Kerntaak 2
Realiseertmedia-uiting
Werkproces 2.3
Archiveert bestandenenmaterialen
Watmoet je doen?
Tijdens jewerkzaamheden bepaal je samenmet je leidinggevendewelke
bestanden en materialen gearchiveerd en opgeslagen worden. Je zorgt
ervoor dat bestandenenmaterialen zowordenopgeslagendat zegemak-
kelijk terug tevindenzijn. Jewerkt volgensde richtlijnendiegeldenbinnen
jouwbedrijf of die je krijgt van je leidinggevende.
Als jebij het archiverenmoeilijkheden tegenkomt,meld jedeze.
Tijdens het heleprocesmaak je regelmatigback-ups.
Vakkennis en vaardighedendie (deels) toegepastwordenbij ditwerkproces.
Kennis van het gebruik vanopslagmedia
Vaardigheid in het gebruikmaken vanopslagmedia
Vaardigheid in het toepassen vanback-uptechnieken
Wat lever je in?
Er wordengeenproductengevraagd.
Let op!
Werkproces 2.2 en 2.3worden (deels) beoordeeldmet eenbeoordelings-
gesprek. Tijdensdit beoordelingsgesprekwordenkritischevragengesteld
over hoe jede realisatiehebt uitgevoerdendearchivering. Inbijlage3vind
je eenbeschrijving vandezemethode. Bereid je voor opdit gesprek door
de onderstaande competenties goed door te lezen. In de beoordelings-
formulieren vanwerkproces 2.2 en2.3 inhoofdstuk 6 kun jeprecies lezen
waaraan jemoet voldoen.
Het beoordelingsgesprek bij werkproces 2.3 gaat over competentie K
‘Vakdeskundigheid toepassen’, competentie L ‘Materialen en middelen
inzetten’ en competentie S ‘Kwaliteit leveren’. Er zullen vragen worden
gesteldover hoe jij je inzicht hebt gebruikt om te zorgendat jebestanden
gestructureerd en veiligwerdenopgeslagen. Je vertelt indit gesprekover
de procedures die bij jouw bedrijf gelden. Ook zullen er vragen worden
gesteld over de manier waarop je back-ups maakte en of je problemen
tegenkwambij het archiveren.
33
Hoofdstuk 5. Uitvoering