Tiba Bolle en Inge van Meelis - Taalbewust beroepsonderwijs

1.6  Differentiëren

back op het doel van de taak, het begrip van de leerstof en de gekozen aan pak van de leerling. Dit leidt tot meer succes en meer zelfvertrouwen bij leerlingen. Daarnaast laat je met positieve feedback zien wat goed is gegaan in de aanpak en uitvoering van een taak en wat dus voor herhaling vatbaar is (Hattie & Timperley, 2007). Aandacht besteden aan klassenmanagement Leerlingen houden van een bepaalde mate van orde en structuur, ook al lijken zij soms hun uiterste best te doen om alle structuur die je als docent biedt te verstoren. De doorsnee (v)mbo-leerling zal zich bij tijd en wijle la ten gelden en zich in stilte of luidruchtig verzetten tegen de autoriteit van jou als docent. Toch geven leerlingen aan respect te hebben voor een do cent die zijn klassenmanagement op orde heeft (Teitler, 2015). Zij geven aan dit respect te willen ‘belonen’ met een goede werkhouding. Leerlingen verwachten van een docent dat hij duidelijke instructies geeft, consequent is en evenwichtig reageert. Een goede docent moet in staat zijn adequaat om te gaan met problemen die zich in de les voordoen. Hij moet op meerdere niveaus tegelijk functioneren en zowel letten op de inhoud van de les als op het groepsproces. Deskundig omgaan met tijd, planning, differentiatie en groepsdynamiek horen hierbij. Je klassenmanagement op orde hebben is een belangrijke voorwaarde voor effectief onderwijs. In de opleidingen voor docenten wordt dan ook terecht veel aandacht besteed aan deze pedago gisch-didactische aspecten van het docentschap. Differentiëren Verschillen tussen leerlingen in een klas zijn niet te voorkomen. Leerlin gen verschillen bijvoorbeeld in concentratie en werkhouding, mate van be grip van de instructie, interesse en motivatie, werktempo, zelfvertrouwen, leervoorkeur en leerstijl, kennis van de wereld of van het onderwerp, taal vaardigheid (moedertaal) en taalniveau. In het (v)mbo kom je grofweg twee standpunten tegen over hoe om te gaan met verschillen tussen leerlingen: 1 Leerlingen leren het meest als ze in niveaugroepen ingedeeld kunnen worden. 2 Leerlingen hebben baat bij gemengde klassen waarin zij van elkaar kun nen leren. Wij onderschrijven het tweede standpunt. Ten eerste is het moeilijk vast te stellen op welke gronden je het niveau voor een niveaugroep vaststelt. Stel dat je taalniveau als ijkpunt neemt, dan zul je merken dat een echt homoge ne groep niet bestaat. Leerlingen verschillen onderling altijd op verschillen-

DEEL I Visie

1.6

37

Made with FlippingBook HTML5