CZW20120022

Inleiding

Wanneer Denzill bij mevrouw Joosten aanbelt, wil ze niet opendoen. “Het komt mij niet goed uit,” roept ze vanachter de voordeur. Denzill praat door de brievenbus tegen haar. “Mevrouw, ik hebmet u afgesproken dat ik vandaag rond deze tijd zou komen. Uwilde het zelf graag.” Mevrouw roept dat ze zichzelf wel kan reddenmet het douchen en de injectie. Ze wil graag uitslapen. De deur blijft stevig dicht. Denzill hoort haar rommelen in het keukentje. Er valt iets. Denzill is bezorgd. Mevrouw heeft MS en kan zichmoeilijk zelf redden. Ze heeft de zorg echt nodig. Ligt haar weigering aan hem? Zijn huidskleur misschien? Hij meldt het voorval direct bij zijn leidinggevende en vervolgt zijn route. Later op de dag heeft hij een gesprekmet zijn leidinggevende. Zij vertelt dat mevrouw Joosten in het vervolg liever door een vrouwelijke verpleegkundige geholpenwil worden. De leidinggevende heeft mevrouw uitgelegd dat de thuiszorg hier niet altijd rekeningmee kan houden. Anita werkt met veel plezier in een geïntegreerde woning voor mensenmet een verstandelijke beperking. Vandaag gaat zemet twee bewoners naar de tandarts. Dit vraagt extra begeleiding omdat beiden gebitsproblemen hebben als gevolg van de medicatie tegen epilepsie. De bewoners zien erg op tegen het tandartsbezoek. Anita heeft uitgelegdwat er gaat gebeuren. Ook heeft ze van tevoren de tandarts ingelicht. De bewoners geven elkaar stevig een arm als ze naar de tandartsenpraktijk lopen. Ook in de wachtkamer gaan ze naast elkaar zitten. Wanneer de tandarts hen zelf op komt halen, mogen ze samen naar de behandelkamer. De tandarts praat vriendelijk en voor ze het weten is de behandeling voorbij. Sonja Lieftink werkt als beginnend verpleegkundige in een kleine accommodatie van de psychiatrie. Ze is nog duidelijk lerende in deze dynamische organisatie. Momenteel probeert ze het persoonlijk begeleiderschap onder de knie te krijgen. Kiki Pol is de toegewezen cliënte. Ze is tweemaanden geleden zonder maatregel opgenomen. Het kliktemeteen tussen Sonja en Kiki. Ze hebben dezelfde leeftijd en zijn beiden gefascineerd door judo. In het beginwas Kiki belangstellend naar Sonja toe en nam ze haar adviezen serieus. Geleidelijk is het gedrag van Kiki veranderd. Nu is ze opdringerig en claimt Sonja volledig als ze dienst heeft. Ze probeert steeds in de buurt van Sonja te zijn, ook als zemet een andere cliënt in gesprek is. Sonja heeft haar op dit gedrag aangesproken. Afhankelijk van haar stemming reageert ze daaropmet boosheid of heftige huilbuien. Ze voelt zich duidelijk afgewezen. Wanneer Sonja zegt dat ze het zo niet bedoeld heeft, begint het claimenweer van voren af aan. Het is voor Sonja duidelijk dat ze tegen haar eigen grenzen aanloopt in de persoonlijke begeleiding. Ze is van plan om de situatie in te brengen in een intervisiebijeenkomst op de afdeling.

4

VERPLEEGKUNDIGE 4 - FASE 1, 2 EN 3

Made with