00660490008

Bijlage 14 Niveaubepaling gespreksvaardigheid

❒ ❒ Je❒reageert❒adequaat❒op❒de❒uitingen❒van❒je❒ gesprekspartner(s)❒en❒vraagt❒zonodig❒naar❒meer❒ informatie❒of❒naar❒de❒bedoeling. ❒ ❒ Je❒ondersteunt❒je❒woorden❒met❒passend❒en❒ adequaat❒non-verbaal❒gedrag.❒

❒ ❒ Je❒taalgebruik❒is❒consequent❒en❒past❒binnen❒de❒ gegeven❒situatie❒qua❒toon,❒doel❒en❒genre.

Deelname❒aan: ❒ ❒ discussie ❒ ❒ debat

❒ ❒ overleg

❒ ❒ vakgesprek

❒ ❒ reflectiegesprek ❒ ❒ vraaggesprek

❒ ❒ ……………………..

❒ ❒ Kwalificerend

❒ ❒ Ontwikkelingsgericht

STAP 1 Bepaal het niveau van de opdracht en kruis in de betreffende kolom één van de (beroeps)producten aan. Bij een kwalificerende beoordeling dient het niveau van de opdracht te voldoen aan het vereiste niveau van de opleiding. Niveau 1F 2F 3F Omschrijving niveau opdracht Eenvoudig❒gesprek❒over❒vertrouwde❒onderwerpen❒in❒ het❒dagelijks❒leven❒op❒en❒buiten❒school.❒ Gesprek❒over❒alledaagse❒of❒niet-alledaagse❒ onderwerpen❒uit❒leefwereld❒en❒(beroeps-)opleiding,❒ waarin❒uiting❒gegeven❒wordt❒aan❒persoonlijke❒ mening,❒informatie❒uitgewisseld❒wordt❒en/of❒ gevoelens❒onder❒woorden❒worden❒gebracht. Gesprek❒over❒onderwerpen❒uit❒de❒(beroeps-) opleiding❒en/of❒van❒maatschappelijke❒aard,❒waarin❒ meerdere❒doelen❒bereikt❒moeten❒worden. Deelname❒aan: ❒ ❒ discussie ❒ ❒ overleg ❒ ❒ vakgesprek ❒ ❒ reflectiegesprek ❒ ❒ uitleg❒of❒instructie ❒ ❒ ………………………. Deelname❒aan: ❒ ❒ discussie ❒ ❒ overleg ❒ ❒ vakgesprek ❒ ❒ reflectiegesprek ❒ ❒ uitleg❒of❒instructie ❒ ❒ vraaggesprek ❒ ❒ …………………………………. Let daarbij op of DOEL/DOELEN bereikt zijn. ❒ ❒ Goed❒/❒Voldoende❒ ❒ GO❒(❒ga❒verder❒met❒❒beoordeling) ❒ ❒ Onvoldoende❒ ❒ NO❒GO❒(=❒cijfer❒1) GO? STAP 3 Kruis (1x per rij) het getoonde gedrag aan. Kenmerken taakuitvoering Afstemming op publiek ❒ ❒ Je❒past❒je❒taalgebruik❒aan❒aan❒je❒ gesprekspartner(s). ❒ ❒ Je❒maakt❒de❒juist❒keuze❒in❒het❒aanspreken❒van❒je❒ gesprekspartner(s)❒(formeel/informeel,❒woord- gebruik,❒dialect,❒jongerentaal❒etc.).

Criteria 1F* Criteria 2F* Criteria 3F* * De drie niveaus zijn cumulatief: een student op een hoger niveau beheerst alle vaardigheden die op een lager niveau genoemd worden. ❒ ❒ Je❒kunt❒je❒gesprekspartner(s)❒redelijk❒volgen,❒tenzij❒ ze❒voor❒onverwachte❒wendingen❒in❒het❒gesprek❒ zorgen. ❒ ❒ Je❒kunt❒je❒gesprekspartner(s)❒goed❒volgen,❒hun❒ spreekdoel❒herkennen❒en❒reacties❒schatten.❒ ❒ ❒ Je❒ondersteunt❒je❒woorden❒met❒non-verbaal❒ gedrag. ❒ ❒ Je❒ondersteunt❒je❒woorden❒met❒passend❒non- verbaal❒gedrag.❒

ROC

Opdracht

Opleiding:

Crebo:

Vereist niveau:

STAP 2 Stel vast of de student de opdracht inhoudelijk voldoende heeft uitgevoerd.

Niveaubepaling Gesprekken Nederlands 1F-2F-3F Naam student: Naam beoordelaar: (Beroeps) product n.a.v. opdracht

151 Bijlage 14 Niveaubepaling gespreksvaardigheid

Made with