Voorbeeldpagina's theorieboek 1 vwo van Management & Organisatie in Balans, 7e editie.

Tweede manier TO = TK → 12X = 3,5X + 1,5X + 80.000 → 12X – 3,5X – 1,5X = 80.000 → 7X = 80.000, dus X = (afgerond) 11.429 producten. Derde manier Met behulp van de formule: BEA = C/(p – v). BEA = € 80.000/( € 12 – € 3,50 – € 1,50) = € 80.000/ € 7 = (afgerond) 11.429 producten . b De break-evenafzet is de afzet waarbij de nettowinst 0 of nihil is: de kosten zijn dan gelijk aan de opbrengsten. Om de break-evenafzet te bepalen, tekenen we de opbrengstenlijn en de kostenlijn. Waar deze lijnen elkaar snijden, ligt het break-evenpunt. De lijn van de totale kosten (TK-lijn) vinden we door de constante kosten en de variabele kosten bij elkaar op te tellen. De constante kosten zijn onafhankelijk van de afzet: bij elke verkoopomvang zijn de constante kosten € 80.000. Daardoor loopt de lijn die de constante kosten weergeeft evenwijdig aan de x-as op een hoogte van € 80.000. Omdat we aannemen dat de variabele kosten proportioneel zijn, is de lijn die de totale varia- bele kosten weergeeft een rechte lijn en is ook de lijn die de totale kosten weergeeft een rechte lijn. Om een rechte lijn te tekenen, hebben we minimaal twee punten nodig. We berekenen de totale kosten bij bijvoorbeeld een afzet van 0 producten en bij een afzet van 20.000 produc- ten. Bij een afzet van 0 zijn de totale kosten gelijk aan de constante kosten van € 80.000 (de va- riabele kosten zijn dan € 0). Bij een afzet van 20.000 producten zijn de totale kosten: Constante kosten € 80.000 Variabele kosten: 20.000 € 5 = € 100.000

Hoofdstuk 26 Break-evenanalyse

Totale kosten

180.000

We hebben nu twee punten aan de hand waarvan we de lijn kunnen tekenen. Bij een afzet van 0 zijn de totale kosten € 80.000 en bij een afzet van 20.000 zijn ze € 180.000. Als we deze twee punten door een lijn verbinden, krijgen we de totale kostenlijn.

240

200

TK

€ 1.000

160

Totale kosten

120

80

40

0

0

2

4

6

8

10

12

14

16

18

20

Afzet 1.000

Om de TK-lijn te tekenen, kunnen we ook de TK-functie gebruiken. Deze functie geeft het verband tussen de totale kosten (TK) en de productie en/of afzet (= q van kwantiteit of hoe- veelheid). De totale kosten bestaan uit de variabele kosten die variëren met q en de constante kosten die onafhankelijk zijn van q. De variabele kosten per product zijn € 5 en de totale con-

CE

Management & Organisatie in Balans

345

Made with