CZW20120031

onvoldoende

Prestatie-indicatoren

voldoende goed

Competenties

Ontwikkelingsgericht

- componenten

r

L Materialen en

Dit betekent dat: • je de juiste materialen en middelen kiest voor de activiteiten die je ten aanzien van het wonen organiseert • je zorgvuldig en netjes omgaat met de materialen en middelen in de woonvorm • je ervoor zorgt dat de materialen en middelen onderhouden zijn zodat: • je de doelstellingen van de dagbesteding binnen de woonvorm realiseert • de activiteit veilig en efficiënt kan verlopen. t Dit betekent dat: • je ruim van tevoren de activiteiten plant en regelt • je de benodigde tijd inschat voor de activiteiten • je een stapsgewijs plan opstelt voor de uitvoering van de activiteit zodat: • je de activiteiten daadwerkelijk uitvoert • gecheckt kan worden of de uitvoering en voortgang van de activiteit nog volgens schema verlopen. p Dit betekent dat: • jij je handelen snel en flexibel aanpast bij agressie, lastige en/of crisissituaties • je in lastige en/of crisissituaties de interventies uitvoert zoals ze zijn afgesproken in het plan van aanpak of begeleidingsplan • je in lastige en/of crisissituaties de richtlijnen uitvoert van de organisatie en wet- en regelgeving

middelen inzetten

–– geschikte materialen en middelen kiezen –– materialen en middelen doelmatig gebruiken –– goed zorgdragen voor materialen

Q Plannen en organiseren

–– activiteiten plannen –– tijd indelen –– voortgang bewaken

U Omgaan met

verandering en aanpassen

–– aanpassen aan veranderde omstandigheden

zodat: • de cliënten leren van de situatie • gevaar voor betrokkenen en schade voorkomen wordt.

Werkproces 3.6 Evalueert de geboden ondersteuning

p Dit betekent dat: • je signaleert of de cliënt en andere betrokkenen tevreden zijn over de geboden zorg en begeleiding zodat: • de informatie over tevredenheid over de geboden zorg en begeleiding ingebracht kan worden bij de evaluatie. p Dit betekent dat: • je alle benodigde gegevens op een daarvoor bestemde plaats verwerkt • je hoofd- en bijzaken scheidt

D Aandacht en begrip tonen

–– luisteren

J Formuleren en rapporteren

–– vlot en bondig formuleren

zodat: • er een kernachtig evaluatieverslag is geschreven.

11

ONDERSTEUNEN IN DE LEEFOMGEVING

Made with