2019_NL_FISCHER_EBRUIKERSHANDLEIDING_web[1]

4. Sluit nu de

Sommige remmen zijn voorzien van remkracht- begrenzers (“modulators”). Dit onderdeel moet te hard remmen en dus gevaarlijk blokkeren van de wielen voorkomen. Bij krachtig ingetrokken remhendels of aan het einde van de hendelbe- weging kan de remkracht plotseling toenemen! Zorg ervoor dat u vertrouwd raakt met de ongewone remwerking. Zorg ervoor dat u de gebruikshandleiding van de fabrikant ontvangt en goed uitgelegd krijgt. De remhendels moeten zodanig worden ingesteld dat de handen, als recht verlengstuk van de armen, de remhendels veilig en moeiteloos kunnen bedienen. Zorg er vóór de eerste rit voor dat de remhendel gepositioneerd is. De remhendel rechts bedient de ach- terrem en de remhendel links bedient de voorrem. Als u de positie van de remhendels op het stuur wilt omwisselen, neemt u hier- voor contact op met een dealer.

Om de remhendel ook met kleinere handen veilig te kunnen bedienen, kan de remhendel met een stelschroef (in de hendel) dichter bij het stuur worden afgesteld.

snelspanhendel weer volledig om het stuur vast te zetten 4 .

Bij bepaalde modellen is het mogelijk de rem- hendels met speciale inrichtingen dichter bij het stuur te brengen. Stel de remhendels zo in, dat ze ook bij krach- tig intrekken niet in contact komen met de stuurgreep!

4

Stelschroef remhendel

Controleer voor u gaat fietsen of de stuurpen goed vastgedraaid zit. Ga daarvoor voor de Pedelec staan en doe het voorwiel tussen uw benen. Trek aan de uiteinden van het stuur en probeer het stuur ten opzichte van het voorwiel te ver- draaien. Het stuur mag niet gemakkelijk kunnen verdraaien! Indien het stuur en de stuurpen kunnen verdraaien, moet u niet gaan fietsen! Eerst moeten de klembouten van de voorvorkbuis bij de stuurpen goed worden aangedraaid. Dit kan alleen met een momentsleutel.

Let erop dat bij het verstellen van de rem- of schakelhendel deze elkaar niet hinderen in het functioneren.

Terugtraprem Als uw Pedelec met een terugtraprem is uitge- rust, remt u door de pedalen naar achteren in plaats van naar voren te trappen. U hebt dan geen vrijloop en kunt de pedalen niet achteruit bewegen!

Bij de Speedlifter stuurpen is dit de on- derste klembout aan de Speedlifter. Het juiste aandraaimoment is hier 6–8 Nm.

Remhendels instellen Stel de remhendels zo in dat u deze vei- lig kunt pakken en moeiteloos kunt remmen. Maak u vertrouwd met de toewijzing van de remhendels voor voorwiel- en achterwielrem!

90˚

90˚

*zie pagina 39

21

Made with FlippingBook - Online Brochure Maker