Roeipraet 1-2014

R

O

E

I

P

R

A

E

T

M A

A

R

T

2

0

1

4

De jongens in de boot

Schrijver Daniël Brown vertelt het verhaal van de Amerikaanse herenacht die in Berlijn 1936 de gouden medaille won op de Olympische Spelen. Het koningsnummer uiteraard te winnen door de Duitse ploeg. Brown neemt de lezer mee naar het Amerika van de jaren dertig. Een land in de greep van de crisis, drooglegging en natuurgeweld. De jonge Joe Rantz groeit aanvankelijk op in een liefdevol en relatief welvarend gezin. Zijn leven verandert radicaal als zijn moeder overlijdt en zijn vader de eigen zaak verliest. Zoals bij veel gezinnen in die tijd is het vanaf die tijd armoe troef. Zijn stiefmoeder moet niks van hem hebben en weet Joe’s vader zo ver te krijgen dat hij Joe achterlaat in een stadje terwijl het nieuwe gezin verder trekt naar Seattle. Joe is dan een jongen

van 11. Hij moet maar zien dat hij het hoofd boven water houdt in crisistijd. Hij is een goede leerling en komt wonder boven wonder op de universiteit van Washington (Seattle). Vanaf dan gaat het boek over de roeiploeg op jacht naar goud. Mooi is om te lezen hoe Brown de ervaringen van de roeiploeg verweeft met het verhaal en de groei van Joe. Hij beschrijft technische aspecten van het roeien, maar zeker ook de rol van coaches, goed materiaal en bovenal de ploeggeest. Een grote rol is er in het boek voor bootsman Pocock, die alle boten bouwde voor de Amerikaanse equipe en daarnaast een ware liefhebber was van de sport. Voor veel jongens, en zeker voor Joe, is hij een vertouwenspersoon en een coach buiten de ploeg. Elk hoofdstuk begint met een citaat van Pocock. Een andere belangrijke factor zit wel aan boord: voor de acht lange getrainde roeiers zit een kleine, briljante stuurman. Zijn naam is Bobby Moch, hij is alles wat een stuur moet zijn: geslepen, ijzig kalm, heeft vertrouwen en straalt vertrouwen uit. Hij durft het aan om

40

Made with