DE LEIDING NEMEN
7
De opdracht
A. De totale opdracht
Je voert de totale opdracht uit in de beroepspraktijk. Je competenties op het gebied van
leiding nemen worden beoordeeld met behulp van de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.
Maak hierover afspraken met je beoordelaars.
Je werkt daarnaast aan onderstaande specifieke opdrachten.
B. Coördineren van de dagelijkse werkzaamheden
• Maak een planning van de uitvoering van alle voorkomende werkzaamheden op de groep
voor een afgesproken periode.
• Stem de planning af met collega’s en andere betrokkenen.
• Stuur de uitvoering van de werkzaamheden deze periode aan.
• Neem de voorzittersrol op je bij overlegvormen.
Stel een feedbacklijst samen waarin bovengenoemde aspecten aan de orde komen en laat deze
door collega’s en betrokkenen invullen.
C. Werkbegeleiding geven
Geef gedurende een vooraf afgesproken periode werkbegeleiding aan (nieuwe) collega’s,
stagiaires en/of vrijwilligers.
• Raadpleeg theorie over werkbegeleiding.
• Oriënteer je op de werkwijze van werkbegeleiding binnen de organisatie waar je stage
loopt.
• Maak een plan hoe je de werkbegeleiding gaat aanpakken.
• Voer de werkbegeleiding uit.
• Maak een evaluatieverslag waarin bovengenoemde punten aan de orde komen.
D. Beheren van de financiën
Verdiep je in het jaarbudget van de groep en/of de locatie en maak een begroting voor
een project of activiteit. Houd de boekhouding bij tijdens de uitvoering van het project/
de activiteit en maak aan de hand hiervan een financieel eindrapport en leg hierover
verantwoording af.
E. Inzetten van materialen en middelen
Zoek uit hoe de logistiek van onderhoud, aanschaf en vervanging van materialen en middelen
in elkaar zit. Assisteer gedurende een afgesproken periode een collega bij het beheer van de
materialen en middelen.
Als je kiest voor een vervangende of aanvullende opdracht, let er dan op dat deze
voldoet aan de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.