14ZW3PWFB1

3

Uitvoeren

De competenties uit deze beroepsprestatie worden beoordeeld met behulp van de voortgangsbeoordelingslijst. De beoordelingsvormen zijn: gedragsbeoordeling en/of specifieke bewijsstukken. Maak hierover afspraken met je begeleider(s).

Opdrachten

A. Informatie verzamelen over de zorg- en begeleidingsbehoefte Kies in overleg met je begeleider een kind uit jouw groep die je gedurende een afgesproken periode gaat verzorgen en begeleiden. Dit doe je op methodische wijze. Verzamel informatie over de zorg- en begeleidingsbehoefte van het kind. Gebruik daarvoor verschillende bronnen. Maak een persoonsbeschrijving van het door jou gekozen kind. Observeer het kind aan de hand van een observatieplan dat je zelf hebt opgesteld. Maak indien mogelijk gebruik van een observatiemethode van jouw organisatie. Bespreek dit observatieplan met je begeleider, voer de observatie uit en trek hieruit conclusies.

Persoonsbeschrijving en observatieplan WP 1.1: N, R

B. Plan van aanpak schrijven Verwerk de verzamelde informatie in een plan van aanpak voor de dagelijkse verzorging en begeleiding van het kind. Houd bij het schrijven van het plan van aanpak rekening met het pedagogisch beleid van jouw organisatie. Bespreek jouw plan van aanpak met je begeleider en collega’s.

Plan van aanpak WP 1.3: E, J

C. Uitvoeren en evalueren van de begeleiding Voer het plan van aanpak uit. Evalueer tussentijds en na afloop de begeleiding van het kind met je begeleider. Stel de begeleiding eventueel bij. Schrijf een evaluatieverslag van de begeleiding van het kind.

Gedragsbeoordeling WP 3.3: E, Q Evaluatieverslag WP 3.8: D, J, M

Bewijsstukken

Lever de volgende bewijsstukken aan: • De volledig ingevulde voortgangsbeoordelingslijst van deze beroepsprestatie • Persoonsbeschrijving en observatieplan

• Plan van aanpak • Evaluatieverslag

45

Fase 1

Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang

Made with