CZW3OA0004

B. Voorbereiden, plannen en uitvoeren van het handelingsplan Overleg met de leerkracht welke leerlingen leerproblemen hebben. Observeer deze leerlingen. Raadpleeg ook de cijfermap en de zorgmap van school over deze leerlingen. Bespreek je bevindingen met je praktijkbegeleider en spreek af welke leerlingen je gaat begeleiden en op welk gebied dat zal zijn (denk hierbij aan: lezen, taal, rekenen, wereldoriëntatie, geschiedenis etc.). Nadat je het vakgebied en een groepje leerlingen voor de begeleiding gekozen hebt, maak je in samenwerking met de leerkracht of RT’er, IB’er of ZoCo een handelingsplan. Je kunt ook gebruik maken van een bestaande handelingsplan van de school die je actualiseert. Doe dit in goed overleg en zorg dat, indien je werkt vanuit een bestaand handelingsplan, jouw bijdrage evenredig is aan een nieuw op te zetten handelingsplan. Maak duidelijke afspraken wie, wat, waar, wanneer en met welke hulpmiddelen doet. Baken jouw taken goed af. Je zorgt dat je goed op de hoogte bent van de didactiek en methode over het gebied waar jij de leerlingen op gaat begeleiden. • Je stelt de beginsituatie vast. (Wat zijn de problemen, hoever is iedere leerling van het groepje met de leerstof en wat zijn de scores, hoe leert iedere leerling: tempo, leerstijl?) • Je stelt een begeleidingsdoel. (Wat wil je bereiken in de vier begeleidingssessies?) • Je kiest een begeleidingsvorm. (Hoe ga je met het groepje leerlingen aan de slag?) • Je kiest een begeleidingsmiddelen en materialen. (Met welk materiaal ga je werken en in welke ruimte?) • Je bespreekt van tevoren het handelingsplan met de leerkracht en je praktijkbegeleider. Je kunt het plan ook bespreken met de RT’er, IB’er of ZoCo van de school. Het ligt eraan hoe de procedures in je BPV zijn. • Je bespreekt met de leerlingen die je gaat begeleiden wat je van plan bent en je vraagt wat ze daar van vinden. Eventueel stel je op basis van deze bespreking het handelingsplan bij. Dit doe je na overleg de leerkracht en je praktijkbegeleider. Je voert je op- of bijgestelde handelingsplan uit. Hou een logboek bij van ervaringen van de leerlingen en van jezelf. Reflecteer regelmatig op je begeleidingsvorm en -stijl of deze nog goed aansluiten op het doel. Hou een tussentijdse bespreking met de leerkracht en je praktijkbegeleider en met het groepje leerlingen dat je begeleidt. C. Evaluatie van de uitvoering van het handelingsplan Na de vier begeleidingsessies evalueer je jouw begeleiding van het groepje leerlingen, de leerkracht en je praktijkbegeleider (RT’er, IB’er of ZoCo). Hoe is het gegaan, wat zijn de resultaten en wat zijn tips en tops voor jouw begeleidingsstijl en methode?

Als je kiest voor een vervangende of aanvullende opdracht, let er dan op dat deze voldoet aan de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

9

DIDACTISCHE BEGELEIDING VAN (KLEINE) GROEPEN

Made with