2019_NL_FISCHER_EBRUIKERSHANDLEIDING_web[1]

Vervangen van onderdelen van de Pedelec Voor Pedelecs/e-bikes geldt: Handleiding voor het vervangen van componenten bij E-bikes / Pedelecs met een CE-keurmerk en trapondersteuning tot 25 km/u Categorie 1 Componenten die enkel na toelating door de fietsfabrikant/sys- teemaanbieder mogen worden vervangen • Motor • Sensoren • Elektronische besturing • Elektrische bedrading • Bedieningseenheid op het stuur • Display • Accupack • Oplader Categorie 2 Componenten die enkel na toelating door de fietsfabrikant mogen worden vervangen • Frame • Veerpoot • Vaste en verende vork • Loopwiel voor naafmotor • Remsysteem • Remvoeringen (velgremmen) • Bagagedragers

• Zadel en Zadelbevestiging (Als de verspringing naar achter ten opzichte van het seriële / originele inzetbereik niet gro- ter dan 20 mm is. Ook hier zorgt een veran- derde lastenverdeling buiten het voorgeziene instelbereik eventueel voor kritische stuurei- genschappen. Daarbij speelt ook de lengte van de zadelbuis aan het zadel en de zadel- vorm een rol) • Koplamp (Koplampen zijn gemaakt voor een bepaalde spanning die moet passen bij de accu’s van de fietsen. Bovendien moet de elektromagnetische verdraagzaamheid (EMV) worden gegaran- deerd, waarbij de koplamp een deel van de po- tentiële storing kan uitmaken) *Een toelating door de onderdelenfabrikant kan alleen plaats- vinden als de component vooraf overeenkomstig de bedoeling en de betreffende normen voldoende is gekeurd en er een risicoanalyse werd uitgevoerd. Categorie 4 Componenten waarvoor geen bijzondere toelating noodzakelijk is • Stuurlager • Binnenlager • Pedalen (Als het pedaal ten opzichte van het seriële / originele inzetbereik niet breder is) • Derailleur • Versnelling (Alle onderdelen van de versnelling moeten geschikt zijn voor het aantal versnellingen en moeten onderling compatibel zijn)

Categorie 3* Componenten die na toelating door de fiets- of onderdelenfabri- kant mogen worden vervangen • Crank (Als de afstanden - pedaalassen - midden van het frame (Q-factor) in acht worden genomen) • Loopwiel zonder naafmotor (Als aan de ETRTO wordt voldaan) • Ketting / tandriem (Als de originele breedte in acht wordt geno- men) • Velglint (Velglinten en velgen moeten op elkaar zijn afgestemd. Veranderde combinaties kunnen tot verschuiven van het velglint en daarmee tot defecten aan de binnenband leiden) • Banden (De sterkere versnelling, het extra gewicht en het dynamische fietsen door bochten maken de inzet van voor de toepassing op E-bikes toegelaten banden noodzakelijk. Hierbij dient wel aan de ETRTO te worden voldaan) • Remkabels / remleidingen • Remvoeringen (Schijf-, rol-, trommelremmen) • Stuurpeneenheid (voor zover de lengtes van kabels en leidingen niet hoeven te worden gewijzigd. Binnen de originele kabellengtes moet een wijziging van de zitpositie voor de consument mogelijk zijn. Bovendien verandert de lastenverdeling op de fiets aanzienlijk en leidt deze tot potentieel kri- tische stuureigenschappen)

(Bagagedragers bepalen direct de verdeling van lasten op de fiets. Zowel negatieve als po- sitieve veranderingen leiden potentieel tot een ander rijgedrag dan het door de fabrikant geïm- pliceerde rijgedrag)

44

Made with FlippingBook - Online Brochure Maker