Van romantiek tot postmodernisme - G.J. van Bork en N. Laam (redactie)

1 De studie van literatuuropvattingen

Inleiding

Niet alleen de literatuur heeft een geschiedenis, maar ook de bestudering ervan. Die laatste is veel jonger: hoewel Vlaanderen sinds 1425 (Leuven) enNederland sinds 1575 (Leiden) over een universiteit beschikte, werd daar eeuwenlang geen aandacht besteed aan de Nederlandse taal en literatuur. In het curriculum stonden alleen de klassieke en de oosterse talen, waarbij men in het laatste geval in het bijzonder aan het Hebreeuws moet denken, dat belangrijk was voor de Bijbelstudie. Ook in andere Europese landen duurde het lang voordat de eigen taal en literatuur deel uitmaakten van het academische programma. De eerste hoogleraren in de moderne talen werden benoemd in de tweede helft van de achttiende eeuw. In ons taalgebied was dat Matthijs Siegenbeek, die in 1797 in Leiden werd aangesteld in de ‘vaderland sche letterkunde en welsprekendheid’, zodat we kunnen zeggen dat de neerlandis tiek – een woord dat overigens pas later ontstond – nu iets meer dan twee eeuwen oud is (Vries 1997; Brems et al. 1998). Vanaf het begin hechtten neerlandici, net als hun collega’s in de andere moderne talen, veel belang aan literatuurgeschiedenis. Er zijn zelfs periodes geweest waarin het letterkundig onderwijs en onderzoek daar bijna geheel mee samenviel. Uit die tijd, de tweede helft van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw, da teren overzichten als die van Jonckbloet, Kalff en Te Winkel; boeken in vele delen waarin gedetailleerd wordt beschreven hoe de Nederlandse literatuur zich vanaf de vroege middeleeuwen zou hebben ontwikkeld. Na de Tweede Wereldoorlog nam de belangstelling voor geschiedschrijving af. Maar dat was niet voor lang: vanaf het midden van de jaren tachtig verschenen er weer verschillende overzichten en sinds enige tijd wordt door een groep van specialisten gewerkt aan een omvangrijk, ze vendelig overzicht, dat moet gaan functioneren als een nieuw standaardwerk. Er zijn in de loop van de tijd allerlei ideeën naar voren gebracht over de opzet van een literatuurgeschiedenis. Ze werden bijna allemaal geïmporteerd uit het bui tenland. Terwijl sommige methodes of benaderingswijzen weer snel werden afge dankt, bleven andere lange tijd bestaan, maar het is tot nu toe geen enkele methode gelukt om – zelfs maar voor een korte periode – door iedereen geaccepteerd te wor den (Laan 1997). In dit boek ligt het accent op de rol van literatuuropvattingen. Die aanpak is en kele decennia oud en heeft snel opgang gemaakt, zowel binnen de neerlandistiek als daarbuiten. In dit hoofdstuk willen we uiteenzetten wat de studie van litera tuuropvattingen behelst, dat wil zeggen wat de belangrijkste begrippen en ideeën zijn en wie ze heeft ontwikkeld. Daarbij zal ruime aandacht worden besteed aan de probleemsituatie waaruit die studie ontstond en aan de verscheidenheid aan inte resses die ermee zijn verbonden. De vorm is die van een historisch exposé. Op die manier kan men de gang van het onderzoek stap voor stap volgen en is men op de hoogte van de recentste inzichten als vervolgens het literatuurhistorisch overzicht begint.

12

Made with FlippingBook - Online catalogs