CZW20120028

7.2 Inhoudelijke toelichting op de fase-indeling

In de eerste fase van de opleiding staat de kennismaking met het werkveld, ondersteunen bij activiteiten enmet

name de cliënt centraal. Je voert gesprekken om jezelf een beeld te vormen van de cliënt en onderzoekt op welke wijze de cliënt het beste ondersteund kan worden bij wonen, werken, vrije tijd en persoonlijke verzorging. Deze fase heeft 3 ontwikkelingsgerichte beroepsprestaties en 1 kwalificerende beroepsprestatie. Met de kwalificerende beroepsprestatie toon je aan dat je cliënten ondersteunt in de persoonlijke verzorging.

In de tweede fase van de opleiding heb je ervaring opgedaan. Je bent al bezigmet de ontwikkeling van je

competenties. Sommige competenties heb je al ontwikkeld en om ze in een andere, meer complexe context opnieuw aan te tonen. Andere competenties heb je opgenomen in je POP en PAP. In deze fase ben je vooral bezigmet het begeleiden en ondersteunen van cliënten bij huishouden en wonen. Verder ligt de nadruk in deze fase op de begeleiding van de individuele cliënt, cliëntgroepen en ondersteuning bieden bij het afstemmen van de leefomgeving op de behoeften en interesses van de cliënt(en). Deze fase heeft 3 kwalificerende beroepsprestaties. Met de kwalificerende beroepsprestaties toon je aan dat je een cliënt of cliëntengroep) begeleidt op sociaal- maatschappelijk gebied en dat je begeleiding biedt bij wonen en huishouden.

In fase 3 van je opleiding neemt je verantwoordelijkheid en zelfstandigheid toe, zo ook de complexiteit van

je taken. Je werkt toe naar de status van een beginnend beroepsbeoefenaar. De beoordelaars/assessoren zullen zich in de beoordeling herhaaldelijk afvragen hoe jij als (bijna) gediplomeerde collega functioneert. Niet alleen of je competent genoeg bent om de werkprocessen zelfstandig en volgens de eisen uit te voeren, maar ook hoe jij je opstelt als volwaardig lid van de beroepsgroep. In deze fase vind je dan ook opdrachten die onder andere gaan over jouw ontwikkeling en tonen van je deskundigheid. Verder toon je aan dat je een cliënt kunt begeleiden bij activiteiten.

54

MEDEWERKERMAATSCHAPPELIJKE ZORG - Fase 1, 2 EN 3

Made with