Jakop Rigter - Basisboek psychologie

1.5  Hoe communiceren zenuwcellen met elkaar?

1.4.3 Een netwerk van zenuwcellen Onderling verbonden zenuwcellen vormen een netwerk (of circuit ). Een netwerk zorgt voor een specialisatie of stuurt een handeling aan. Sommige (neurale) netwer ken zijn aanwezig bij de geboorte, maar meestal ontstaan ze door oefening. Iemand die veel sudokupuzzels maakt, vormt een ‘sudoku-oplos-netwerk’. Iemand die veel gamet, maakt een sterk gamenetwerk aan. Als iemand zo’n sterk netwerk heeft, dan gaat hij vaker het gedrag vertonen dat erdoor wordt aangestuurd. Er bestaat dus een wisselwerking tussen de organisatie van onze hersenen en ons gedrag. Netwerken van zenuwcellen in onze hersenen sturen gedrag aan; en als ie mand hetzelfde gedrag veel oefent, zorgt dat ervoor dat een netwerk sterk wordt, en zovoort (Begley, 2007). Een (stevig) netwerk kan ook door een toevallige gebeurtenis ontstaan. Als een kind plotseling en heftig schrikt van een grote hond, kan hij daar lang last van houden omdat er een ‘enge-grote-hond-netwerk’ is aangelegd. In een netwerk is dus niet één individuele zenuwcel werkzaam, maar werken grote aantallen zenuwcellen samen. Lichaamscellen kennen dergelijke netwerken niet. Eerder beschreven we de hersenkwabben met hun (veronderstelde) specialisaties. Van netwerken weten we dat deze zich meestal uitstrekken over meerdere onderdelen van de hersenen, en dus niet beperkt zijn tot één onderdeel of kwab. Hoe communiceren zenuwcellen met elkaar? Er zijn twee communicatievormen bij zenuwcellen: met elektrische signalen en met chemische signalen. Het doorgeven van elektrische signalen speelt zich af binnen een zenuwcel. Daar werd hiervoor al op gewezen. Met chemische stofjes wordt informatie doorgegeven tussen zenuwcellen. 1.5.1 Elektrische communicatie Op de contactpuntjes van de dendrieten ontvangt de zenuwcel (chemische) signalen van andere zenuwcellen (neuronen). Als een zenuwcel een voldoende sterk signaal ontvangt, wordt dat omgezet in een elektrisch signaal. Zo’n golf van elektrische ont lading wordt ‘vuren’ of een actiepotentiaal genoemd. Dit signaal verplaatst zich langs de zenuwcel, van het hoofd (de dendrieten) naar de voet van de zenuwcel (axonuitein den). Als het elektrische signaal bij de axonuiteinden aankomt, dan bevindt zich daar een synaps . De synaps is de plek waar twee zenuwcellen met elkaar contact hebben en kunnen communiceren. Het zijn de contactpuntjes tussen de zenuwcellen. Aan de ene kant is er een axonplaatje, aan de andere kant een dendriet. Bij een synaps zijn altijd twee zenuwcellen betrokken: het presynaptisch neuron en het postsynaptisch neuron . Het presynaptisch neuron bevindt zich voor de synaps en verstuurt signalen vanaf het axonuiteinde naar de dendriet van het postsynaptisch neuron. De axon van de ene neuron raakt de andere neuron echter niet direct aan. Neuronen worden name lijk door een minuscuul smal spleetje, de synapsspleet , van elkaar gescheiden. 1.5

Onderling verbonden zenuwcellen vormen een (neuraal) netwerk (of circuit ). Een net werk zorgt voor een specialisatie of stuurt een handeling aan. Een netwerk kenmerkt zich door sterke en veelge bruikte verbindingen tussen zenuwcellen. Sommige netwerken zijn aanwezig bij de geboorte, maar meest al ontstaan ze door oefening. Netwerken verdwijnen weer als ze niet gebruikt worden.

Een actiepotentiaal is een elektrische ontla ding die zich verplaatst langs met name de axon van een zenuwcel. Het wordt ook wel vuren genoemd. Een synaps is de contactplaats tussen twee zenuwcellen. Het presynaptisch neuron bevindt zich voor een synaps. Deze zenuwcel geeft een elektrisch sig naal af dat vervolgens wordt opgevangen door de zenuwcel na de synaps. Deze heet het postsynaptisch neuron . De synapsspleet is een zeer smalle spleet die neuronen van elkaar scheidt en waarlangs neurotransmitters stromen.

39

Made with FlippingBook HTML5