Voorbeeldpagina's Elementair Boekhouden in Balans, 7e editie.

Module

Elementair Boekhouden

in Balans

Inventaris

Hoofdstuk 1 Inventaris en balans

Balans

Financiële feiten

Subadministratie debiteuren

Subadministratie voorraden

Dagboek

Subadministratie crediteuren

Journaal

Controle

Grootboek

Controle

Proefbalans

Saldibalans

Winst-en-verlies- rekening

Eindbalans

Hoofdstuk 1 Inventaris en balans

1.1 Inventaris 1.2 Balans

Opgaven

In dit hoofdstuk beginnen we met de boekhoudcyclus. De boekhoud- cyclus bestaat uit veel stappen. Dit kunnen we schematisch weer- geven (zie het schema op de vorige pagina). De volledige boekhoud- cyclus bespreken we in acht hoofdstukken.

In dit hoofdstuk bespreken we de inventaris en de balans. Deze stap- pen zijn in het schema donker gekleurd.

7

De boekhoudcyclus

Hoofdstuk 1 Inventaris en balans

1.1 Inventaris

De inventaris is een gedetailleerd overzicht van alle bezittingen en alle schulden van een onder- neming of organisatie. Als voorbeeld nemen we de supermarkt van Peter de Goede. Peter de Goede wil natuurlijk regelmatig weten wat zijn bezittingen en schulden zijn. Daarvoor maakt hij de inventaris op. Hij maakt dan een staat (een lijst) op van alle bezittingen en schulden van de supermarkt. De inventaris van Peter de Goede kan er als volgt uitzien.

Inventaris van Peter de Goede per 1 januari 2013

Bezittingen Gebouwen Bestelauto’s

140.000 30.000 15.000

Inventaris

Te vorderen van:

Zonneberg Huismans Hardeveld enzovoort

600 800 300

12.000

Goederen:

300 flessen limonade à € 3 200 pakken koffie à € 4 20 flessen wasmiddel à € 6

900 800 120

enzovoort

...

22.000

Bank

3.000 1.000

Kas

Totaal van de bezittingen

223.000

Schulden Te betalen aan:

Bouwheer

1.200

Honing

700

enzovoort

6.000 5.000 1.000

Lening

Te betalen belastingen Hypothecaire lening

80.000

Totaal van de schulden

92.000

Je ziet dat op deze inventaris ook het woord inventaris voorkomt. Daarmee bedoelen we kassa’s, stellages en dergelijke. Het begrip inventaris komt dus in twee betekenissen voor:

inventaris

• als overzicht van de bezittingen en de schulden van een onderneming; • als verzamelnaam voor een aantal bezittingen (activa) in de onderneming.

De inventaris zoals we van Peter de Goede hebben laten zien, is nogal onoverzichtelijk. Er komen erg veel aparte posten op voor. Een gemiddelde supermarkt heeft al snel zo’n 2.000 verschillende artikelen in voorraad. Als we al die artikelen apart op gaan nemen, wordt de inventaris vanwege de lengte onleesbaar.

8

Elementair Boekhouden in Balans

Hoofdstuk 2 Elementair Boekhouden in Balans

meren we weer doorlopend. Een onderneming kan zelf kiezen of hij één dagboek memoriaal wil gebruiken of een aantal dagboeken. Dat hangt er vaak van af of er veel financiële feiten van dezelf- de soort voorkomen. Voor een onderneming met bijvoorbeeld veel vrachtwagens is het logisch om een apart dagboek te maken voor het vastleggen van de afschrijvingen en verzekeringen

2.2 Het grootboek

We hebben gezien dat er financiële feiten voorkomen en hoe we deze ordenen in dagboeken. De volgende stap is het verwerken van deze financiële gegevens. We maken hiervoor gebruik van grootboekrekeningen. Het model van een grootboekrekening is afgeleid van de balans en kan er als volgt uitzien. Debet Credit Datum Omschrijving Bedrag Datum Omschrijving Bedrag

Bij het verwerken van financiële feiten op grootboekrekeningen maken we gebruik van boekings- regels. Die boekingsregels zijn afgeleid uit de opstelling van de balans. Je hebt in het vorige hoofdstuk gezien dat aan de debetkant van de balans de kapitaalgoederen (bezittingen, waaronder vorderingen) staan en aan de creditkant het vermogen (eigen vermogen en schulden). Hieruit volgen vanzelf twee boekingsregels: 1 Een rekening van bezit debiteren we voor het ontstaan of groter worden van de bezitting en crediteren we voor het kleiner worden of verdwijnen van de bezitting. 2 Een rekening van schuld crediteren we voor het ontstaan of groter worden van de schuld en debiteren we voor het kleiner worden of het tenietgaan van de schuld.

boekingsregels

rekening van bezit rekening van schuld

Een rekening van eigen vermogen behandelen we op dezelfde manier als een rekening van schuld.

We laten het bijwerken van de grootboekrekeningen met een voorbeeld zien.

Voorbeeld 2.1 10 januari: Gekocht op rekening goederen voor € 600. De goederen zijn ook ontvangen.

? ➥

Verwerk deze post op de grootboekrekeningen.

Dit financiële feit leidt ertoe dat de hoeveelheid goederen met € 600 toeneemt. Maar ook onze schuld aan crediteuren neemt toe met € 600.

De rekening Voorraad goederen is een rekening van bezit. Deze bezitting wordt groter (ontstaat). Volgens de boekingsregel voor bezittingen moeten we de rekening Voorraad goederen debite- ren: Voorraad goederen Datum Omschrijving Bedrag Datum Omschrijving Bedrag 10 jan Inkoop € 600

Voor de rekening Crediteuren geldt dat het een rekening van schuld is. Deze schuld wordt groter (ontstaat) en dus crediteren we de rekening volgens boekingsregels voor schulden.

17

De boekhoudcyclus

3.4 Kosten Hoofdstuk 3 Veranderingen in het eigen vermogen nettowinst

In de vorige paragraaf heb je gezien dat we de brutowinst berekenden als saldo van de groot- boekrekeningen Opbrengst verkopen en Inkoopwaarde verkopen. Een onderneming heeft allerlei andere kosten naast de inkoopwaarde van de verkochte goederen. Wanneer we deze andere kosten van de brutowinst aftrekken, houden we de nettowinst over. Kosten boeken we ook op hulprekeningen van het eigen vermogen. Omdat kosten het eigen ver- mogen verlagen, debiteren we de kostenrekeningen. Voor elke kostensoort gebruiken we zoveel mogelijk een eigen grootboekrekening. De kostensoorten komen later aan de orde. We gebruiken de rekening Algemene kosten als een soort ‘prullenbak’ als we geen andere geschikte rekening hebben. We lichten dit toe met een paar voorbeelden.

Zodra een onderneming met personeel gaat werken, krijgt ze de kosten van lonen. Later komen we daar nog uitgebreider op terug.

personeel

Voorbeeld 3.6 Per kas betaald het loon van het winkelpersoneel € 2.600.

? ➥

Verwerk dit financiële feit op de grootboekrekeningen.

Door het betalen van loon wordt het eigen vermogen kleiner. We moeten de rekening van het eigen vermogen dan volgens de boekingsregels debiteren. In plaats daarvan debiteren we de rekening Loonkosten voor € 2.600. De rekening Kas wordt kleiner en crediteren we als rekening van bezit voor hetzelfde bedrag.

Loonkosten

Winkelpersoneel

2.600

Kas

Lonen winkelpersoneel

2.600

Een financieel feit dat we heel vaak tegenkomen, is het betalen van interest op een lening. De betaalde interest is een kostenpost. Maar als we aflossen op een lening neemt een rekening van schuld af. Aflossen leidt dus niet tot kosten.

interest aflossen

Voorbeeld 3.7 Betaald per ING Bank de interest op de 5% geldlening. Het interestbedrag is € 6.300. Tevens is op deze lening € 3.000 afgelost.

? ➥

Verwerk deze financiële feiten op de grootboekrekeningen.

Door het betalen van interest wordt het eigen vermogen kleiner en zou dus moeten worden gede- biteerd. In plaats hiervan debiteren we de rekening Interestkosten voor € 6.300. De rekening ING Bank moeten we als rekening van bezit crediteren voor het kleiner worden van deze bezitting ( € 6.300 + € 3.000 = € 9.300). Doordat de onderneming op de lening aflost, wordt de schuld kleiner. De rekening 5% Geldlening debiteren we voor € 3.000.

30

Elementair Boekhouden in Balans

Hoofdstuk 4 Elementair Boekhouden in Balans

? ➥

a Stel het journaal samen. b Stel het grootboek samen.

a We beginnen het journaal met de telling van de beginbalans, daarna maken we de journaal- posten. Als laatste tellen we het totaal debet en credit.

1/1

Telling

130.000 € 130.000

2/1

Voorraad goederen

400

Aan Crediteuren

400

3/1

Inventaris

850

Aan Kas

850

6/1

Kas

15.000

Aan Opbrengst verkopen

15.000

Inkoopwaarde verkopen

12.000

Aan Voorraad goederen

12.000

9/1

Debiteuren

800

Aan Opbrengst verkopen

800

Inkoopwaarde verkopen

600

Aan Voorraad goederen

600

10/1

Loonkosten

1.200

Aan Kas

1.200

Afschrijvingskosten

400

Aan Gebouw

400

12/1

Crediteuren

1.400

Aan ING Bank

1.400

16/1

ING Bank

2.200

Aan Debiteuren

2.200

20/1

Loonkosten

1.100

Aan ING Bank

1.100

165.950 €

165.950

Zoals je ziet, tellen we het journaal op. Debet moet gelijk zijn aan credit. Zo niet, dan moeten we één of meer fouten opsporen.

b We moeten in het grootboek eerst alle rekeningen openen, dat doen we op de gebruikelijke manier door de bedragen over te nemen van de beginbalans.

We werken vervolgens rekening voor rekening bij aan de hand van de journaalposten. Zodra we een gegeven uit het journaal hebben overgenomen, zetten we een ✓ achter die rekening. Dit voorkomt dat we iets overslaan.

We beginnen dan met de rekening Gebouw. Deze rekening wordt eenmaal gebruikt. 10 januari credit € 400 voor afschrijving.

De rekening ziet er nu als volgt uit:

Gebouw

Datum Omschrijving

Bedrag

Datum Omschrijving

Bedrag

1/1

Van balans

80.000 10/1

Afschrijving

400

41

De boekhoudcyclus

Hoofdstuk 6 Elementair Boekhouden in Balans

Als we alle rekeningen langslopen, krijgen we het volgende overzicht:

Rekening Gebouwen Inventaris Debiteuren Rabobank ING Bank

Karakter

Naar

Kant

Bezit Bezit Bezit Bezit

Balans Balans Balans Balans Balans Balans Balans

D D D D

Voorraad goederen

Bezit of schuld, nu schuld Balans

D of C, nu C D of C, nu D

Bezit of schuld, nu bezit

Kas

Bezit

D C

Crediteuren

Schuld

Eigen vermogen Interestkosten

Verlies (kosten) Verlies (kosten)

W&V-rekening W&V-rekening W&V-rekening W&V-rekening

D D D C C

Loonkosten

Inkoopwaarde verkopen Verlies (kosten)

Opbrengst verkopen

Winst (opbrengsten)

5% Hypothecaire lening Schuld

Balans

Privé

In de praktijk maken we deze tabel natuurlijk niet. Wanneer we het karakter van de rekening bepaald hebben en we weten waar het saldo naar toe moet, vullen we dit bedrag meteen in.

We hebben de rekeningen Eigen vermogen en Privé overgeslagen. Daar komen we straks op terug. De kolommenbalans, zonder proefbalans, ziet er als volgt uit. | Saldibalans | W&V-rekening | Balans Rekening Debet Credit Debet Credit Debet Credit ■ ■ ■ ■ ■ ■ Gebouwen € 130.000 € 130.000 Inventaris € 22.000 € 22.000 Voorraad goederen € 41.000 € 41.000 Debiteuren € 36.000 € 36.000 Rabobank € 13.200 € 13.200 ING Bank € 12.000 € 12.000 Kas € 1.300 € 1.300 Crediteuren € 27.400 € 27.400 Eigen vermogen € 123.000 € 127.800 Interestkosten € 4.100 € 4.100 Loonkosten € 12.600 € 12.600 Inkoopwaarde verkopen € 551.400 € 551.400 Opbrengst verkopen € 589.200 € 589.200 5% Hypothecaire lening € 73.900 € 73.900 Privé € 16.300 Winstsaldo € 21.100 ■ ■ ■ ■ ■ € 826.700 € 826.700 € 589.200 € 589.200 € 242.300 € 242.300

In de kolommenbalans zie je drie bedragen met een kader er om heen. Die bedragen lichten we één voor één toe.

We kunnen de winst-en-verliesrekening afsluiten. Aan de creditkant staat € 589.200 (opbrengst). Aan de debetkant staat € 568.100 (kosten). Het creditsaldo is € 589.200 – € 568.100 = € 21.100 (winst).

69

De boekhoudcyclus

De maandelijkse journaalpost is:

193 Te ontvangen bedragen

280

Aan 940 Interestopbrengsten

280

b Omdat de interest achteraf wordt ontvangen, wordt op 31 december de interest ontvangen van het gehele jaar ( € 3.360).

De journaalpost is:

Hoofdstuk 11 Elementair Boekhouden in Balans

110 Bank

3.360

Aan 193 Te ontvangen bedragen

3.360

De tijdlijn van deze geldlening is: 1/1 31/1 28/2 31/3 30/4 31/5 30/6 31/7 31/8 30/9 31/10 30/11 31/12

✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔

✔ = Opbrengst € 280 (12x)

Ontvangst € 3.360

Uit de tijdlijn kunnen we afleiden dat er op bijvoorbeeld 30 september nog 9 × € 280 = € 2.520 te vorderen is.

Maak opgave 11.5.

11.5 Nog te betalen bedragen

De rekening Nog te betalen bedragen wordt gebruikt voor kosten waarvan de betaling plaatsvindt na afloop van de periode waarop deze kosten betrekking hebben.

Voorbeeld 11.4 Een onderneming heeft een 3% hypothecaire lening van € 752.900, waarvan de interest achteraf op 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober moet worden betaald.

?

a Geef de journaalpost van de maandelijkse kostenboeking. b Journaliseer de betaling per bank op 1 juli. c Bereken het bedrag dat de onderneming per 1 maart nog moet betalen.

3 100

a Per jaar moeten we als interestkosten boeken: € 752.900 ×

= € 22.587.

€ 22.587 12

Per maand zijn de interestkosten dan:

= € 1.882,25.

Elke maand maken we de volgende journaalpost:

430 Interestkosten

1.882,25

Aan 192 Te betalen bedragen

1.882,25

b De interest wordt achteraf betaald. Op 1 juli moet dus het tweede kwartaal van dit jaar worden betaald. In totaal: 3 × € 1.882,25 = € 5.646,75.

115

Diverse boekingen

14.2 Kolommenbalans en rechtsvorm

Voor de meeste grootboekrekeningen maakt het niets uit of we te maken hebben met een een- manszaak, een vof of een nv/bv. Alleen de rekeningen van het eigen vermogen en de rekening Vennootschapsbelasting bij de nv/bv wijken af. Ook het afsluiten van de kolommenbalans wordt hierdoor bepaald. We laten dit zien aan de hand van voorbeelden van de verschillende rechtsvormen.

Voorbeeld 14.2 De gedeeltelijk afgewerkte kolommenbalans van eenmanszaak Simon de Kwast uit Laren ziet er als volgt uit.

Hoofdstuk 14 Elementair Boekhouden in Balans

| Saldibalans | per 31-12-2013

| Mutaties | saldibalans

| Herziene | saldibalans | per 31-12-2013

| Winst-en- | verliesrekening | over 2013

| Balans | per 31-12-2013

|

|

|

Nr. Rekening

Debet Credit Debet Credit Debet Credit Debet Credit Debet Credit ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■

010 Grond en gebouwen

965.000 94.000 36.000

965.000

965.000 79.000 36.000

011 Bedrijfsauto’s

15.000 79.000

012 Inventaris

36.000

020 Afschrijving gebouwen 021 Afschrijving bedrijfsauto’s 022 Afschrijving inventaris

140.000 32.000 16.000 215.983

28.000

168.000 49.200 27.250 215.983

168.000 49.200 27.250

5.000 22.200

11.250

030 Eigen vermogen

031 Privé

75.000

75.000

060 6% Hypothecaire lening

500.000

500.000

500.000

100 Kas

1.250

550

1.800

1.800

101 Kruisposten 102 Rabobank 110 Debiteuren 120 Crediteuren

550

550

42.100 170.741

42.100 170.741

42.100 170.741

217.412 47.940

300

217.112 47.940

217.112 47.940

130 Te betalen loonheffingen

150 Vooruitbetaalde bedragen 36.000

4.500 31.500

31.500

151 Nog te betalen bedragen 152 Vooruitontvangen bedragen 180 Te betalen omzetbelasting

5.000

2.600

7.600

7.600

84.700 20.000 12.305 12.305

64.700

64.700

181 Te verrekenen omzetbelasting 182 Af te dragen

5.130

5.130

omzetbelasting

13.300 13.300

7.175

7.175

7.175

300 Voorraad materiaal

75.290 514.000

528 74.762

74.762

400 Loonkosten

514.000 61.450 145.184 24.200 12.140 38.321

514.000 61.450 145.184 24.200 12.140 38.321

410 Afschrijvingskosten 420 Materiaalverbruik

61.450

144.656 24.200

528

430 Verkoopkosten

440 Administratiekosten

7.640

4.500

445 Overige kosten

38.321

801 Omzet

974.450

20.000

994.450

994.450

900 Interestresultaten

27.712

2.600

30.312

30.312

950 Incidentele baten en lasten 1.500

400

4.000

2.100

2.100

990 Saldo winst-en-verlies- rekening

2.259.090 2.259.090 120.933 120.933 2.301.510 2.301.510

? ➥

a Bereken het saldo van de winst-en-verliesrekening. b Maak de kolommenbalans af.

a We tellen de creditkant van de winst-en-verliesrekening op:

996.550 825.607

De optelling van de debetkant is

De winst is

170.943

b Het bedrag van de winst zetten we aan de debetkant van de winst-en-verliesrekening achter de regel Saldo winst-en-verliesrekening en we tellen als controle deze kant op. Daarna bere- kenen we het bedrag dat op de rekening Eigen vermogen komt. Eerder hebben we gezien dat we het saldo berekenen als het saldo van de beginbalans + het saldo van de winst-en-verliesrekening + privéstortingen – privéopnamen.

159

Diverse boekingen

7 Michel de Gooij heeft twee banken uit de voorraad gehaald voor privédoeleinden. De prijs bedraagt € 726 (inclusief 21% omzetbelasting).

8 Op 24 december 2013 heeft Hazenschot bv het volgende per bank ontvangen. Dit is nog niet verwerkt in de boekhouding. Debiteuren € 10.890 Storting bij de bank € 7.650

Totale toename banksaldo

18.540

9 Op 24 december 2013 heeft Hazenschot bv het volgende betaald per bank. Dit is nog niet ver- werkt in de boekhouding. Dividend € 4.250 Dividendbelasting € 750 Crediteuren € 5.240

Totale afname banksaldo

10.240

10 Hazenschot bv levert kantoormeubilair en toebehoren op rekening aan Makelaardij Ontroerend Goed bv. De factuur ziet er als volgt uit. Kantoormeubilair € 13.500 ,00 Toebehoren € 4.700 ,00 Diverse kortingen € 2.475 ,00

Hoofdstuk 15 Elementair Boekhouden in Balans

Totaal exclusief btw 21% omzetbelasting

€ 15.725 ,00 € 3.302,25

Totaal inclusief btw

€ 19.027,25

De inkoopwaarde van het meubilair is € 7.750 en van de toebehoren € 1.400.

15.5

Pet & Garda bv importeert en exporteert tuinproducten en dierenverzorgingsproducten. De boek- houder van Pet & Garda bv heeft de volgende gegevens verzameld om de balans per 30 septem- ber 2013 op te stellen. Kas € 4.500 Aandelenkapitaal € 220.000 waarvan € 75.000 is geplaatst. Gebouwen € 565.000 4,8% Hypothecaire lening € 485.000 Inventaris € 200.000 Debiteuren € 175.000 Crediteuren € 250.000 Algemene reserve € 322.000 Nog te betalen bedragen € 17.300 Nog te ontvangen bedragen € 9.800 Vooruitontvangen bedragen € 325.000 Voorraden: Productcategorie Tuinmeubelset € 167.000 Tuingereedschap € 134.000 Kleinveevoer € 219.000 De rekening Voorraden wordt in oktober 2013 beïnvloed door de volgende financiële feiten. 1 oktober Tuinmeubelsets gekocht en ontvangen voor € 38.000, exclusief 21% omzetbelasting. 2 oktober Voor privégebruik caviavoer meegenomen. De inkoopprijs van dit voer is € 90,75 (inclusief 21% omzetbelasting). 7 oktober Voor € 25.000 (inkoopprijs) aan tuingereedschap verkocht en geleverd.

187

Examentraining

Made with