren

werknemer bij het uitvoeren van het werk

Voorbeelden van de gemaakte domotica oefeningen Geef aan welke speciaal G(n) F v/pra an wel e peciaal

Voorschriften en eisen voor de uitvoering van het project

Overzicht domotica-installaties G(n) F v Overzicht van wat je gaat leren IND F v/pra

gereedschap en meetinstrumenten je nodig hebt Welke materialen (datakabel,

Stap 2 Planning en voorbereiding

28

C Begeleiden Hij begeleidt en adviseert (leerling)monteurs. Beantwoordt vragen van (leerling)monteurs duidelijk zodat ze het werk volgens de gestelde eisen uitvoeren. E Samenwerken en overleggen Plannen en organiseren Verdeelt de werkzaamheden en houdt rekening met de capaciteiten van de monteurs, de vastgestelde planning en bewaakt de voortgang. Overlegt met de klant en onderaannemers/leveranciers over de uit te voeren werkzaamheden. Hij zorgt voor afstemming van de werkzaamheden. L Materialen en middelen inzetten Gaat zorgvuldig om met materialen en gereedschappen en beschermingmiddelen en verspilt zo min mogelijk materiaal. Hij zorgt dat het werk veilig kan worden uitgevoerd. K Vakdeskundigheid toepassen De Eerste Monteur Elektrotechnische installaties test elektrotechnische installaties systematisch zodat tekortkomingen niet over het hoofd worden gezien. Mondelinge presentatie of demonstratie ne netnedicni ,nethcalk treetroppar jiH .ni gidellov nennobkrew ne nereilumrof etsierev ella tluv jiH J baP/EDNI verbetervoorstellen. Bewijsstukken voor het criteriumgericht interview IND F ab kelpkrew enohcs ne edmiuregpo nee taal ne fa reinam ekjiledneirvueilim nee po lavfa treoV L ba FDNI reilumrofeitaulavE achter. Ruimt gereedschap netjes op Urenverantwoording project IND CI v R O l t t d kl t h t l d k Materialen en middelen inzetten 1 1.10 Afronden installatie- werkzaamheden Formuleren en rapporteren O d b h ft P M Over eg me e an over e ge ever e wer . Informeert de klant over de bediening enhet gebruik van de geleverde installatie. Op e be oe en en verwachtingen van de "klant" richten

Toe te passen voorschriften IND F v/pra Installatietekeningen van het project IND V v Aansluitschema’s van de modules IND V v Het installeren/monteren en aansluiten van het domoticasysteem ed nennib gidluvgroz ne tolv netcudorpleed ne neledredno ehcsinhcetortkele treetnom ne tstaalP nerevel tietilawKS arp/v FDNI afgesproken tijd. 1.6 Plaatsen en monteren componenten E Samenwerken en overleggen Vraagt bij onduidelijkheid uitleg aan een collega of leidinggevende. Hij stemt de werkzaamheden adequaat met hen af, zodat de bedrading en bekabeling efficiënt en effectief wordt aangelegd. Het programmeeroverzicht IND F v/pra Welke software heb je gebruikt IND F pra arp FDNI troppartseT Kwaliteit van het werk IND F pra arp FDNI gninnalpsdjiT Kostenbeheersing IND F pra Het meerwerk IND F pra Overleg met de IND F pra Overleg met opdrachtgever en collega’s IND FG pra B l id d t IND FG 1.9 Begeleiden installatiewerkzaam-heden egeleiden van e mon eur elektrotechnische installaties IND F pra

Gebruikt materialen efficiënt en voorkomt verspilling. Hij zorgt voor gereedschappen, materieel en beschermingsmiddelen. Controleert dat het werk veilig kan worden uitgevoerd.

Analyseren Kan zijn eigen manier van werken en leren in kaart brengen en bepaalt of het in volgende opdrachten nodig is deze aan te passen. Is in staat, na feedback over de leerstijl, deze aan te passen. 1 1.5 Evalueert de gekozen manier van leren. Leren

S Kwaliteit leveren omgaan hierbij grenzen aan te geven. Legt bedrading en bekabeling aan volgens tekeningen, geldende normen en voorschriften en binnen de afgesproken tijd, zodat voldaan wordt aan de gestelde kwaliteitseisen. L Materialen en middelen inzetten Q

1 1.5 Aanleggen van kabels/leidingen

IND F pra

IND F pra

IND p v/pra

Foto’s die genomen zijn tijdens de uitvoering van het project i e i van he project Uitleg van de diverse domotica installaties.

Een verslag met uitwerking van onderstaande punten:

Stap 4 Oplevering en evaluatie

Stap 3 Uitvoering

29

BIJLAGE 2 FORMULIER URENVERANTWOORDING

(Beschikbaar op: www.consortiumbo.nl>Kies techniek en ICT>Kies Niveau 3>materiaal)

Plaats hier het logo

<> <>, <>, <> Tel: <>, mobiel:<>

Gegevens werknemer: Naam Nr.

0pdrachtgever:

Naam Adres PC Telefoon Mobiel

Wij bevestigen dat genoemde werknemer nevenstaan- de activiteiten tot tevredenheid voor ons heeft verricht.

Paraaf

Omschrijving probleem / te verrichten werkzaamheden:

Lijst gebruikte onderdelen:

Urenstaat: (15 min=0,25 uur, 30 min = 0,5 uur, 45 min = 0,75 uur)

Datum Van

tot

Gewerkte uren

Gereden km

Omschrijving verrichte werkzaamheden

Totaal gewerkte uren

30

BIJLAGE 3 EVALUATIEFORMULIER

Evaluatieformulier - Invullen door klant, opdrachtgever, (mede)leerling enz.

Naam leerling:

Projecttaak:

Datum:

Naam:

Functie:

Werkprocessen en prestatie-indicatoren:

onv. vold. Opmerkingen

1.1 Voorbereiden installatiewerk- zaamheden

Bespreekt werkopdracht met leidinggevende Stemt de aanpak van werken af met leiding- gevende en/of andere betrokkenen Verzamelt alle relevante informatie en materialen Zorgt voor een veilige werkomgeving Overlegt met de klant over de uit te voeren werkzaamheden Stelt de installatie juist buiten bedrijf Demonteert toestellen, appendages en leidin- gen zonder de installatie te beschadigen Controleert toestellen en appendages op slijtage en reinigt deze volgens de instructies van de fabrikant Werkt volgens gegevens op de tekeningen Positioneert huishoudelijke en sanitaire toestellen op verantwoorde, logische en bereikbare plaatsten Overlegt met collega monteur Gaat zorgvuldig om met materialen en gereedschappen en beschermingmiddelen Meld of hersteld gebreken Werkt volgens kwaliteitseisen en verwachtingen van de klant Werkt volgens geplant tijdschema

1.3 Demonteren van componenten en leidingen

1.4 Bepalen van positie van componenten en

route van leidingen

1.5 Aanleggen leidingen

31

1.6 Plaatsen en monteren componenten

Plaatst en monteert volgens tekening, installatievoorschriften en geldende normen Plaatst en monteert volgens Arbo-, veiligheid-, milieu- en bedrijfsvoorschriften Voorkomt verspilling van materialen Zorgt voor efficiënt en goed gebruik van materialen, gereedschappen en persoonlijke beschermingsmiddelen Monteert de huishoudelijke en sanitaire toestellen en appendages zonder gebreken binnen de afgesproken tijd Beproeft leidingsystemen volgens de geldende normen Werkt veilig en volgens de milieuvoorschriften Zorgt voor efficiënt en goed gebruik van materialen en gereedschappen nodig voor het beproeven van de installatie Beproeft systematisch ter voorkoming van tekortkomingen en lekkages Stelt toestellen en appendages in volgens specificaties Zorgt dat de installatie volgens specificaties werkt Begeleidt (leerling)monteurs op duidelijke wijze Beantwoordt vragen van (leerling)monteurs duidelijk Overlegt met de klant over de uit te voeren werkzaamheden

1.7 Beproeven van installatie

1.8 Instellen van componenten en installatie

1.9 begeleiden installatie- werkzaamheden

Overlegt met de onderaannemers/ leveranciers over de uit te voeren werkzaamheden Maakt taakverdeling Bewaakt de voortgang

1.10 Afronden installatie- werkzaamheden

Rapporteert klachten en incidenten Rapporteert verbetervoorstellen Voert afval op een milieuvriendelijke manier af Laat een opgeruimde en schone werkplek achter Ruimt gereedschap netjes op Overlegt met de klant over het geleverde werk Informeert de klant over het gebruik van het geleverde werk

32

BIJLAGE 4 EVALUATIEFORMULIER LLB

(Beschikbaar op: www.consortiumbo.nl>Kies techniek en ICT>Kies Niveau 3>materiaal)

Evaluatieformulier - Leren, Loopbaan en Burgerschap

Naam leerling:

Invullen door klant, opdrachtgever, docent enz.

Projecttaak:

Datum:

Naam beoordelaar:

Functie:

Werkprocessen Prestatie-indicatoren

onv. vold. Opmerkingen

1.1 Benoemt leerdoelen voor de eigen ontwikkeling

Uitdagingen aanvaarden om leerdoel te ontdekken. Tijd en energie investeren om tot een keuze te komen. Op de hoogte stellen van veranderingen in de samenleving en werkomgeving. Analyseren van verschillende leerbehoeften, ambities en veranderingen in de omgeving. Bekijken welk leerdoel het beste aansluit bij je zelf, zodat je een afgewogen keuze kunt maken. Gestructureerd formuleren van je leerkansen en leerdoelen, zodat de toekomstige ontwik- keling begrijpelijk is voor anderen. Verzamelen van informatie over verschillende manieren van leren, zodat je hier een overzicht van hebt. Met voorstellen komen om andere leerstijlen te ontwikkelen en andere leeractiviteiten dan gebruikelijk uit te proberen om je eigen leer- doelen te bereiken. Bij het selecteren van een geschikte manier van leren rekening houden met de kenmerken van de situatie en met je eigen kenmerken. Creëren van een duidelijk beeld van leren, daarbij rekening gehouden met nieuwe aspecten van leren. Een onderbouwde keuze maken voor de geschiktste manier van leren. Laten zien dat je achter je eigen keuze van leren staat.

1.2 Inventariseert geschikte manie- ren van leren

1.3 Kiest bij de situatie en bij

zichzelf passende manieren van leren

33

1.4 Plant zijn eigen leerproces en voert het uit

Plannen van eigen leeractiviteiten in samen- hang met de eigen vakbekwaamheid. Eigen leerdoelen in de gaten houden. Besluiten om de eigen leerdoelen in te zetten in de praktijk. Kijken of het leerproces bijgesteld moet worden om de leerdoelen te bereiken. Fouten en feedback gebruiken om de leer- bekwaamheid voor de gekozen manier van leren te verbeteren. Bekijken of de gekozen leeractiviteiten bijge- dragen hebben aan je verdere ontwikkeling. Conclusies trekken om verbeteringen aan te brengen. Door gesprekken reactieve technieken verzamelen. Door testen nieuwe informatie verzamelen. Overleggen met anderen over het eigen zelfbeeld Bij anderen informeren naar de noodzakelijke kwaliteiten en motieven voor werk. Analyseren vanuit eigen ervaringen welke wensen en waarden van belang zijn voor de verdere loopbaan ontwikkeling. Bewust zijn dat je manier van verwoorden van eigen kwaliteiten, wensen en waarden van invloed zijn op de ontwikkeling van je loopbaan. Zoeken en beoordelen van informatie over gevraagde waarden en persoonlijke kwaliteiten voor werk Overleggen met anderen over eigen waarden en kwaliteiten in relatie tot soorten werk en vraagt hen hierover advies. Vergelijken van persoonlijke waarden en kwaliteiten met gevraagde waarden en kwaliteiten van verschillende soorten werk. Concluderen wat passend werk zou zijn. Verwoorden hoe je persoonlijke waarden en kwaliteiten van invloed zijn op het zoeken naar passend werk.

1.5 Evalueert de gekozen manier van leren

2.1 Reflecteert op eigen kwaliteiten en motieven

2.2 Onderzoekt welk werk er is en wat bij hem past

34

2.3 Stuurt de eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn

Onderzoeken van de consequenties van je toekomstige keuze en acties. De consequenties betrekken in de sturing van je loopbaan. Plan van aanpak voor leggen aan je eigen relaties, zodat deze je kunnen helpen met het vinden van passend werk. Onderkennen en accepteren van voordurende veranderingen in beroepseisen en beroepsuitoefening, en het plan van aanpak hier op aanpassen. Initiatief nemen in het sturen van je loopbaan tijdens functioneringsgesprekken. Je zelf melden als er nieuwe ontwikkelingen zijn Een keuze maken om je eigen loopbaan verder te ontwikkelen. Laten zien dat je achter je keuze staat, door acties te ondernemen zoals solliciteren. De tijd nemen om regels en procedures te leren kennen. Handelen naar regels en procedures, zodat anderen tevreden zijn over je werk. Aangeven wanneer gangbare waarden en normen overschreden worden. Kwaliteitseisen van de organisatie kennen Je eigen werk aan de kwaliteitseisen laten voldoen Feedback vragen van collega’s om het eigen gedrag en functioneren aan te passen. Productief blijven in een stressvolle omgeving. Kritiek zien als een suggestie voor verbetering Je grenzen bij kritiek aangeven. Verwoorden van het belang van jezelf en van het werk. Op de hoogte blijven van veranderingen in de arbeidsorganisatie en onderkent hierbij de gevolgen voor jezelf.

4.1 Gedraagt zich als werknemer bij het uitvoeren van het werk

35

4.2 Maakt gebruik van werknemers- rechten

Relevante informatie verzamelen over eigen rechten en vastgelegde procedures. Open staan voor nieuwe informatie en andere standpunten, zodat de werknemersrechten gebruikt kunnen worden. Advies vragen aan collega’s of relevante organisaties om de werknemersrechten eventueel te beschermen Zich aan de procedures houden die zijn vastgelegd in de CAO en andere contracten en reglementen Je geeft je mening over besluitvorming en werknemersrechten. Je neemt initiatief om voor je werknemers- rechten op te komen indien dat nodig is. Je neemt ook initiatieven in vertegen- woordigende organen van werknemers om belangen van werknemers veilig te stellen. Je overlegt met collega’s en andere betrokkene over het uitvoeren van het werk. Je vraagt hulp en geeft informatie op de juiste momenten; niet te vaak en niet te weinig, zodat er samenwerking ontstaat. Je ben eerlijk en betrouwbaar tegenover je collega’s en behandelt iedereen gelijkwaardig.. Je draagt bij aan een positieve sfeer tijdens het werk en informele contacten.

4.3 Stelt zich collegiaal op

36

BIJLAGE 5 LEERLIJN NEDERLANDS EN MVT

Nederlands en moderne vreemde talen (MVT)

1 Taalniveaus Aan het einde van je opleiding moet je laten zien dat je Nederlands, Engels en een andere vreemde taal op een bepaald niveau beheerst. Deze niveaus kun je vinden in: • Het Kwalificatiedossier van je opleiding. • Het Brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap. De eisen voor taalvaardigheid 1 kunnen in beide documenten van elkaar verschillen. De hoogste eis geldt. Voor deze opleiding gelden de volgende niveau- eisen:

Taal

Luisteren Lezen

Spreken

Gesprekken voeren

Schrijven

Nederlands

B2

B2

B2

B2

B2

Engels

A2

A2

A2

A2

A2

Andere vreemde taal

A2

A2

A2

A2

A2

Wat je precies moet kunnen voor die niveaus, kun je lezen in bijlagen voor Nederlands en MVT. Kijk vooral naar het onderdeel: Kenmerken van de taakuitvoering. 2 De drieslagmethode Tijdens je opleiding luister, lees, spreek en schrijf je heel veel. Niet alleen bij de taallessen, maar eigenlijk bij alle stappen van een projecttaak Er zijn dus meer dan genoeg mogelijkheden om aan te tonen op welk niveau je presteert. De ontwikkeling van jouw taalvaardigheid is dan ook niet alleen een zaak van de docent talen, maar van iedereen die jou in je opleiding begeleidt.

Je gaat je taalvaardigheid ontwikkelen volgens de drieslagmethode:

1. Informatie over taalniveaus is te vinden in de volgende documenten: - Het Europese Referentiekader - Het Raamwerk Nederlands - Het Raamwerk Moderne Vreemde Talen

37

1 Je gebruikt taal tijdens je werk/stage en op school • Veel lezen, luisteren, schrijven en spreken met zinvolle kritiek op je taalgebruik. 2 Taalles van een ervaren taaldocent • Je oefent op het vak gericht Nederlands en vreemde talen onder begeleiding van een ervaren taaldocent tijdens lessen of workshops. 3 Taalondersteuning en oefening individueel. • Bij persoonlijke taalproblemen krijg je extra hulp en ondersteuning. Bij het invullen van je mini-POP kun je samen met je begeleider bepalen hoeveel ondersteuning je nodig hebt. 3 Werken met het communicatieschema Het niveau van je taalvaardigheid geeft aan in hoeverre je in staat bent om: • Uit een boodschap onderwerp, doel en thema’s te halen (lees- en luistervaardigheid). • Je boodschap af te stemmen op doel en publiek (spreek-, gespreks- en schrijfvaardigheid). • Je boodschap goed op te bouwen, verbanden aan te brengen (spreek-, gespreks- en schrijfvaardigheid). Dat moet je dus leren. Om je daarbij te helpen werk je stapsgewijs volgens het communicatieschema.

Schema communicatie

a Je bepaalt onderwerp, doel en thema's van wat je gelezen of gehoord hebt of je bepaalt onderwerp, doel en thema's van wat je wilt zeggen of schrijven. • Waarover gaat het? • Wat wordt er over dat onderwerp gezegd? • Met welk doel?

38

Made with