CZW20120115

K. Geven van voorlichting of advies Gedurende je BPV geef je aan een zorgvrager, mantelzorger of naaste, voorlichting en advies over behandelingen, infectiepreventie en/of gebruik van hulpmiddelen. • Maak een plan van aanpak voor voorlichting en advies. • Verwerk feedback van een collega in je plan van aanpak. • Voer je plan van aanpak uit en rapporteer of de voorlichting en het advies goed is overgekomen. L. Instrueren van een zorgvrager, mantelzorger of naaste Kies een zorgvrager, mantelzorger of naaste uit die je een verpleegtechnische handeling aanleert. Maak hiervoor een instructieplan. Verwerk feedback van een collega in je instructieplan. Voer je plan uit en rapporteer of de instructie goed is overgekomen. M. De sociale netwerkkaart en een plan van aanpak Je begeleidt twee zorgvragers gedurende vijf dagen bij het behouden of vergroten van het sociale functioneren. Hierbij stimuleer je de zorgvrager om zoveel mogelijk zelf contacten te leggen en te onderhoudenmet de directe omgeving. Je kiest zorgvragers met verschillende stoornissen, beperkingen en bij voorkeur in verschillende levensfasen. • Beschrijf de aandoening, de gevolgen en de betekenis van de aandoening voor het sociale functioneren van beide zorgvragers. • Maak een sociale netwerkkaart van iedere zorgvrager. • Maak een plan van aanpak voor de begeleiding van beide zorgvragers bij het behouden of vergroten van het sociale functioneren. • Leg het plan voor aan de betreffende zorgvragers en indien dit niet (goed) mogelijk is aan diens wettelijke vertegenwoordiger, mantelzorger of naaste en het team. • Vraag instemming enmedewerking voor je plan. • Voer het plan uit. • Je controleert tijdens en na de uitvoering van het plan of je voldoet aan de verwachtingen van de zorgvrager. Je legt de uitkomsten schriftelijk vast en laat een collega deze voorzien van feedback. • Evalueer de uitvoering van het plan waarbij je ingaat op het effect van de uitvoering van het plan.

13

PROEVE 2

Made with