006121450001

• Met de student en de verantwoordelijke van de school overlegt u wanneer het beoordelingsgesprek plaatsvindt, wanneer u beoordeelt via observatie en wanneer de student de door u te beoordelen producten moet aanleveren.

• U overlegt met de verantwoordelijke van de school wanneer het vaststellingsgesprek plaatsvindt waarin de definitieve beoordelingsformulieren gezamenlijk worden vastgesteld.

• U voert een vaststellinggesprek met de verantwoordelijke op de school en eventuele overige beoordelaars. Komen tot een gezamenlijke beoordeling. Beoordelingen O en/of G verantwoorden u in de kolom ‘Opmerkingen’ van het betreffende beoordelingsformulier.

10.4 Aanvul lende informat ie voor de beoordelaars

Als beoordelaar heeft u tijdens deze examenproject de onderstaande taken en verantwoordelijkheden.

• Uzelf op de hoogte stellen van de wijze waarop de student zijn examinerende werkzaamheden uitvoert en van de beoordelingssystematiek die daarbij hoort. Deze beoordelingssystematiek staat beschreven in hoofdstuk 2, 6 en in de bijlagen 2 en 3.

• In overleg met collega’s vaststellen welke werkprocessen en competenties u gaat beoordelen.

• Uzelf op de hoogte stellen wanneer de student de examinerende werkzaamheden uitvoert. Competentiegericht beoordelen gebeurt voornamelijk via observatie tijdens het door de student uitvoeren van de werkzaamheden.

• Uzelf, eventueel in overlegmet collega’s, op de hoogte stellenwanneer het beoordelingsgesprek plaatsvindt. Dit is opgenomen in het afsluitingsplan van de student.

• Er op toezien dat de student zijn werkprocessen uitvoert volgens zijn goedgekeurde afsluitingsplannen.

• Onafhankelijk beoordelen van de student. De prestatie van elke student beoordeelt u aan de hand van dezelfde normen en op gelijke wijze. Indien u voor of tijdens de examenperiode ook als begeleider van de student optreedt, spreekt u vooraf met de student af, op welke tijdstippen de beoordeling plaatsvindt en over welke werkprocessen het gaat. • U observeert het gedrag van de student tijdens de uitvoering van de werkprocessen. U beoordeelt het gedrag van de student op basis van de criteria bij de competenties in het beoordelingsformulier bij elk werkproces. Competent gedrag wordt beoordeeld met O-V-G. Bij een score O en/of G verantwoordt u dit in de kolom ‘Opmerkingen’ in het beoordelingsformulier.

72

Examendossier