00640840002

bEgElEIdErSINFOrMAtIE

vervorming van verschillende materialen beschrijven. 9. begrippen verklaren zoals: rek en stuik, neutrale lijn, minimale buigstraal, buigfactor en hun onderlinge relatie kennen. 10. de gestrekte lengten berekenen van 11. Vormveranderingen bij het buigen verklaren alsmede maatregelen nemen om deze te beperken. 12. Het begrip terugvering verklaren. 13. Factoren aangeven die terugvering beïnvloeden. 14. de invloed van de walsrichting aangeven m.b.t. de vervormbaarheid van het materiaal. 15. Voor zwenkbuigen, persbuigen en rolbuigen producttoepassingen beschrijven. 16. Voor zwenkbuigen, persbuigen en rolbuigen onderlinge voordelen en beperkingen omschrijven. verschillende materiaaldoorsneden met en zonder verschuiving van de neutrale lijn.

Plaat en ProfIel rolbuIgen

Praktijk 1. de machinekeuze maken met de daarbij behorende aandrijfsystemen in relatie tot het rolbuigen : – het rolbuigen van plaat in cilinder en kegelvormen – het rolbuigen van profiel en plat in bogen en hoepels 2. de rolbuigmethode kiezen en uitvoeren, afgestemd op de machinesoort en rekening houdend met:

– de uitvoering van het werkstuk – de beperkingen van sommige rolbuigmachines – de vorm- en maateisen

– de te gebruiken materiaalsoort en -dikte – walsrichting van het te buigen materiaal – de machinecapaciteit – de specifieke mogelijkheden, voor- en nadelen van de diverse machinesoorten

onderdeel: sterkteleer

de begrippen trek, druk, afschuiving, buiging, wringing en knik

theorie 1. Het begrip omvormtechniek omschrijven. 2. diverse omvormtechnieken noemen. 3. de technieken omschrijven zoals: vormsmeden, rekken, buigen, dieptrekken, verschuiven en torderen. 4. Het spanningsrek-diagram verklaren m.b.t. plastische en elastische vervorming in relatie tot verschillende metalen en de wet van Hooke. 5. begrippen beschrijven zoals: breuk-, vloei- en rekgrens e.d. 6. begrippen met hun onderlinge tegenstellingen benoemen zoals: sterk-zwak, bros-taai e.d. 7. begrippen aangeven in het spanningsrek-diagram zoals: sterk-zwak, bros-taai, hard-zacht e.d. 8. de invloed van temperatuur en/of arbeid tijdens

theorie 1. Het begrip materiaalspanningen omschrijven. 2. de volgende soorten spanning onderscheiden: trekspanning, drukspanning,schuifspanning, buigspanning, wringspanning en knikspanning. Eenvoudige berekeningen maken met betrekking tot trekspanning, drukspanning, schuifspanning en toelaatbare spanning.

theorie 1. berekeningen maken met belastingen op trek, druk en afschuiving.

16 Constructiewerker

Made with