14ZW4AAFB1

1

Oriënteren

Typering van deze beroepsprestatie Aan de balie in de apotheek komen regelmatig cliënten voor advies. Ze willen een geschikt geneesmiddel tegen een bepaalde klacht, zoals bijvoorbeeld tegen hoofdpijn, hoest of hooikoorts. De apothekersassistente houdt bij haar advies rekening met het eventueel gebruik van andere medicijnen en de mogelijke risico’s. Ze stelt daarom aan de cliënt de WHAM-vragen en luistert aandachtig om tot een passend deskundig advies te komen. Naast goede gespreksvaardigheden is het belangrijk dat ze deskundig overkomt en vertrouwen wekt bij de cliënt. Als Irene aan de balie staat, komt een man de apotheek binnen met aan zijn hand een jongetje. “We gaan gezellig met z'n allen naar de Efteling om Thijs zijn vijfde verjaardag te vieren,” vertelt hij. “Mijn zoon heeft nogal last van wagenziekte. Heeft u daar iets tegen?” Dit onderwerp is net op school behandeld, dus Irene weet precies wat ze moet doen. Ze stelt de WHAM-vragen en komt op die manier erachter dat het niet gaat om Thijs maar om Tim van 8 jaar, die thuis op zijn vader wacht. De ouders hebben van alles al geprobeerd en niets hielp. Irene adviseert Cyclizine tabletten een uur voor vertrek in te nemen, geeft de folder 'Reisziekte' mee en geeft nog wat handige tips. “Veel plezier!” zegt ze bij het afscheid.

43

Fase 1

Apothekersassistent