00640840002

bEgElEIdErSINFOrMAtIE

6. de volgende begrippen omschrijven: rek, stuik, neutrale lijn, buighoek, terugveren, terugveerhoek en bewerkbaarheid. 7. de plaats van de neutrale lijn bij verschillende verhoudingen r inwendig (ri) en productdikte (t) toelichten. 8. de ware lengte berekenen, rekening houdend met een verplaatsing van de neutrale lijn. 9. Het begrip minimum-buigstraal (ri) toelichten. 10. de invloed van plaatdikte (afwijkingen) op de nauwkeurigheid van de bocht verklaren. 11. de invloed van materiaaldikte, materiaallengte en materiaalsoort op de buigcapaciteit omschrijven. 12. de volgende begrippen omschrijven: verloopstuk, centrisch, excentrisch, vierkant op rond, rechthoek op rond en varianten hierop. 13. de volgende begrippen omschrijven: aanronden, aanzet, overlap en vooropening. 14. Uitslagen van cilinder- en kegelvormige producten berekenen, rekening houdend met overlap en vooropening. 15. de wijze beschrijven waarop verloopstukken kunnen worden gemeten en gecontroleerd, afgestemd op de kwaliteitseisen. 16. de invloed van de walsrichting van plaat op de vervormbaarheid d.m.v. zwenkbuigen beschrijven. zwenkbuigen/Persbuigen 1. Het verband tussen werkstukafmetingen en uitgeslagen lengte verklaren. 2. kenmerkende verschillen tussen het zadelbuigen en het matrijsbuigen beschrijven. 3. Specifieke toepassingen van zadelbuigen en het matrijsbuigen beschrijven. 4. Het verband tussen de benodigde perskracht en de matrijsopening omschrijven. 5. de buigcapaciteit berekenen.

PraktIjk 1. Op basis van product, materiaalsoort en de capaciteit van de machine de werkwijze aangeven voor het: – Zwenkbuigen – Persbuigen – rolbuigen

theorIe

algemeen 1. Aan de hand van een werktekening een werkplan opstellen, gericht op de fabricage van werkstukken. Hierbij dient het volgende te worden aangegeven: – de juiste werkvolgorde – Materiaalaanvoer (onderdeel van de logistiek) – de voorbewerkingen en scheidende technieken en de voorbewerkingen van de afzonderlijke onderdelen (stellen en aflassen) – de wiskundige berekeningen die hierbij moeten worden uitgevoerd – de meetgereedschappen en de meetmethode(n) voor het meten van lengtematen en vorm en plaatstolerantie – Afwerking en oppervlaktebehandeling 2. globaal het walsproces van plat- en profielmateriaal benoemen. 3. Materiaalaanduidingen van plaat-, plat- en profielmateriaal, staal en non-ferro, opzoeken in Euro-normen en NEN-bladen. 4. Handelsvormen, handelsafmetingen en toepassingen opzoeken van soorten staalplaat, plat- en profielmateriaal, roestvaste staalsoorten en non-ferromaterialen. 5. de vervormbaarheid van het materiaal aflezen uit de materiaalaanduidingen.

24 Constructiewerker

Made with