Van oerbos tot hooiland

rapporten omtrent de bebouwde bundertallen en de oogst moeten behelpen, zal dit hoofdstuk wel onvolledig blijven.’ (VGS)

1848 Per bunder 3.000 pond, te verkopen tegen 13 gulden per 1.000 pond. Elders 14 tot 20 gulden, maar later waren de prijzen lager. (CvL)

1863 ‘Veel veehouders in Kampen die in een gewoon jaar hooi ter verkoop aanbieden, moesten het nu elders kopen.’ (VGS)

1849 ‘Er is een voldoende hoeveelheid hooi gewonnen en goed ingeoogst. De prijzen waren evenwel laag.’ (VGS) Prijs 7 gulden per 500 pond. (CvL) ‘Voor Kamper hooi werd op de plaats zelf de voor daar hoge prijs van 10 gulden betaald. Elders voor 500 pond meestal 12 tot 15 gulden en voor de beste kwaliteit zelfs 18 gulden.’ (CvL) 1851 ‘ Te Kampen werd de opbrengst geraamd op 12 miljoen Nederlandse ponden, de bunder gerekend tegen gemiddeld 4.000 Nederlandse ponden.’ (VGS) 1852 ‘De hoeveelheid ter waag genomen hooi bedroeg, te Genemuiden (975.000), Kampen 7.096.000, Kuinre 800.000,- Hasselt 65.200, Zwolle 134.154 pond. (VGS) 1850 1860 Zwolle: ‘Aan de stadswaag zijn aangevoerd 198.950 pond hooi.’ Van de hooipers is veel gebruik gemaakt. Zij heeft een beduidende uitbreiding van de handel in dit artikel gegeven.’ Kampen: ‘Er heeft zich bij de reeds bestaande artikelen van uitvoer uit de haven een nieuw gevoegd, namelijk het hooi, dat in geperste balen van circa 100 Nederlandse ponden werd verzonden.’ ‘De handel in hooi, die sedert het gebruik der pers een grote vlucht schijnt te nemen, bepaalt zich niet tot het binnenland. Alleen uit Genemuiden wordt van die buitenlandse verzending een opgave verstrekt. Het totaal van het gewogen hooi bedroeg volgens het gemeenteverslag 2.418.850 Nederlandse ponden, waarvan 1.335.500 ponden zijn geperst. Van deze geperste hoeveelheid is, voor zover men kon nagaan, 1.263.500 pond naar het buitenland vervoerd.’ (VGS) 1858 ‘De hooiprijzen stegen tot aanzienlijke hoogte.’ (VGS)

1868 ‘Te Kuinre werd 1.391.750 kilo hooi uitgevoerd tegen 972.850 in 1867. De prijs liep van 9 tot 11 gulden per 1.000 kilo. (VGS)

1869 In Genemuiden een derde meer hooi dan vorig jaar, dat ook al goed was. 2.238.325 kilo verkocht voor 28 gulden per 1.000 kilo voor buitendijks, tegen 10 binnendijks. Weinig export naar Engeland wel, ook vanuit Kampen, veel per spoor naar Duitsland. Vanuit Kuinre 1.017.275 kilo tegen gemiddeld 9.50 gulden per 500 kilo. (VGS) 1870 Gemiddelde opbrengst per hectare voor de eerste snede 3.500 kilo, voor de tweede 2.000. Gemiddelde prijs 12,75 gulden per 500 kilo. (VGS) Eerste snede 3.200-7.000, tweede snede 2.000-2.500 kilo. Buitendijks 16 gulden per 500 kg, binnendijks 12. Later daling tot 12 en 9.50 gulden. (VGS) Langzaamaan verdwijnt het hooi uit de provinciale statistieken en overzichten. Na 1877, als er een andere systematiek wordt gebruikt, komt het woord hooi sec nauwelijks nog voor in de kolommen van de provinciale verslagen. Al wordt aanvankelijk nog wel melding gemaakt van de toestand der hooilanden als zijnde ‘gunstig’, ‘matig’ of ‘slecht’. Afgezien van de vermelding van de voor deze sector ‘schadelijk gedierte’ als konijnen, eekhoorns, kraaien, eksters, mussen en veldmuizen, het optreden van ziekte in de gewassen of onder het vee, hoge waterstanden, regen, vorst, hitte, droogte en storm, verdwijnt ook de landbouw als geheel naar de achtergrond. Ondanks de grote agrarische crisis die kort voor 1880 inzette, vooral als gevolg van grote 1872 1874 Van14 tot 16 gulden per 500 kilo. (VGS)

1862 ‘Zo lang wij ons met de gemeenteverslagen en de gewone

125

Made with FlippingBook - Online catalogs