14
Competenties
- componenten
Kwalificerend
Prestatie-indicatoren
HELPENDE ZORG ENWELZIJN - Fase 2
voldoende
goed
onvoldoende
Werkproces 3.3 Evalueert de werkzaamheden
J Formuleren en
rapporteren
–– vlot en bondig formuleren
R
Dit betekent dat:
• je in een evaluatie helder en bondig over je werkzaamheden
rapporteert
• je in je evaluatie, schriftelijk of mondeling, de juiste
woorden en uitdrukkingen gebruikt
zodat:
• je jouwmening en bevindingen op een professionelemanier
duidelijk maakt aan alle betrokkenen.
R Op de behoeften en
verwachtingen van de
klant richten
–– klanttevredenheid in de
gaten houden
R
Dit betekent dat:
• je regelmatig vraagt of de zorgvrager tevreden is over de
geboden ondersteuning
• je klachten serieus neemt
zodat:
• je evaluatie ook voor anderen duidelijk is
• je evaluatie een goed uitgangspunt is voor jouw
vervolgwerkzaamheden
• de ondersteuning zo goedmogelijk aangepast wordt aan de
behoeften en verwachtingen van de zorgvrager.
Bewijsstukken Kwalificerend
A.
De ingevulde beoordelingslijst van deze proeve.
Specifieke bewijsstukken:
Werkprocessen Competenties
B.
Een eigen werkplanning van de huishoudelijke
werkzaamheden.
1.1
J - Q - R - T
C.
Twee werkplanningen voor activiteiten.
1.1
1.4
J - Q - R - T
L - R - T
D.
Verslag van een onvoorziene situatie tijdens een sociale
activiteit.
1.5
3.3
J - K - T
J
Aanvullende of vervangende bewijsstukken:
Werkprocessen Competenties
Cesuur
In deze beroepsprestatie zijn de competenties binnen de werkprocessen op het vereiste beheersingsniveau aangetoond.
ja
nee
