CZW20120102

Prestatie-indicatoren

voldoende goed

Competenties

Kwalificerend

onvoldoende

- componenten

Werkproces 1.6 Begeleidt een groep zorgvragers (Geldt niet voor de Kraamzorg)

P Dit betekent dat: • je de groep zorgvragers motiveert om zich binnen hun

C Begeleiden

mogelijkheden te ontwikkelen op sociaal enmaatschappelijk gebied • je, zo nodigmet mantelzorgers/naasten, een omgeving creëert die de groep zorgvragers stimuleert om de grenzen van hunmogelijkheden te verkennen

–– motiveren –– anderen ontwikkelen

zodat: • de begeleiding leidt tot de gewenste resultaten.

P Dit betekent dat: • je in staat bent om bij de begeleiding van de groep goed om te gaanmet de verschillen tussen de groepsleden • je de communicatie, gedrag en begeleidingsvormen aanpast aan de individuele groepsleden zodat: • alle groepsleden zich op een passende wijze behandeld voelen.

U Omgaanmet

verandering en aanpassen

–– met diversiteit (tussen mensen) omgaan

Bewijsstukken Kwalificerend

A.

De ingevulde beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

Specifieke bewijsstukken:

Werkprocessen Competenties

1.5

C - D

B. De sociale netwerkkaart, plan van aanpak en de evaluatie + feedback. C. Zelfgekozen bewijsstuk van het gesprek met de mantelzorger of naaste en de evaluatie. D. Het profiel van de groep, het sociogram, het zelfgekozen bewijsstuk van de activiteit en de evaluatie op als bewijs. (VGZ, GGZ, Verpleeghuis, Verzorgingshuis) Of D. Een beschrijving van de hulpverlenende instanties, het plan van aanpak, een zelfgekozen bewijsstuk van de uitvoering van de begeleiding en de evaluatie. (Kraamzorg, Thuiszorg)

1.5

C - R

1.6

C - U

1.5

R

Aanvullende of vervangende bewijsstukken:

Werkprocessen Competenties

Cesuur In deze beroepsprestatie zijn de competenties binnen de werkprocessen op het vereiste beheersingsniveau aangetoond.  ja  nee

12

VERZORGENDE-IG - Fase 2

Made with