CZW20120029

Competentie D: Aandacht en begrip tonen

Werkprocessen:

1.1 Inventariseert hulpvragen van de cliënt (BP 1.1 , BP 2.3, Proeve fase 2, BP 3.2, Proeve fase 3) Componenten: interesse tonen, luisteren Eindgedrag:

Je toont belangstelling voor de cliënt en zijn naasten. Je toon betrokkenheid bij de cliënt en zijn naasten. Je luistert actief en vraag door bij de cliënt en zijn naasten.

2.1 Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging (BP 1.4 , Proeve fase 2, Assessmentgesprek fase 2) Componenten: inleven in andermans gevoelens, begrip hebben voor de standpunten en houding van anderen Eindgedrag: Je toont begrip voor demening van de cliënt ten aanzien van zijn voorkomen en persoonlijke hygiëne. Je toont begrip voor de gevoelens van de cliënt ten aanzien van zijn voorkomen en persoonlijke hygiëne.

2.3 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding (BP 1.3, BP 3.1, Proeve fase 3) Componenten: inleven in andermans gevoelens, anderen steunen Eindgedrag: Je hebt inzicht in de gevoelens van de cliënt. Je kunt de cliënt begeleiden tijdens moeilijke of lastige periodes in zijn leven.

3.6 Evalueert de geboden ondersteuning (BP 1.2, BP 2.1, BP 2.3, Proeve fase 2, BP 3.1, BP 3.2, Proeve fase 3, Assessmentgesprek fase 3) Componenten: interesse tonen, luisteren Eindgedrag: Je vraagt de cliënt en andere betrokkenen naar hun ervaringen, gevoelens en ideeën over de geboden begeleiding en zorg. Je luistert aandachtig naar wat de cliënt aangeeft.

Kennis. Je kent

Vaardigheden. Je kunt

Houding. Je bent

• • methoden van gegevens verzamelen • • het methodisch proces van gegevens verzamelen en verwerken • • methodieken voor evalueren • • verschillende gesprekstechnieken • • je kent de regels van de Nederlandse taal op het gebied van luisteren, gesprekken voeren en spreken op niveau 2F • • de specifieke kenmerken van een functionele vertrouwensrelatie • • de doelgroep • • de fasen van de sociale ontwikkeling • • de regels van feedback • • de uitgangspunten van kwaliteitszorg

• • luisteren, spreken en gesprekken voeren op niveau 2F • • doorvragen • • omgaanmet intieme vraagstukken • • een vertrouwensband aangaan en onderhouden • • omgaanmet de gevoelens van de cliënt • • motiveren • • signaleren • • gegevens verzamelen opmethodische wijze • • evaluatietechnieken toepassen

• • zorgvuldig • • methodisch • • empatisch • • geduldig • • echt • • betrokken • • sociaal • • klantvriendelijk • • reflectief • • communicatief • • open • • vertrouwelijk

• • .......................................................

• • ...................

• • ...............................................

7

COMPETENTIEWIJZER

Made with