CZW20120149 - page 16

14
Competenties
- componenten
Kwalificerend
Prestatie-indicatoren
ONDERWIJSASSISTENT
voldoende
goed
onvoldoende
T Instructies en
procedures opvolgen
–– instructies opvolgen
–– werken conform
voorgeschreven procedures
R
Dit betekent dat:
• je observeert volgens de door de leerkracht/leraren/team
gegeven instructies
zodat:
• je werkt volgens de binnen de school geldende procedures en
protocollen.
Werkproces 1.2 Bereidt de uitvoering van programmaonderdelen voor
L Materialen en
middelen inzetten
–– geschikte materialen en
middelen kiezen
P
Dit betekent dat:
• je materialen en middelen kiest die je nodig hebt bij
de voorbereiding en uitvoering van de didactische
ondersteuning
• je kostenbewust en efficiënt te werk gaat
zodat:
• je de juiste middelen inzet en je geen materialen of
middelen onnodig gebruikt.
T Instructies en
procedures opvolgen
–– instructies opvolgen
–– werken conform
voorgeschreven procedures
R
Dit betekent dat:
• je de voorbereiding en uitvoering uitvoert volgens de
instructies van de leraar/leraren/het team
• je dit doet op basis van de gemaakte afspraken en geldende
procedures
zodat:
• je de voorbereiding en uitvoering aanpakt zoals de leraar/
leraren/het team dat wil of voorschrijft.
Werkproces 1.3 Assisteert bij de uitvoering van programmaonderdelen
A Beslissen en
activiteiten initiëren
–– beslissingen nemen
P
Dit betekent dat:
• je, binnen de gestelde kaders, op tijd de nodige eenvoudige
didactische beslissingen neemt tijdens het geven van de
ondersteuning
zodat:
• de leerling die je begeleidt weer verder kan met het werk.
B Aansturen
–– instructies en aanwijzingen
geven
T
Dit betekent dat:
• je de leerlingen heldere en duidelijke instructies geeft
• je daarbij het juiste tempo en een logische volgorde hanteert
• je controleert of de uitleg begrepen is
zodat:
• de leerlingen weten wat ze moeten doen en aan het werk
kunnen.
1...,6,7,8,9,10,11,12,13,14,15 17,18,19,20,21,22,23,24
Powered by FlippingBook