14ZW4AAFB2

Apothekersassistent - Serie 2014 14ZW4AAFB2

2 Apothekersassistent Niveau 4 Fase

Serie 2014 Crebonummer 91300

Apothekersassistent

Niveau 4

Stichting Consortium Beroepsonderwijs Zorg & Welzijn (kwalificatiedossiers 2011, 2012, 2013 of 2014)

Fase 2 Crebonummer 91300

artikelnummer: 14ZW4AAFB2

Colofon

Dit is een uitgave van Stichting Consortium Beroepsonderwijs

Manager Zorg & Welzijn I. Rabelink

Ontwikkelteam Assisterende in de Gezondheidszorg M. Weltevrede (ontwikkelteamleider) E. Rinsma

Eindredactie A. Brink M. Brok

Ontwerp/DTP H. Aalbersberg R. Bokma appeltje-n grafische ontwerpen

© 2014 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs. Verantwoording Stichting Consortium Beroepsonderwijs heeft van alle haar bekende rechthebbenden op de in deze publicatie opgenomen teksten en afbeeldingen toestemming gekregen om deze te gebruiken.

www.consortiumbo.nl

Inhoud

Beroepsprestatie 2.1

4

Afhandelen van recepten met medicatiebegeleiding (2014-aa-bp2.1)

Beroepsprestatie 2.2 16 Geven van voorlichting en advies over zelfzorg, verband- en medische hulpmiddelen (2014-aa-bp2.2)

Beroepsprestatie 2.3

26

Uitvoeren van eenvoudige bereidingen (2014-aa-bp2.3)

Beroepsprestatie 2.4

38

Verbeteren van eigen vakdeskundigheid (2014-aa-bp2.4)

Voortgangsgesprek

46

(2014-aa-vg)

* Daar waar zij staat, wordt ook hij bedoeld en omgekeerd. * Waar zorgvrage’ staat, kan ook worden gelezen: cliënt.

Beroepsprestatie 2.1 Afhandelen van recepten met medicatiebegeleiding (2014-aa-bp2.1)

Werkprocessen met de competenties van deze beroepsprestatie

Nummer van het werkproces

Titel van het werkproces

Competenties die bij het werkproces horen E Samenwerken en overleggen

1.2 Voert medicatiebewaking uit

K Vakdeskundigheid toepassen

1.3 Handelt recepten af

K Vakdeskundigheid toepassen

S Kwaliteit leveren

T Instructies en procedures opvolgen

4

Zorg & Welzijn serie 2014

1.5 Geeft voorlichting en advies

E Samenwerken en overleggen

I Presenteren

L Materialen en middelen inzetten

R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten

3.4 Voert administratieve taken uit

J Formuleren en rapporteren

1

Oriënteren

Typering van deze beroepsprestatie In de apotheek verwerkt de apothekersassistent de recepten in het apotheekinformatiesysteem (= AIS) en maakt de producten klaar waarna ze aan de balie afgeleverd worden. Bij het invoeren in de computer is haar taak ook het controleren van onder- of overconsumptie. Als het AIS een medicatiebewakingssignaal aangeeft, interpreteert zij het signaal en bepaalt welke stappen zij moet ondernemen. Soms handelt zij dit signaal zelfstandig af. In andere gevallen overlegt zij met de cliënt, de apotheker of de voorschrijver. Er wordt van de apothekersassistent naast communicatieve vaardigheden ook farmaceutische kennis en rekenvaardigheden gevraagd. Na het klaarmaken van de producten is het van belang dat de apothekersassistent deskundigheid uitstraalt, informatie begrijpelijk overbrengt aan de cliënt en controleert of de cliënt haar begrepen heeft. Op deze wijze geeft ze medicatiebegeleiding, wordt de cliënt goed geïnformeerd en wordt de therapietrouw bevorderd. Meneer Hansen gebruikt Hydrochloorthiazide tegen hoge bloeddruk. Als hij toch in de buurt is, laat hij zijn bloeddruk in de apotheek ook altijd even controleren. Een paar dagen geleden bleek zijn bloeddruk te hoog te zijn. Er werd hem geadviseerd contact op te nemen met zijn huisarts. Vandaag komt er voor hem een recept binnen via de computer met daarop Enalapril en Hydrochloorthiazide. Aniek voert de gegevens in de computer in en krijgt een medicatiebewakingssignaal dat bij toevoeging van een RAAS-remmer aan een diureticum de bloeddruk plotseling kan dalen. Aniek handelt het recept af waarbij ze de afhandeling van het medicatiebewakingssignaal als zorgregel in het AIS invoert. Vervolgens voert ze met meneer Hansen een Eerste-terhandstellingsgesprek (ETG) met betrekking tot de Enalapril. Ze geeft hem de geneesmiddelen en benodigde schriftelijke informatie. Evelien krijgt bij de invoer van een antibioticum in het AIS een melding van een absolute contra-indicatie: de patiënt is allergisch voor penicillines. Ze belt de huisarts en legt de situatie uit. De huisarts wijzigt het voorschrift in een Azitromycine-kuur en bedankt Evelien voor haar alertheid. Evelien maakt het antibioticum- drankje onder stofafzuiging volgens de instructies op de verpakking voor toediening gereed. Ze plakt een etiket en waarschuwingsstickers op de verpakking en voegt de geprinte bijsluiter toe. Bij het afleveren aan de balie informeert ze de cliënt over haar ondernomen acties en geeft ze uitleg over het gebruik van het drankje.

5

Fase 2

Apothekersassistent

2

Plannen

Overleg met je begeleider over je POP en de voorwaarden voor het uitvoeren van de opdrachten in de beroepsprestatie. Bekijk de resultaten en de voortgangsbeoordelingslijst. Maak vervolgens je PAP. Leg een inleverdatum voor de resultaten vast.

Stap 1 en 2 van de Wegwijzer zijn aangetoond.

De moeilijkheidsgraad

De mate van complexiteit van de beroepssituatie

De mate van zelfsturing

De mate van verantwoordelijkheid voor

{ { gesloten context

{ { geleid

3 3 uitvoeren van het eigen takenpakket

3 3 open context

3 3 begeleid

{ { jouw samenwerking met collega’s

{ { complexe context

{ { zelfstandig*

{ { de hele zorg- en begeleidingscyclus

{ { aansturen van collega’s op hetzelfde of lager niveau

* zelfstandig is niet van toepassing omdat de beroepsprestatie ontwikkelgericht is

Het gewenste resultaat van deze beroepsprestatie De eenvoudige medicatiebewaking, inclusief controle op over- en onderconsumptie, is onder toezicht nauwkeurig en volledig uitgevoerd. De zorgvrager krijgt medicatie die aansluit bij zijn behoefte en (gebruiks)situatie. De zorgvrager heeft geneesmiddelen ontvangen die gereed zijn voor toediening en aansluiten op de vraag en op de (gebruiks)situatie. De apothekersassistent heeft gehandeld volgens protocol en wettelijke richtlijnen. De zorgvrager heeft op gestructureerde wijze correcte informatie en deskundig advies gekregen waarbij therapietrouw actief is bevorderd. De zorgvrager heeft het begrepen en is tevreden over de benadering. De apothekersassistent heeft op professionele wijze gebruik gemaakt van voorlichtingsmateriaal. De administratieve taken rondom registratie van zorgvrager- en medicatiekenmerken, verstrekking van geneesmiddelen en medische hulpmiddelen en de wetgeving zijn onder toezicht accuraat en professioneel uitgevoerd.

6

Zorg & Welzijn serie 2014

3

Uitvoeren

De competenties uit deze beroepsprestatie worden beoordeeld met behulp van de voortgangsbeoordelingslijst. De beoordelingsvormen zijn: gedragsbeoordeling en/of specifieke bewijsstukken. Maak hierover afspraken met je begeleider(s).

Opdrachten

A. Praktijkuitvoering Voer gedurende tenminste vier dagdelen recepten in het AIS (= apotheekinformatiesysteem) van de (simulatie)apotheek in, waarbij je let op therapietrouw en medicatiebewaking. Bij een eenvoudig medicatiebewakingssignaal of twijfel over therapietrouw verzamel je relevante patiëntgegevens en zoek je zelfstandig de achtergrondinformatie op. Je voert overleg met de cliënt, collega, apotheker en/of behandelaar. Jouw voorstel voor de vervolgstappen bespreek je met je (praktijk)begeleider. Je handelt (onder toezicht) zelfstandig de eenvoudige medicatiebewakingssignalen af. Achteraf verwerk je de afhandeling van het signaal in het AIS. De voorgeschreven producten maak je klaar en lever je af aan cliënten met de benodigde schriftelijke en mondelinge informatie waarbij je actief de therapietrouw bevordert. Opmerking: De te complexe signalen worden overgenomen door een collega. De volgende onderdelen komen in ieder geval aan bod: • invoeren in het AIS van bereide geneesmiddelen op recept • controleren van doseringen • signaleren van over- en onderconsumptie • recept aanpassen n.a.v. toepassen van (preferentie)beleid en afhandeling medicatiebewaking • VTGM* van voorgeschreven producten. * Bij het VTGM (Voor Toediening Gereed Maken) van geneesmiddelen gaat het hier om geneesmiddelen die alleen na toevoeging van een hulpstof (bv. water) kunnen worden toegediend aan de cliënt. Dus niet om bereiding van geneesmiddelen. Een voorbeeld van VTGM is het aanmaken van een antibioticadrank. B. Overzicht ‘Top Vijf Medicatiebegeleiding’ Maak een overzicht van een top vijf m.b.t. medicatiebegeleiding om therapietrouw te bevorderen. Verwerk: • geneesmiddelgroepen met voorbeeld waarbij over- of onderconsumptie het meest voorkomt • achterliggende oorzaken • mogelijke risico’s van over- en onderconsumptie • de hulpmiddelen en/of ICT-mogelijkheden die voor alle partijen ter beschikking staan om therapietrouw te bevorderen • hoe de voorschrijver bij over- of onderconsumptie en therapietrouw wordt betrokken • hoe de cliënt gestimuleerd wordt om therapietrouw te zijn. Gedragsbeoordeling: WP 1.2 E, K en WP 1.3 K, S, T en WP 1.5 E, I, L, R en WP 3.4 J

Overzicht: WP 1.2 E, K en WP 1.5 I, L

7

Fase 2

Apothekersassistent

C. Reflectieverslag Schrijf een reflectieverslag over deze beroepsprestatie volgens de STARRT-methode.

Reflectieverslag: WP 1.2 E en WP 1.5 I, R en WP 3.4 J

Bewijsstukken

Lever de volgende bewijsstukken aan: • Volledig ingevulde voortgangsbeoordelingslijst • Overzicht ‘Top Vijf Medicatiebegeleiding’ • Reflectieverslag

8

Zorg & Welzijn serie 2014

4/5 Controleren/Evalueren

Deze stappen zijn onderdeel van de voortgangsbeoordelingslijst.

Voortgangsbeoordelingslijst

Beroepsprestatie 2.1 Afhandelen van recepten met medicatiebegeleiding (2014-aa-bp2.1) Opleiding Apothekersassistent niveau 4

Naam student:

Cohort:

G : Goed V : Voldoende O : Onvoldoende

Beoordelingscriteria

Bewijsstuk A. Gedragsbeoordeling

Werkproces 1.2 Voert medicatiebewaking uit Competenties De student:

G V O

E Samenwerken en overleggen

voert overleg over therapie-ontrouw en/of het medi- catiebewakingssignaal én over de vervolgstappen

  

K Vakdeskundigheid toepassen

overlegt op tijd bij twijfel

  

bestudeert en controleert de gegevens over medicatie en cliënt in relatie tot therapietrouw bestudeert en controleert de gegevens over medicatie en cliënt in relatie tot het medicatiebewakingssignaal stelt de juiste vervolgstappen voor m.b.t. de afhandeling van de medicatiebewakingssignalen en/ of therapie-ontrouw

  

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

9

Fase 2

Apothekersassistent

Bewijsstuk A. Gedragsbeoordeling

Werkproces 1.3 Handelt recepten af Competenties

De student:

G V O

K Vakdeskundigheid toepassen

pakt de juiste producten

  

pakt de juiste hoeveelheden

  

plakt de juiste etiketten en stickers op de verpakkingen

  

verpakt de producten op juiste wijze

  

S Kwaliteit leveren

werkt netjes

  

werkt systematisch

  

werkt volgens de kwaliteitsrichtlijnen

  

T Instructies en procedures opvolgen voegt de benodigde informatiematerialen toe

  

controleert de producten (elektronisch of visueel) en laat de producten door een collega controleren werkt volgens de procedures en wettelijke richtlijnen

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

Bewijsstuk A. Gedragsbeoordeling

Werkproces 1.5 Geeft voorlichting en advies Competenties De student:

G V O

E Samenwerken en overleggen

overlegt op tijd bij twijfel

  

weet wie ze moet raadplegen

  

vraagt de mening van een deskundige over een zorgvraag toont non-verbaal een professionele houding

  

I Presenteren

  

wekt vertrouwen door haar vakdeskundigheid

  

geeft een inhoudelijk goede uitleg

  

stimuleert therapietrouw

  

gebruikt voor de cliënt begrijpelijke taal

  

spreekt met gepaste snelheid

  

10

Zorg & Welzijn serie 2014

L Materialen en middelen inzetten kiest voor de cliënt passend voorlichtingsmateriaal en hulpmiddelen

  

gebruikt voorlichtingsmateriaal en hulpmiddelen deskundig gebruikt voorlichtingsmateriaal en hulpmiddelen om therapietrouw te bevorderen

  

  

R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten

luistert actief

  

vraagt naar de wensen en behoeften

  

stemt de informatie af op de vermogens van de cliënt

  

stemt de informatie af op de verwachtingen van de cliënt

  

vraagt de cliënt of de informatie duidelijk is

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

Bewijsstuk A. Gedragsbeoordeling

Werkproces 3.4 Voert administratieve taken uit Competenties De student:

G V O

J Formuleren en rapporteren

verwerkt nauwkeurig alle relevante gegevens van de cliënt in het AIS (incl. afhandeling medicatiebewaking en gegevens m.b.t. over-/ onderdosering) voert zorgvuldig de juiste af te leveren producten in het AIS in

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

11

Fase 2

Apothekersassistent

Bewijsstuk B. Overzicht ‘Top Vijf Medicatiebegeleiding

Werkproces 1.2 Voert medicatiebewaking uit Competenties

De student beschrijft:

G V O

E Samenwerken en overleggen

hoe de zorgvrager wordt betrokken bij therapietrouw

  

hoe de voorschrijver wordt betrokken bij therapietrouw de geneesmiddelgroepen met voorbeeld waarbij over- of onderconsumptie het meest voorkomt

  

K Vakdeskundigheid toepassen

  

achterliggende oorzaken van over- of onderconsumptie

  

mogelijke risico’s van over- of onderconsumptie

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

Bewijsstuk B. Overzicht ‘Top Vijf Medicatiebegeleiding

Werkproces 1.5 Geeft voorlichting en advies Competenties

De student beschrijft:

G V O

I Presenteren

hoe de cliënt gestimuleerd wordt om therapietrouw te zijn de hulpmiddelen en/of ICT-mogelijkheden die voor alle partijen ter beschikking staan om therapietrouw te bevorderen

  

L Materialen en middelen inzetten

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

12

Zorg & Welzijn serie 2014

Bewijsstuk C. Reflectieverslag

Werkproces 1.5 Geeft voorlichting en advies Competenties

De student beschrijft:

G V O

I Presenteren

hoe zij non-verbaal een professionele houding heeft getoond

  

hoe zij vertrouwen heeft gewekt

  

hoe zij de inhoudelijk uitleg heeft gegeven

  

hoe zij de cliënt gestimuleerd heeft therapietrouw te zijn haar gebruik van begrijpelijke taal voor de cliënt

  

  

haar spreektempo

  

R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten

hoe ze naar de wensen en behoeften heeft gevraagd

  

hoe ze de informatie heeft afgestemd op de vermogens van de cliënt hoe ze de informatie heeft afgestemd op de verwachtingen van de cliënt hoe ze de cliënt heeft gevraagd of de informatie duidelijk is

  

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

Bewijsstuk C. Reflectieverslag

WP 3.4 Voert administratieve taken uit Competenties

De student beschrijft:

G V O

J Formuleren en rapporteren

hoe zij relevante gegevens van de cliënt heeft verwerkt in het AIS (incl. afhandeling medicatiebewaking en gegevens m.b.t. over-/ onderdosering) hoe zij af te leveren producten heeft ingevoerd in het AIS

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

13

Fase 2

Apothekersassistent

Afspraken met betrekking tot acties die de student gaat ondernemen om zichzelf verder te ontwikkelen (POP/PAP)

Beoordeling beroepsprestatie 2.1 Afhandelen van recepten met medicatiebegeleiding (s.v.p. aankruisen wat van toepassing is)  G oed aangetoond

 V oldoende aangetoond  O nvoldoende aangetoond

Naam begeleider: (s.v.p. voluit schrijven in blokletters)

Functie:

Instelling:  BPV

 Opleiding

Datum:

Handtekening:

Naam begeleider: (s.v.p. voluit schrijven in blokletters)

Functie:

Instelling:  BPV

 Opleiding

Datum:

Handtekening:

14

Zorg & Welzijn serie 2014

15

Fase 2

Apothekersassistent

Beroepsprestatie 2.2 Geven van voorlichting en advies over zelfzorg, verband- en medische hulpmiddelen (2014-aa-bp2.2)

Werkprocessen met de competenties van deze beroepsprestatie

Nummer van het werkproces

Titel van het werkproces

Competenties die bij het werkproces horen

1.1 Neemt de zorgvraag aan en kanaliseert deze

F Ethisch en integer handelen V Met druk en tegenslag omgaan K Vakdeskundigheid toepassen T Instructies en procedures opvolgen K Vakdeskundigheid toepassen M Analyseren R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten

1.3 Handelt recepten af

1.4 Behandelt de zelfzorgvraag

1.5 Geeft voorlichting en advies

16

Zorg & Welzijn serie 2014

1

Oriënteren

Typering van deze beroepsprestatie Bij het afhandelen van zorgvragen heeft de apothekersassistent te maken met diverse en steeds complexer wordende vragen. Ook neemt de werkdruk toe als gevolg van de huidige wet- en regelgeving. Toch zal iedere apothekersassistent naast het leveren van receptgeneesmiddelen ook regelmatig zelfzorgproducten, medische hulpmiddelen, verbandmiddelen en, indien mogelijk, incontinentiemateriaal aan de cliënt verstrekken. Het is de taak van de apothekersassistent om zich op de behoeften en verwachtingen van de cliënt te richten. In de benadering van de cliënt betrekt zij ook zijn achtergrond(milieu, levensfase, kennisniveau, karakter, gemoedstoestand). Bij het vaststellen van de zelfzorgvraag houdt de assistent rekening met het gebruik van andere (zelfzorg)geneesmiddelen én het ziektebeeld. Op deze wijze voert een apothekersassistent medicatiebewaking uit bij de behandeling van een zelfzorgvraag. Een advies zou kunnen zijn dat, na overweging van alle verkregen informatie, de cliënt naar een arts wordt verwezen. Bij twijfel overlegt de apothekersassistent met haar collega, apotheker en/of andere deskundige. Het is vrijdagmiddag en het is erg druk in de apotheek. Moniek staat achter de balie en neemt twee recepten van mevrouw Van Raalten aan. De moeder van mevrouw Van Raalten is ontslagen uit het ziekenhuis en zij heeft haar zojuist opgehaald. Moniek ziet meteen dat deze recepten wat meer tijd gaan kosten om klaar te maken. Ze moet contact opnemen met de thuiszorg voor een verantwoorde vervanging van een verbandartikel dat slecht leverbaar is. Bovendien is door de arts het ZN-formulier niet volledig ingevuld. Gelukkig heeft mevrouw Van Raalten verbandmiddelen meegekregen uit het ziekenhuis. De thuiszorg zal komen om de wond te verzorgen. Als Moniek alle gegevens genoteerd heeft, vraagt zij of het misschien prettiger is als de genees- en verbandmiddelen thuis bezorgd worden. Dat vindt ze erg fijn. “Oh ja, mijn moeder is wat verward en gebruikt inmiddels al acht verschillende medicijnen. Ik ben bang dat ze geneesmiddelen vergeet in te nemen.” Moniek stelt medicijnrollen voor. Ismet helpt mevrouw Ibrahimi aan de balie. Ze wil graag iets tegen de pijn aan haar heup. “Paracetamol helpt bij mij niet. Geef mij maar die Ibuprofen. Die zijn goed, heb ik gehoord.” Bij navraag blijkt dat mevrouw regelmatig last van haar maag heeft en dat de pijnklachten steeds erger worden. Mevrouw is bang om naar de dokter te gaan, omdat ze niet geopereerd wil worden. Ismet zegt dat de Ibuprofen bij haar maagklachten kan veroorzaken en dat het toch verstandig is om naar de arts te gaan.

17

Fase 2

Apothekersassistent

2

Plannen

Overleg met je begeleider over je POP en de voorwaarden voor het uitvoeren van de opdrachten in de beroepsprestatie. Bekijk de resultaten en de voortgangsbeoordelingslijst. Maak vervolgens je PAP. Leg een inleverdatum voor de resultaten vast.

Stap 1 en 2 van de Wegwijzer zijn aangetoond.

De moeilijkheidsgraad

De mate van complexiteit van de beroepssituatie

De mate van zelfsturing

De mate van verantwoordelijkheid voor

{ { gesloten context

{ { geleid

3 3 uitvoeren van het eigen takenpakket

3 3 open context

3 3 begeleid

{ { jouw samenwerking met collega’s

{ { complexe context

{ { zelfstandig*

{ { de hele zorg- en begeleidingscyclus

{ { aansturen van collega’s op hetzelfde of lager niveau

* zelfstandig is niet van toepassing omdat de beroepsprestatie ontwikkelgericht is

Het gewenste resultaat van deze beroepsprestatie De (zelf)zorgvraag is aan de hand van verzamelde en geanalyseerde gegevens vastgesteld en gekanaliseerd. De ontvangen informatie en vervolgstap zijn duidelijk voor de zorgvrager. De apothekersassistent heeft bij de (zelf)zorgvraag passende zelfzorg-/hulpmiddelen gekozen. De zorgvrager heeft geneesmiddelen en hulpmiddelen ontvangen die gereed zijn voor toediening en aansluiten op de vraag en op de (gebruiks)situatie. De zorgvrager heeft op gestructureerde wijze correcte informatie en deskundig advies gekregen en heeft dit begrepen. Hij is tevreden over de benadering en het verstrekte zelfzorgmiddel. De apothekersassistent heeft gehandeld volgens protocol en wettelijke richtlijnen en heeft op professionele wijze gebruik gemaakt van voorlichtings- en instructiemateriaal.

18

Zorg & Welzijn serie 2014

3

Uitvoeren

De competenties uit deze beroepsprestatie worden beoordeeld met behulp van de voortgangsbeoordelingslijst. De beoordelingsvormen zijn: gedragsbeoordeling en/of specifieke bewijsstukken. Maak hierover afspraken met je begeleider(s).

Opdrachten

A. Praktijkuitvoering Deze opdracht voer je uit in de beroepspraktijk of binnen een praktijksimulatie en bestaat uit twee deelopdrachten, te weten: • Geven van voorlichting en instructie bij verband- en medische hulpmiddelen Neem zorgvragen in de (simulatie)apotheek aan met betrekking tot verband- en medische hulpmiddelen. Deze worden aangevraagd aan de balie of op recept, via de thuiszorg of voor zelfmanagement eventueel m.b.v. de WHAM-vragen. De volgende onderdelen komen in ieder geval aan bod: -- verbandmiddelen -- incontinentiemateriaal (indien mogelijk) -- diabetes- en ooghulpmiddelen -- zelftesten -- inhalatiehulpmiddelen • Behandelen van de zelfzorgvraag Handel zelfzorgvragen aan de balie van de (simulatie)apotheek af. Het betreft diverse zelfzorgvragen die al dan niet routinematig afgehandeld kunnen worden. Voer hierbij gestructureerd het gesprek waarbij je de zelfzorgvraag voor de cliënt samenvat en controleert. Voer medicatiebewaking uit. Na eventueel overleg bepaal je je aanpak en baseer je het advies op betrouwbare bronnen. Je bespreekt je aanpak met de cliënt en geeft een passend advies. Je controleert of het advies helder, duidelijk en begrepen is en voert indien nodig de financiële handelingen uit.

Gedragsbeoordeling: WP 1.1 F, V en WP 1.3 K, T en WP 1.4 K, M, R en WP 1.5 R.

B. Werkstuk verband- en medische hulpmiddelen Je maakt een werkstuk over de onderstaande materialen waarin je beschrijft:

• de toepassing en eigenschappen • de mondelinge gebruiksinstructie • de benodigde demonstratieve vaardigheden.

met betrekking tot de af te leveren materialen: -- incontinentiemateriaal van lichte tot zware incontinentie -- verbandmiddelen van meerdere verbandmiddelgroepen -- diverse medische hulpmiddelen.

Werkstuk: WP 1.4 K, M

C. Reflectieverslag Schrijf een reflectieverslag over opdracht A. van deze beroepsprestatie volgens de STARRT-methode.

WP 1.1 F, V en WP 1.4 M en WP 1.5 R

19

Fase 2

Apothekersassistent

Bewijsstukken

Lever de volgende bewijsstukken aan: • Volledig ingevulde voortgangsbeoordelingslijst • Werkstuk verband- en medische hulpmiddelen • Reflectieverslag

4/5 Controleren/Evalueren

Deze stappen zijn onderdeel van de voortgangsbeoordelingslijst.

Voortgangsbeoordelingslijst

Beroepsprestatie 2.2 Geven van voorlichting en advies over zelfzorg, verband- en medische hulpmiddelen (2014-aa-bp2.2) Opleiding Apothekersassistent niveau 4

Naam student:

Cohort:

G : Goed V : Voldoende O : Onvoldoende

Beoordelingscriteria

Bewijsstuk A. Gedragsbeoordeling

Werkproces 1.1 Neemt de zorgvraag aan en kanaliseert deze Competenties De student:

G V O

F Ethisch en integer handelen

gaat discreet om met vertrouwelijke/gevoelige informatie gaat respectvol om met de gevoelens van de cliënt

  

  

gaat professioneel om met cliënten

  

V Met druk en tegenslag omgaan

werkt efficiënt onder alle omstandigheden (normale en hoge werkdruk, tegenslag) stelt duidelijke grenzen ten aanzien van de mogelijkheden die ze tot haar beschikking heeft

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

20

Zorg & Welzijn serie 2014

Bewijsstuk A. Gedragsbeoordeling

Werkproces 1.3 Handelt recepten af Competenties

De student:

G V O

K Vakdeskundigheid toepassen

pakt de juiste producten, verband- en hulpmiddelen

  

pakt een passend hulpmiddel bij het geneesmiddel

  

T Instructies en procedures opvolgen voegt de benodigde informatiematerialen toe

  

controleert de producten (elektronisch of visueel) en laat de producten door een collega controleren werkt volgens de procedures en wettelijke richtlijnen

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

Bewijsstuk A. Gedragsbeoordeling

Werkproces 1.4 Behandelt de zelfzorgvraag Competenties De student:

G V O

K Vakdeskundigheid toepassen

verzamelt informatie om tot een juist advies van verband- en medische hulpmiddelen te komen

  

past de WHAM-vragen correct toe

  

zet eigen kennis en deskundigheid in

  

zet verkregen informatie om tot een passend advies

  

kiest passend zelfzorgmiddel, verband- en medische hulpmiddelen komt tot de juiste conclusie voor het geven van een zelfzorgmiddel, verband- en medische hulpmiddel komt tot de juiste conclusie voor het doorverwijzen naar een arts komt tot de juiste conclusie voor het geven van niet- medicamenteus advies luistert actief en vraagt door naar wensen en behoeften betrekt wensen en behoeften bij de keuze van het zelfzorgmiddel, verband- en medische hulpmiddel

  

M Analyseren

  

  

  

R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

21

Fase 2

Apothekersassistent

Bewijsstuk A. Gedragsbeoordeling

Werkproces 1.5 Geeft voorlichting en advies Competenties De student:

G V O

R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten

luistert actief

  

vraagt naar de wensen en behoeften

  

stemt de informatie af op de vermogens van de cliënt

  

stemt de informatie af op de verwachtingen van de cliënt

  

vraagt de cliënt of de informatie duidelijk is

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

Bewijsstuk B. Werkstuk verband- en medische hulpmiddelen

Werkproces 1.4 Behandelt de zelfzorgvraag Competenties

De student beschrijft:

G V O

K Vakdeskundigheid toepassen

de eigenschappen van incontinentie-, verband- en medische hulpmiddelen de mondelinge instructie die bij de levering van incontinentie-, verband- en medische hulpmiddelen moet worden gegeven de demonstratieve vaardigheid die bij de levering van incontinentie-, verband- en medische hulpmiddelen moet worden getoond de toepassing van incontinentie-, verband- en medische hulpmiddelen

  

  

  

M Analyseren

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

22

Zorg & Welzijn serie 2014

Bewijsstuk C. Reflectieverslag

Werkproces 1.1 Neemt de zorgvraag aan en kanaliseert deze Competenties De student beschrijft:

G V O

F Ethisch en integer handelen

hoe zij discreet is omgegaan met vertrouwelijke/ gevoelige informatie hoe zij respectvol is omgegaan met de gevoelens van de cliënt hoe zij efficiënt heeft gewerkt onder alle omstandigheden (normale en hoge werkdruk, tegenslag) hoe zij duidelijke grenzen heeft gesteld ten aanzien van de mogelijkheden die ze tot haar beschikking had hoe zij professioneel is omgegaan met cliënten

  

  

  

V Met druk en tegenslag omgaan

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

Bewijsstuk C. Reflectieverslag

Werkproces 1.4 Behandelt de zelfzorgvraag Competenties

De student beschrijft:

G V O

M Analyseren

hoe zij tot de juiste conclusie voor het geven van een zelfzorgmiddel, verband- en medische hulpmiddel is gekomen hoe zij tot de juiste conclusie voor het doorverwijzen naar een arts is gekomen hoe zij tot de juiste conclusie voor het geven van niet-medicamenteus advies is gekomen

  

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

23

Fase 2

Apothekersassistent

Bewijsstuk C. Reflectieverslag

Werkproces 1.5 Geeft voorlichting en advies Competenties

De student beschrijft:

G V O

R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten

hoe ze naar de wensen en behoeften heeft gevraagd

  

hoe ze de informatie heeft afgestemd op de vermogens van de cliënt hoe ze de informatie heeft afgestemd op de verwachtingen van de cliënt hoe ze de cliënt heeft gevraagd of de informatie duidelijk is

  

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

24

Zorg & Welzijn serie 2014

Afspraken met betrekking tot acties die de student gaat ondernemen om zichzelf verder te ontwikkelen (POP/PAP)

Beoordeling beroepsprestatie 2.2 Geven van voorlichting en advies over zelfzorg, verband- en medische hulpmiddelen (s.v.p. aankruisen wat van toepassing is)  G oed aangetoond

 V oldoende aangetoond  O nvoldoende aangetoond

Naam begeleider: (s.v.p. voluit schrijven in blokletters)

Functie:

Instelling:  BPV

 Opleiding

Datum:

Handtekening:

Naam begeleider: (s.v.p. voluit schrijven in blokletters)

Functie:

Instelling:  BPV

 Opleiding

Datum:

Handtekening:

25

Fase 2

Apothekersassistent

Beroepsprestatie 2.3 Uitvoeren van eenvoudige bereidingen (2014-aa-bp2.3)

Werkprocessen met de competenties van deze beroepsprestatie

Nummer van het werkproces

Titel van het werkproces

Competenties die bij het werkproces horen K Vakdeskundigheid toepassen

2.1 Bereidt geneesmiddelen uit grondstoffen

L Materialen en middelen inzetten

Q Plannen en organiseren

S Kwaliteit leveren

T Instructies en procedures opvolgen

26

Zorg & Welzijn serie 2014

2.2 Past handelspreparaten aan

E Samenwerken en overleggen

L Materialen en middelen inzetten

S Kwaliteit leveren

T Instructies en procedures opvolgen

1

Oriënteren

Typering van deze beroepsprestatie De meeste geneesmiddelen zijn kant-en-klaar te bestellen bij een groothandel of bij een bereidingsapotheek die op grote schaal magistrale producten bereidt. Als een geneesmiddel, de gewenste dosering of toedieningsvorm niet verkrijgbaar is, zal het in enkele gevallen zelf op kleine schaal door de apothekersassistent worden bereid. Zij bereidt dan het geneesmiddelen uit grondstoffen of ze past een handelspreparaat aan* aan de behoefte van de cliënt. De bereidingen geschieden, na overleg met de apotheker, in de eigen apotheek of in een regionale bereidingsapotheek. Naast individuele bereidingen komen er in de apotheek soms ook voorraadbereidingen voor. De apothekersassistent bereidt volgens een protocol en veelal met behulp van een computerweegprogramma. Bij individuele bereidingen controleert de apothekersassistent de voorgeschreven dosering voordat ze gaat bereiden. Naast rekenvaardigheden heeft ze, voor het veilig en efficiënt bereiden van een kwalitatief goed product, kennis nodig van de samenstelling en eigenschappen van grondstoffen, de geldende procedures en kwaliteitsnormen. Linda krijgt vandaag de opdracht om een voorraaddrank te bereiden in de bereidingsapotheek. Daarvoor ontvangt ze van Anika, haar BPV-begeleider, een geautoriseerd protocol. Anika zegt dat ze voor deze bereiding geen extra veiligheidsmaatregelen hoeft te treffen. Een schort en handschoenen aan en een mondkapje voor, zijn voldoende. Linda zet het computerweegprogramma aan en gaat aan de slag. Nadat ze de drank bereid heeft, plakt ze het voorraadetiket op de fles en ruimt haar werkplek netjes op. “Dat heb je snel gemaakt, Linda! Wil je ook de capsules voor meneer De Zwart maken?” Op het recept leest ze over de capsules die speciaal voor hem moeten worden bereid. “Hülya, wil jij de Hydrocortison crème verdunnen met deze basiscrème? Voor dit kindje is de standaardcrème veel te sterk!” Ze leest op het recept dat ze 30 g Hydrocortison crème 0,5% moet bereiden, terwijl de stan- daardcrème 1% is. Ze berekent hoeveel ze van iedere crème nodig heeft. Geen probleem voor Hülya, want zo'n berekening heeft ze vaker uitgevoerd.

27

Fase 2

Apothekersassistent

2

Plannen

Overleg met je begeleider over je POP en de voorwaarden voor het uitvoeren van de opdrachten in de beroepsprestatie. Bekijk de resultaten en de voortgangsbeoordelingslijst. Maak vervolgens je PAP. Leg een inleverdatum voor de resultaten vast.

Stap 1 en 2 van de Wegwijzer zijn aangetoond.

De moeilijkheidsgraad

De mate van complexiteit van de beroepssituatie

De mate van zelfsturing

De mate van verantwoordelijkheid voor

{ { gesloten context

{ { geleid

3 3 uitvoeren van het eigen takenpakket

3 3 open context

3 3 begeleid

{ { jouw samenwerking met collega’s

{ { complexe context

{ { zelfstandig*

{ { de hele zorg- en begeleidingscyclus

{ { aansturen van collega’s op hetzelfde of lager niveau

* zelfstandig is niet van toepassing omdat de beroepsprestatie ontwikkelgericht is

Het gewenste resultaat van deze beroepsprestatie

Er is een volgens juiste protocol, veilig en efficiënt, bereid geneesmiddel. De bereiding betreft een uit grondstoffen bereid geneesmiddel en betreft een aangepast handelspreparaat. Het handelspreparaat is zodanig aangepast dat de zorgvrager het zonder verdere bewerking kan innemen, zichzelf kan toedienen of toegediend kan krijgen. De handelspreparaten zijn op een juiste, veilige en efficiënte wijze binnen de geplande tijd aangepast naar tevredenheid van de apotheker. De werkruimte is opgeruimd en de apparatuur is schoon, zodat nieuwe bereidingen uitgevoerd kunnen worden.

28

Zorg & Welzijn serie 2014

3

Uitvoeren

De competenties uit deze beroepsprestatie worden beoordeeld met behulp van de voortgangsbeoordelingslijst. De beoordelingsvormen zijn: gedragsbeoordeling en/of specifieke bewijsstukken. Maak hierover afspraken met je begeleider(s).

Opdrachten

A. Praktijkuitvoering Voer van verschillende toedieningsvormen een eenvoudige bereiding uit volgens de geldende procedures en m.b.v. een protocol. Het betreft: -- een voorraadbereiding -- een individuele bereiding uit grondstoffen -- een individuele bereiding door het aanpassen van een handelspreparaat*. Bij deze opdracht komen de onderstaande handelingen aan bod: -- controleren van dosering van individuele bereiding -- kiezen van protocollen en utensiliën -- plannen van de bereiding(en) -- pakken van de grondstoffen of handelspreparaten, daarbij rekening houdend met de eventueel daarbij behorende veiligheidsmaatregelen en vervaldata -- basisbereidingsvaardigheden -- hanteren van protocollen

-- hanteren van een computerweegprogramma (indien aanwezig) -- hanteren van bereidingsapparatuur bv. Topitec (indien aanwezig) -- verpakken van het eindproduct -- kwaliteitscontrole van het eindproduct -- etiketteren en indien nodig voorzien van toedieningshulpmiddelen -- schoonmaken van utensiliën en werkplek -- opruimen van je werkplek.

Gedragsbeoordeling: WP 2.1 K, L, Q, S, T en WP 2.2 E, L, S, T

B. Theoretische onderbouwing van praktijkvoorbeelden Werk de praktijkvoorbeelden uit van bereidingen die jij hebt uitgevoerd bij opdracht A. Hierin onderbouw je: -- de achterliggende argumenten van de beschreven bereidingswijze of de door jou gekozen handelingen -- het belang van iedere uitgevoerde in-proces-controle -- het nut van iedere gebruikte utensiliën in relatie tot kwaliteit

-- de functie en eigenschappen van iedere grondstof -- waarop jouw conclusie op de kwaliteitscontrole berust -- de achterliggende argument(en) van iedere uitgevoerde berekening.

Theoretische onderbouwing: WP 2.1 K, L en WP 2.2 S

29

Fase 2

Apothekersassistent

C. Reflectieverslag Schrijf een reflectieverslag over deze beroepsprestatie volgens de STARRT-methode.

Reflectieverslag: WP 2.1 Q, T en WP 2.2 E

Bewijsstukken

Lever de volgende bewijsstukken aan: • Volledig ingevulde voortgangsbeoordelingslijst • Theoretische onderbouwing van praktijkvoorbeelden • Reflectieverslag

* Met ‘Past handelspreparaten aan’ (werkproces 2.2) wordt niet VTGM bedoeld, maar die bereidingen van geneesmiddelen waar: -- een standaarddosis niet voldoende is en/of niet voldoet -- de handelsvorm slecht aansluit op de praktijk, waardoor de kans op fouten onnodig hoog is -- de vorm onvoldoende patiëntvriendelijk is.

30

Zorg & Welzijn serie 2014

4/5 Controleren/Evalueren

Deze stappen zijn onderdeel van de voortgangsbeoordelingslijst.

Voortgangsbeoordelingslijst

Beroepsprestatie 2.3 Uitvoeren van eenvoudige bereidingen (2014-aa-bp2.3) Opleiding Apothekersassistent niveau 4

Naam student:

Cohort:

G : Goed V : Voldoende O : Onvoldoende

Beoordelingscriteria

Bewijsstuk A. Gedragsbeoordeling

Werkproces 2.1 Bereidt geneesmiddelen uit grondstoffen Competenties De student:

G V O

K Vakdeskundigheid toepassen

maakt gebruik van kennis over grondstoffen

  

past gangbare rekenvaardigheden correct toe

  

L Materialen en middelen inzetten kiest het juiste bereidingsprotocol

  

weegt/meet de juiste grondstoffen

  

kiest de juiste materialen en middelen

  

gaat zorgvuldig met materialen en middelen om

  

zorgt ervoor dat materialen schoongemaakt worden

  

ruimt de werkruimte netjes op

  

Q Plannen en organiseren

stemt de activiteiten goed op elkaar af

  

bereidt het geneesmiddel binnen de geplande tijd

  

S Kwaliteit leveren

vergelijkt d.m.v. de juiste nacontrole de kwaliteit van het eindproduct met de FNA-, LNA- en/of Apotheekkwaliteitseisen verbindt a.d.h.v. de kwaliteitscontrole de juiste conclusie aan afleverbaarheid van het eindproduct

  

  

31

Fase 2

Apothekersassistent

T Instructies en procedures opvolgen weegt/meet nauwkeurig de juiste hoeveelheid grondstof af

  

vult op tijd en naar waarheid de juiste gegevens op het bereidingsprotocol in werkt volgens beschreven bereidingswijze van het samenstellings- en bereidingsvoorschrift (-protocol) treft maatregelen voor de juiste persoonlijke bescherming m.b.t. hygiëne, veiligheid, Arbo en ergonomie de achterliggende argument(en) van iedere uitgevoerde berekening hoe ze het geneesmiddel binnen de geplande tijd heeft bereid volgt de geldende procedures op

  

  

  

  

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

32

Zorg & Welzijn serie 2014

Bewijsstuk A. Gedragsbeoordeling

Werkproces 2.2 Past handelspreparaten aan Competenties De student:

G V O

E Samenwerken en overleggen

overlegt met de apotheker over de bereidingswijze

  

overlegt tijdig bij twijfel en/of onduidelijkheid met de apotheker

  

L Materialen en middelen inzetten kiest het juiste bereidingsprotocol

  

weegt/meet de juiste grondstof(fen) en handelspreparaat kiest de juiste materialen en middelen

  

  

gaat zorgvuldig met materialen en middelen om

  

zorgt ervoor dat materialen schoongemaakt worden

  

ruimt de werkruimte netjes op

  

S Kwaliteit leveren

past de juiste methodiek toe

  

werkt ordelijk en systematisch

  

vergelijkt d.m.v. de juiste nacontrole de kwaliteit van het eindproduct met de FNA-, LNA- en/of Apotheekkwaliteitseisen verbindt a.d.h.v. de kwaliteitscontrole de juiste conclusie aan afleverbaarheid van het eindproduct

  

  

T Instructies en procedures opvolgen werkt volgens de aanwijzingen en instructies van de apotheker

  

weegt/meet nauwkeurig de juiste hoeveelheid grondstof en handelspreparaat af vult op tijd en naar waarheid de juiste gegevens op het bereidingsprotocol in werkt volgens beschreven bereidingswijze van het samenstellings- en bereidingsvoorschrift (-protocol) volgt de geldende procedures en wetgeving op treft maatregelen voor de juiste persoonlijke bescherming m.b.t. hygiëne, veiligheid, Arbo en ergonomie

  

  

  

  

  

past gangbare rekenvaardigheden correct toe

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

33

Fase 2

Apothekersassistent

Bewijsstuk B. Theoretische onderbouwing van praktijkvoorbeelden

Werkproces 2.1 Bereidt geneesmiddelen uit grondstoffen Competenties De student beschrijft:

G V O

K Vakdeskundigheid toepassen

de functie en eigenschappen van iedere gebruikte grondstof de achterliggende argument(en) van iedere uitgevoerde berekening

  

  

L Materialen en middelen inzetten het nut van iedere gebruikte utensiliën in relatie tot kwaliteit

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

Bewijsstuk B. Theoretische onderbouwing van praktijkvoorbeelden

Werkproces 2.2 Past handelspreparaten aan Competenties

De student beschrijft:

G V O

S Kwaliteit leveren

de achterliggende argumenten van de beschreven bereidingswijze of de door haar gekozen handelingen het belang van iedere uitgevoerde in-proces-controle waarop haar conclusie op de kwaliteitscontrole berust

  

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

34

Zorg & Welzijn serie 2014

Bewijsstuk C. Reflectieverslag

Werkproces 2.1 Bereidt geneesmiddelen uit grondstoffen Competenties De student beschrijft:

G V O

Q Plannen en organiseren

hoe ze de activiteiten op elkaar heeft afgestemd

  

hoe ze het geneesmiddel binnen de geplande tijd heeft bereid

  

T Instructies en procedures opvolgen hoe ze nauwkeurig de juiste hoeveelheid grondstof heeft afgewogen/afgemeten

  

hoe ze op tijd en naar waarheid de juiste gegevens op het bereidingsprotocol heeft ingevuld hoe ze volgens beschreven bereidingswijze van het samenstellings- en bereidingsvoorschrift (-protocol) heeft gewerkt hoe ze de geldende procedures heeft opgevolgd hoe ze maatregelen heeft getroffen voor de juiste persoonlijke bescherming m.b.t. hygiëne, veiligheid, Arbo en ergonomie

  

  

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

Bewijsstuk C. Reflectieverslag

Werkproces 2.2 Past handelspreparaten aan Competenties

De student beschrijft:

G V O

E Samenwerken en overleggen

hoe ze heeft overlegd met de apotheker over de bereidingswijze hoe ze tijdig bij twijfel en/of onduidelijkheid met de apotheker heeft overlegd

  

  

Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

35

Fase 2

Apothekersassistent

Afspraken met betrekking tot acties die de student gaat ondernemen om zichzelf verder te ontwikkelen (POP/PAP)

Beoordeling beroepsprestatie 2.3 Uitvoeren van eenvoudige bereidingen (s.v.p. aankruisen wat van toepassing is)  G oed aangetoond

 V oldoende aangetoond  O nvoldoende aangetoond

Naam begeleider: (s.v.p. voluit schrijven in blokletters)

Functie:

Instelling:  BPV

 Opleiding

Datum:

Handtekening:

Naam begeleider: (s.v.p. voluit schrijven in blokletters)

Functie:

Instelling:  BPV

 Opleiding

Datum:

Handtekening:

36

Zorg & Welzijn serie 2014

37

Fase 2

Apothekersassistent

Beroepsprestatie 2.4 Verbeteren van eigen vakdeskundigheid (2014-aa-bp2.4)

Werkprocessen met de competenties van deze beroepsprestatie

Nummer van het werkproces

Titel van het werkproces

Competenties die bij het werkproces horen K Vakdeskundigheid toepassen

3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 Werkt aan het bevorderen van kwaliteitszorg

T Instructies en procedures opvolgen

38

Zorg & Welzijn serie 2014

1

Oriënteren

Typering van deze beroepsprestatie Ontwikkelingen op bijvoorbeeld het gebied van behandelmethoden en de daarbij horende medicaties, de maatschappelijke ontwikkelingen en wijzigingen van wettelijke richtlijnen en cao, zorgen ervoor dat de uitvoering van het beroep Apothekersassistent continu onderhevig is aan veranderingen. Ook kwaliteitsverbeteringen naar aanleiding van bijvoorbeeld de periodieke certificering van de apotheek vinden plaats. Voor de apothekersassistent is het belangrijk dat ze daarom goed op de hoogte is en blijft van alle ontwikkelingen. Mogelijkheden om op de hoogte te blijven zijn divers. Dit kan onder andere door het lezen van vakliteratuur, het volgen van e-learning, het bijwonen van workshops en symposia. Ook neemt de assistent deel aan inhoudelijke discussies en/of verzorgt ze presentaties tijdens werkbesprekingen. Ze brengt standpunten in binnen kwaliteitsverbetertrajecten. Op deze wijze draagt de apothekersassistent bij aan de professionalisering van het beroep en bevordert ze de kwaliteitszorg. Om zichzelf en elkaar alert te houden vraagt, krijgt en geeft ze feedback. Kortom: bij het bieden van farmaceutische patiëntenzorg, het blijvend doorontwikkelen van eigen deskundigheid en de kwaliteitszorg van de apotheek wordt van de apothekersassistent een kritische en bewuste beroepshouding gevraagd. Alleen dan kan zij omgaan met mondige cliënten, de toenemende complexiteit van de zorgvragen en oplopende werkdruk in de apotheek. Paul heeft in een blad een reclame gezien voor een nieuw middel tegen allergie. Hij heeft heel veel last van lopende ogen sinds ze thuis een puppy hebben. Volgens de advertentie is het middel altijd werkzaam en gemaakt van natuurlijke producten waardoor dit veilig is te gebruiken. Omdat zijn zus Eva de opleiding tot apothekersassistent volgt, vraagt hij haar om advies. Eva heeft nog nooit van het middel gehoord en gaat het opzoeken op de KNMP-kennisbank. Tot haar verbazing kan zij het middel niet vinden. Milouda werkt in apotheek De Heuvel. In de pauze leest zij in het vakblaadje een artikel over de behandeling van acne. Er staan andere adviezen in dan er in de apotheek door haar en haar collega’s worden gegeven. Milouda kopieert het artikel, zoekt het een en ander uit en besluit het mee te nemen naar het volgende werkoverleg. Tijdens het werkoverleg brengt zij het artikel in als agendapunt en er ontstaat een discussie. De apotheker luistert mee en geeft hier en daar gerichte feedback, zodat iedereen hetzelfde advies bij acne aan de balie zal verstrekken.

39

Fase 2

Apothekersassistent

Made with