14ZW2HPFB1

1

Oriënteren

Typering van deze beroepsprestatie Als helpende creëer je tijdens je werk een sfeer waarin iedereen zich zo prettig mogelijk voelt. Je kunt niet altijd voorkomen dat je te maken krijgt met geëmotioneerde cliënten of met lastige situaties. Het is belangrijk dat je weet om te gaan met verdriet, boosheid of zelfs agressie van de cliënt, maar ook met je eigen emoties! Dagverzorging “Hoge bomen vangen veel wind,” lees je voor van het kaartje dat je in je hand hebt. Mevrouw De Lange zegt: “Ik weet het!” Mevrouw De Bree is verontwaardigd dat mevrouw De Lange voor haar beurt praat. Mevrouw De Lange vindt dat mevrouw De Bree dan maar sneller moet reageren. “Ik doe niet meer mee,” moppert mevrouw De Bree. “Nou, dan gaan we toch verder zonder jou!” zegt mevrouw De Lange. “Oh jee,” denk je, “hoe moet ik dit nu oplossen?” Je vindt het belangrijk dat mensen respectvol met elkaar omgaan. Peuterspeelzaal “Ik wil mee,” snikt Merel als haar moeder afscheid wil nemen. Haar moeder geeft Merel een dikke kus en zegt: “Ik zie je vanmiddag weer.” Merel huilt terwijl ze bij de deur staat waardoor haar moeder is verdwenen. “Oh, kom maar hier Merel,” en je geeft haar een knuffel. Je neemt Merel mee naar de kring met kinderen. Merel stopt al snel met huilen. Niet vergeten om straks in het schriftje van Merel te zetten dat ze niet lang bleef huilen, denk je. Kleinschalige woonvorm voor cliënten met een beperking “Wil je wandelen met Hans?” vraagt je begeleidster. “Ja, leuk!” reageer je enthousiast. Je vindt het fijn om met de bewoners te wandelen. Voordat je naar buiten gaat, help je Hans met het aantrekken van de jas, das en schoenen. Daarna duw je de rolstoel naar buiten. Hans is ook vandaag weer vrolijk. Je ziet het aan zijn gezicht. Onderweg vertel je Hans wat je ziet, je wijst dingen aan. Je begint te zingen ‘Alle eendjes zwemmen in het water’. Hans lacht en neuriet mee. “Ik word altijd blij van jou, je hebt altijd een goed humeur,” zeg je.

45

Fase 1

Helpende Zorg & Welzijn

Made with