Aletta G. Dorst, Bert Weltens en Mike Hannay - Van tekst naar text

Before we start: wat is vertalen eigenlijk?

moet weten hoe je een monolinguaal vreemdetaalwoordenboek (in dit geval: een Engels-Engels woordenboek) gebruikt om de informatie die je uit het bi linguale woordenboek haalt te controleren en verder te specificeren. En bij het raadplegen van internetbronnen moet je optimaal van de bron gebruik weten te maken door goed te kijken naar bijvoorbeeld collocaties (veelvoor komende combinaties van woorden) maar ook door te letten op de gevaren van frequentiegegevens en websites van niet-Engelstalige landen; je moet we ten wanneer je meer verfijnd internetonderzoek moet doen. Maar er speelt hier veel meer, en in hoofdstuk 4 gaan we verder in op het gebruik van woor denboeken, het internet en andere bronnen. De laatste fase is het voltooien van een tekst die aan de ene kant in ver schillende opzichten een bepaalde ‘equivalentie’ vertoont met de brontekst, uiteraard afhankelijk van de aard van de opdracht, maar aan de andere kant ook als een natuurlijke tekst leest in de doeltaal. Je mag ervan uitgaan dat een succesvolle vertaling in de regel een mooie combinatie is van betekenisover dracht en natuurlijkheid. In deze laatste fase van het vertalen ben je schrijver en redacteur geworden – je bent bezig de grammatica en interpunctie van je eigen Engelse tekst te controleren, maar je zult ook de laatste beslissingen nemen om ervoor te zorgen dat je eindproduct een stilistisch consistente en vloeiende idiomatische tekst is. Overigens is equivalentie een kernbegrip in de theoretische vertaalliteratuur waarvan de waarde zeer omstreden is. Voor een korte uiteenzetting en verdere verwijzingen naar relevante literatuur, zie Munday (2009b: 185). Wat heb je dan eigenlijk nodig om vertaalvaardig te zijn? Het gaat in dit verband niet om de algemene taalvaardigheden die vanzelfsprekend een cru ciale rol spelen bij het produceren van een correcte doeltekst, maar om de vertaalvaardigheden zelf. Deze vertaalvaardigheden hebben te maken met de slag die nodig is om een natuurlijke doeltekst te produceren zonder in terferentie, dat wil zeggen: zonder zichtbare invloed van de Nederlandse brontekst. Die interferentie kan lexicaal zijn, of bestaan op het niveau van de zinsstructuur, of bijvoorbeeld ook te maken hebben met cultuurspecifieke aspecten. Het is in ieder geval belangrijk om bij het vertalen los te komen van de brontekst, maar wel recht te doen aan de betekenis van die tekst. Leren vertalen gaat eigenlijk voor een aanzienlijk deel over het leren van een reeks strategieën. Aan de ene kant gaat het om het oplossen van proble men met betrekking tot de inhoud en stijl van de brontekst, aan de andere kant om aanpassingen met betrekking tot de zinsstructuur. In de praktische en theoretische literatuur over vertalen worden veel inhoud- en stijlgerela teerde vertaalstrategieën genoemd die je kunt inzetten om allerlei soorten problemen op te lossen. Zo kun je overwegen informatie toe te voegen als je weet dat de beoogde lezer van de doeltekst niet beschikt over bepaalde ken nis. Maar je kunt ook informatie weglaten, bijvoorbeeld als details worden gegeven die niet relevant zijn voor je doelgroep, of wanneer je van mening

17

Made with FlippingBook Digital Proposal Maker