CZW20120029

Competentie C: Begeleiden

Werkprocessen:

2.1 Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging (BP 1.4, Proeve fase 2) Componenten: motiveren, anderen ontwikkelen Eindgedrag:

Je stimuleert de cliënt om gestelde doelen op het gebied van persoonlijke verzorging te bereiken. Je creëert mogelijkheden voor de cliënt om zich te ontwikkelen op het gebied van persoonlijke verzorging.

2.2 Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden (BP 1.2, BP 2.3, Proeve fase 2, Assessmentgesprek fase 2) Componenten: motiveren, anderen ontwikkelen Eindgedrag: Je creëert (leer)situaties waarin de cliënt kan oefenenmet gedrag wat voor hemwenselijk is. Jemotiveert de cliënt om uitdagingen aan te gaan gericht op zijn ontwikkeling binnen wonen en huishouden. Jemotiveert de cliënt zijn eigen waarden en normen te behouden binnen wonnen en huishouden. 2.3 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding (BP 1.3, BP 3.1, Proeve fase 3, Assessmentgesprek fase 3) Componenten: motiveren, anderen ontwikkelen Eindgedrag: Je creëert activiteiten waarin de cliënt kan oefenenmet gedrag wat voor hemwenselijk is.

Je stimuleert de ontwikkeling van de cliënt door middel van gesprekstechnieken. Je zet begeleidingsmethodieken in om de cliënten in zijn ontwikkeling te stimuleren.

2.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied (BP 1.2, BP 2.1, BP 2.2, Proeve fase 2, BP 3.1, Proeve fase 3) Componenten: motiveren, anderen ontwikkelen Eindgedrag: Je schept kansen enmogelijkheden voor de cliënt om zich te ontwikkelen.

Jemotiveert de cliënt om zijn doel te bereiken. Je stimuleert de cliënt om uitdagingen aan te gaan. Je geeft feedback op het gedrag van cliënten wat zij in het contact met elkaar hebben.

Kennis. Je kent

Vaardigheden. Je kunt

Houding. Je bent

• • de doelgroep • • de ontwikkelingsmogelijkheden van de cliënten • • diverse gesprekstechnieken • • je kent de regels van de Nederlandse taal op het gebied van luisteren en spreken op niveau 2F • • het plan van aanpak van de cliënten • • begeleidingsmethodieken • • het activiteitenaanbod • • stimulerende activiteiten • • de regels van feedback • • gedragsregels binnen de doelgroep, het team en de organisatie • • waarden en normen binnen de doelgroep, het team en de organisatie • • theoriemet betrekking tot groepsdynamica

• • begeleidingsmethodieken toepassen • • je gedrag aanpassen aan de doelgroep • • je gesprekstechnieken aanpassen aan de doelgroep • • verschillende vaardigheden inzetten op het gebied van gedragsbeïnvloeding • • een professionele relatiemet de cliënt(en) opbouwen, onderhouden en afbouwen • • spreken en luisteren op niveau 2F • • observeren en signaleren • • groepsprocessen sturen en hanteren • • op een adequatemanier omgaanmet feedback, geven en ontvangen • • begeleiding bieden bij de persoonlijke hygiëne • • begeleiding bieden bij huishoudelijke taken • • adviseren • • motiveren

• • gemotiveerd • • inlevend • • betrokken • • respectvol • • communicatief • • empathisch • • echt • • motiverend • • reflectief • • eerlijk • • enthousiast

• • ...................

5

COMPETENTIEWIJZER

Made with