CZW20120093

Werkprocessenmet de competenties van deze beroepsprestatie

Nummer en titel van het werkproces

Competenties bij het werkproces

3.1

K

Werkt aan eigen deskundigheidsbevordering en professionalisering

Vakdeskundigheid toepassen

3.2

E

stemt de werkzaamheden af

samenwerken en overleggen

Typering

Kinderdagverblijf aicha is vorige week begonnenmet haar stage bij de babygroep van het KDV. Tot nu toe heeft aicha voornamelijk huishoudelijk werk gedaan en heel goed rondgekeken. Ze heeft het dagprogramma goed bestudeerd en weet wat er gedaanmoet worden. Bij Magda, haar begeleidster, vraagt ze na of er bijzonderheden zijn voor die dag. “Niet veel bijzonders,” zegt Magda, “alleen shadé. Volgens haar moeder heeft zij vannacht weinig geslapen.” aicha besluit om regelmatig te gaan kijken bij shadé. Om 11.00 uur ziet aicha dat shadé op het speelkleed ligt te slapen. aicha vraagt aanMagda of ze aicha naar bedmag brengen. Ze is verbaasd als Magda zegt dat ze dat nog niet mag. “Ik zal jemorgen laten zien hoe wij de baby’s tillen en verplaatsen,” zegt Magda, ”daarna laat jemij zien hoe je dat doet. als dat goed gaat, mag jij ook de baby’s oppakken en in bed leggen.” Instelling voor zorgvragersmet een verstandelijke beperking Harald is stagiair binnen een instelling voor mensenmet een verstandelijke beperking. Op de woongroep is een cliënt die erg agressief kan reageren. soms ziet Harald een reden voor de reactie, maar meestal niet. Hij wil graag weten hoe hij met die agressie om kan gaan en ook of hij dit gedrag bij cliënten kan voorkomen. Tijdens het teamoverleg stelt Harald zijn vragen. Het blijkt dat meerdere collega’s dezelfde vragen hebben. Een collega zegt ook bang te worden van die agressieve cliënt. De teamcoördinator stelt voor ommet het hele team een speciale training te gaan volgen. Verpleeghuis Noëlla werkt als helpende op een somatische afdeling van een verpleeghuis. Ze is sinds een aantal maanden gediplomeerd. Vandaag heeft ze een functioneringsgesprek met haar leidinggevende Tineke. Ze heeft een lijstje gekregenmet een aantal gesprekspunten. Hier heeft Noëlla zich goed op voorbereid. “Hoe gaat het nu eigenlijk met je?” vraagt Tineke aan het begin van het gesprek. “Ik vind dat het steeds beter gaat,” zegt Noëlla. “Ik voel me prettig in het team, ik heb een goed contact met de zorgvragers. Ik kommet plezier. Ik hoor eigenlijk alleenmaar dat ik het goed doe.” “Dat heb ik ook gehoord,” zegt Tineke. “Heb je nog leerpunten?”

5

PROFEssIONaLIsEREN