Millieu_Compact#7

milieu

compact

ondernemers. Een belangrijk knelpunt blijkt te liggen in de verkokering van het beleid van de ministeries van EZ en IenM, die elk voor verschillende toepassingen van biomassa verantwoordelijk zijn. Zo is EZ verantwoordelijk voor de biobased economy plus elektriciteit en warmte, en IenM voor transportbrandstoffen plus duurzaamheids- en klimaatbeleid. Dat leidt er toe dat de biobased economy onvoldoende speelruimte krijgt als gevolg van de prioriteit voor biobrandstoffen. Een voorbeeld: als methaan uit maïs wordt gebruikt als biogas, staat daar subsidie op. Maar wordt het gebruikt voor de productie van polymeren, een hoogwaardiger toepassing, dan is dat niet het geval. Daarom is er grote behoefte aan een samenhangende en gedeelde visie tussen de verschillende toepassingen van biomassa. De productie van hoogwaardige chemicaliën en materialen zal dan prioriteit moeten krijgen, ondersteund door de subsidies voor de productie vanbiobrandstoffen. Lang niet alle regionale biobased projecten van agrarische ondernemers lopen soepel. Een belemmerende factor die uit dit onderzoek naar voren komt ligt in de gebrekkige samenwerking tussen de agrarische bedrijven en de verwerkende industrie, met als risico dat er geen rendabele afzet isvoor degeproduceerdegrondstoffen.Het Platform raadt agrarische ondernemers aan meer aandacht te besteden aan het opbouwen van netwerken met de verwerkende industrie en aan contacten om aanbodenvraagbij elkaar tebrengen.Beidepartijen zullen beter elkaars taal moeten leren spreken. De tussenhandel moet de boeren ‘ontzorgen’ door de reststoffen op de bedrijven op te halen, en over de levering van deze grondstoffen zullen bij voorkeur contracten met een lange looptijd moeten worden gesloten. de vergunningverlening door de lokale en provinciale overheden.Agrarischeondernemers leggendaarbij meestal eenzijdig nadruk op de inhoudelijke kant van hun voorstellen, zonder voldoende aandacht voor de verdere verwerkingsmogelijkheden van hun producten. Het Platform raadt hen aan een verdienmodel toe te voegen waarin dit goed is uitgewerkt. Ook blijkt het voor agrariërs vaak moeilijk een vergunning te krijgen voor industriële verwerking van de agrarische producten bij de boerderij. Provincies en gemeenten zullen beter duidelijk moeten maken welke activiteiten Een verdere belemmering ligt in

op de boerderij zelf plaats kunnen vinden en welke thuis horen op een agro-industriepark. Persbericht CLM, 28-03-2014 Overheden kunnenhandelingsperspectief van energiecoöperaties vergroten De Rijksoverheid en gemeenten kunnen het handelingsperspectief van energiecoöperaties vergroten: de Rijksoverheid door meer zekerheid te bieden over de fiscale stimulering van zonnecentrales en deze zo nodig te verruimen, de gemeenten door in het aanbestedingsbeleidmeer ruimte te creëren. Dit blijkt uit onderzoek van PBL enAsisearch. Met het huidige overheidsbeleid zijn grotere projecten, zoals zonnecentrales, windmolens en grootschalige energiebesparingsprojecten in de particuliere woningvoorraad moeilijk uitvoerbaar voor energiecoöperaties. Hun activiteiten beperken zich in veel gevallen tot collectieve inkoopacties voor zonnepanelen, kleinschalige en kortlopende energiebesparingsacties, het doorverkopen van hernieuwbare energie en het beheren van een informatieloket.Hunbijdrageaande landelijkedoelen voor hernieuwbare energie en energiebesparing voor 2020 lijkendaarmee vooralsnogbeperkt te zijn. In de praktijk blijkt dat met name grotere projecten in de particuliere woningvoorraad moeilijk uitvoerbaar zijn voor energiecoöperaties. Daarvoor zijn verschillende redenen. Zo is het bij zonnecentrales onzeker of deze voldoende rendabel zullen zijn: het financieren en beheren vanzonne-installatiesopbijvoorbeeldscholenwas tot voor kort een financieel aantrekkelijkeactiviteit. Vanwege een nieuwe bepaling dat de elektriciteit alleen is vrijgesteld van energiebelasting als deze is opgewekt ‘voor rekening en risico’ van de verbruiker, is het echter onzeker of dat zo blijft. Daardoor worden plannen momenteel uitgesteld. Windmolenprojecten zijn weliswaar rendabel, maar qua uitvoering dermate complex dat deze voor de meeste nieuwe energiecoöperaties alleen haalbaar zijn als zij samenwerken met een professionele ontwikkelaar. Verder zijn grootschaligere energiebesparings- acties in de particuliere woningvoorraad moeilijk vol te houden voor een enkel uit vrijwilligers bestaande coöperatie. Als gemeenten willen dat energiecoöperaties op dit gebied een grotere rol

5

Made with