PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG 4 - FASE 2
8
De opdracht
A. De totale opdracht
Deze opdracht voer je uit in de beroepspraktijk. In nagenoeg iedere branche is deze opdracht uit
te voeren. Als je kunt aantonen dat bepaalde handelingen niet of te weinig voorkomen op jouw
BPV-plaats, dan laat je beheersing van de vaardigheid zien op school in een simulatiesetting die
exemplarisch is voor de uitvoering in de BPV. Je competenties op het gebied van het uitvoeren
van verpleegtechnische handelingen worden beoordeeld met behulp van de beoordelingslijst van
deze beroepsprestatie. Maak hierover afspraken met je beoordelaars.
Je werkt daarnaast aan onderstaande specifieke opdrachten.
B. Begeleiden van de cliënt bij verpleegtechnische vaardigheden
• Kies twee cliënten uit je beroepspraktijk met een aandoening waarbij (meerdere)
verpleegtechnische handelingen noodzakelijk zijn. Beschrijf voor beide cliënten de
aandoening en de gevolgen van deze aandoening op het lichamelijke en psychosociale
functioneren van de cliënt.
• Beschrijf op welke wijze je de verpleegtechnische vaardigheden uitvoert bij deze cliënten
en hoe je de cliënten begeleidt bij hun psychische en lichamelijke gesteldheid.
• Beschrijf hoe jij de relevante wetgeving toepast bij de uitvoering van de
verpleegtechnische vaardigheden.
• Laat je begeleider je verslag lezen en voorzien van feedback.
C. Beoordeling van de verpleegtechnische vaardigheden
Maak een beoordelingslijst die gebruikt kan worden om je bij de uitvoering van onderstaande
verpleegtechnische vaardigheden tweemaal te laten beoordelen (of gebruik een
beoordelingslijst die door jouw opleiding wordt verstrekt).
Indien je kunt aantonen dat in de BPV (bepaalde) verpleegtechnische vaardigheden niet of
zelden worden uitgevoerd, voer deze dan uit in een simulatiesetting die exemplarisch is voor
de uitvoering in de BPV.
• medicijnen checken (dosering etc.) registreren, distribueren
• medicijnen toedienen: oraal, rectaal, via de huid, via de slijmvliezen, via de luchtwegen
• rode en gele wonden verzorgen
• maagsonde, stoma en blaaskatheter observeren, controleren en verzorgen
• sondevoeding toedienen
• monsters verzamelen ten behoeve van diagnostiek (steriel en niet-steriel materiaal)
• eerste hulp verlenen bij verwondingen, vergiftigingen, verstikking en verslikken
• eerste hulp bij ademhalingsstilstand en circulatiestilstand
• medicijnen toedienen per injectie (subcutaan), dit is een voorbehouden handeling!
