00616150020

STAP 4 UITVOEREN

ACTIVITEITEN

8.1

1 Van wie krijg je opdracht om de banden te repareren of te vervangen? 2 Wat heb je overlegd over de opdracht? 3 Wist je al wat je moest doen? Heb je vragen gesteld om dat aan de weet te komen? 4 Hoe ga je beginnen? 5 Kon je meteen aan de werkvoorbereiding beginnen? Welke gegevens heb je daarvoor nodig? Ga met je basisgroep bij elkaar zitten. Bespreek samen de volgende vragen. Schrijf de vragen op waar je samen geen antwoord op weet. Bespreek ze met je begeleider. 1 Je begint niet direct met het demonteren van het wiel en het repareren van een band. Waar controleer je eerst op? 2 Wat moet je al weten om het wiel goed te demonteren en te repareren? 3 Wat moet je al weten om de band goed te demonteren en te repareren? 4 In welke volgorde demonteer je de band? Welk gereedschap of welke apparatuur gebruik je daarbij? 5 Welke gereedschappen gebruik je bij het repareren van de band? 6 Welke veiligheidsmaatregelen neem je tijdens het repareren? 7 Waar haal je de materialen voor de reparatie? 8 Waarop let je tijdens de reparatiewerkzaamheden? 9 Welke gereedschappen gebruik je bij het monteren van de band en het wiel? 10 Heb je ook hulpgereedschappen nodig? Welke zijn dat? 11 Bij het vernieuwen van een band vervang je ook altijd het hele ventiel. Waarom moet dat? 12 Bij het monteren van nieuwe tubeless banden kan er soms lucht langs de velg en de band ontsnappen. Op welke manier kun je dit probleem oplossen? 13 Je pompt een nieuwe band op. Dan laat je het binnenventiel nog weg. Waarom doe je dat? 14 Een band pomp je eerst op tot een hoge druk. Daarna laat je hem weer leeglopen tot de juiste waarde. Waarom doe je dat?

8.2

25