PanPost nummer 2 april 2016

Club Pan-European Nederland | nummer 2 | juni 2016

VERSLAG VAN DE 23e ALGEMENE LEDENVERGADERING VAN CLUB PAN-EUROPEAN NEDERLAND, GEHOUDEN OP 6 MAART 2016 IN DE ROSKAM, ACHTERVELD (vervolg)

F. Clubactiviteiten uitbreiden met gasten De evenementen nadrukkelijk opstellen voor introdu- cés en gasten. Hierdoor worden mogelijk nieuwe Panrijders (en anderen) vertrouwd met de vereniging. g. Pan gekocht: Clublid Het idee is om een ieder die een Pan koopt bij een dealer, bijvoorbeeld een gratis lidmaatschap van een half jaar aan te bieden. De dealers waarmee dit is besproken, hebben er wel oren naar en vaak is het zo dat als men eenmaal lid is, ook lid blijft voor een langere periode. Rob Cremers vraagt naar aanleiding van de presen- tatie wat het bestuur voornemens is om groei te realiseren. Frans Voermans vraagt daarnaast om naar het declaratiegedrag van de km kosten te kijken. Vanuit het bestuur wordt aangegeven, dat deze opmerkingen en adviezen opgepakt zullen worden en dat hier terugkoppeling op zal worden gegeven. Vervolg toekomst CPEN en bezuinigingen Na het eerste deel neemt Ed van Houtum het woord en stelt dat we meer de kwaliteiten van een toerclub hebben dan van een typeclub. Het is dan ook verstandig je als zodanig te profileren en dat inhou- delijk uit te bouwen. Daarnaast moeten we onder- kennen dat de kwaliteit van de geleverde diensten hoog is en we dat moeten uitdragen en misschien wel verder moeten uitbouwen. Bij het narijden van de routes is het goed je af te vragen wat dit doet voor de kwaliteit van de route en het verloop daarvan. Dick Bakker, lidnr. 1447, stelt dat het narijden van routes niet (meer) nodig is. Als er wat aan de hand is met de route, dan corrigeert de GPS dit vanzelf. Er is namelijk altijd wat. Frank van Leersum geeft aan dat de kaarten nooit up-to-date zijn en dat daarom controle zeer wenselijk is. Het is niet te vermijden de routes te verkennen als er ook accommodatie geregeld moet worden. Jan Visser reageert dat GPS een hulpmiddel is en dat mensen op het gebruik getraind moeten worden.

Hoe gaan we als vereniging om met de veiligheid? Ook daar liggen mogelijkheden en worden deels al ingevuld. En dan te denken aan de continuïteit, wat is er mogelijk buiten de Pan om? Mogelijkheden te over: stalling, samen sleutelen, want we komen wel in een situatie dat de Pan straks een ‘oude’ motor is en we wel door willen kunnen rijden. Maak nieuwe eigenaren inderdaad gratis lid voor een jaar of maak een leuke regeling met dealers. We zouden bijvoorbeeld ook Pan’s die te koop worden aangeboden op marktplaats, kunnen volgen en proberen te achterhalen wie de nieuwe eigenaar wordt/is geworden. Het lidmaatschap zou zich dan focussen op toeren en tegelijkertijd de leden activeren door ondersteu- ning te geven onder auspiciën van de TC en bijvoor- beeld een bezemwagen verzorgen. We kunnen mogelijk aansluiting zoeken met lokale organisaties en daarbij aanhaken (dienstverlening, ondersteuning aanbieden). Als we kijken naar de Supertour, dat al jaren een heel goed bezocht evenement is, kunnen we daar ook lering uit trekken. Frank van Leersum haakt hier op in en verwijst naar het gesprek met Cretién Bergen, directeur van Honda Benelux, op de Motorbeurs in Utrecht. In dit gesprek is gesproken over een landelijk evenement voor alle Honda typeclubs om gezamenlijk in september 2016 een circuit te organiseren. Gezien de ervaring en clubprofiel zou dit door bijvoorbeeld door CPEN kunnen worden georganiseerd. Ed van Houtum vervolgt zijn verhaal en kijkt naar de andere typeclubs: - de Goldwing Club heeft het ook over kamperen en kent een jaarlijks internationaal treffen; - de VFR Club richt zich op toeren; - de Transalp Club richt zich ook op onverharde wegen.

CPEN is in essentie een toerclub.

14