CZW20120204

CZW20120204

K

Beroepsprestatie 3.3 Versterken van het netwerk

Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg/specifieke doelgroepen | Niveau 4

Beroepsprestatie

3.3

Versterken van het netwerk (2012-pbgz-pbsd-bp3.3)

Opleiding:

Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg - Persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen

Niveau Fase 3

4

Artikelnummer CZW20120204

Colofon Deze uitgave is gerealiseerd onder verantwoordelijkheid van Stichting Consortium Beroepsonderwijs - Zorg & Welzijn & Assisterenden Gezondheidszorg

Directie en managementteam L. Fine B. Huijberts A. Pijnenburg

I. Rabelink M. Wouters

Ontwikkelteamleider J. Oost

Ontwikkelaar van deze fase F. van Schilt

Redactie A. Brink M. Brok

Ontwerp H. Witjes (Studio Blanche)

DTP Stichting Consortium Beroepsonderwijs/studio Blanche Juni 2013

Foto’s Stichting Consortium Beroepsonderwijs

Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat Stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties heeft geregeld. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

© 2013 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbe- stand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopie, opnamen of enige andere manier, zonder toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

Inhoud

Beroepsprestatie 3.3 .........................................................4

Werkprocessen met de bijbehorende competenties .................5

Typering . ........................................................................5

De opdracht .....................................................................7

Het resultaat. ...................................................................8

Beoordelingslijst...............................................................9

Daar waar zij staat, wordt ook hij bedoeld en omgekeerd. Waar cliënt staat, kan ook worden gelezen: zorgvrager, gehandicapte. Waar persoonlijk begeleider staat, wordt zowel persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg als persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen bedoeld.

Beroepsprestatie 3.3

Versterken van het netwerk

Werkprocessen met de competenties van deze beroepsprestatie

Nummer en titel van het werkproces

Competenties bij het werkproces

2.5

Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over het eigen leven B

Aansturen

H

Overtuigen en beïnvloeden

K

Vakdeskundigheid toepassen

2.6

C

Ondersteunt het sociale systeem

Begeleiden

K

Vakdeskundigheid toepassen

U

Omgaan met verandering en aanpassen

Typering Sebastiaan werkt als woonbegeleider bij het RIWB (Regionale Instelling Beschermd Wonen) de Westhoek, sinds hij de BBL-opleiding Persoonlijk Begeleider Specifieke Doelgroepen volgt. Sebastiaan is in de laatste fase van zijn opleiding. Sinds kort is hij persoonlijk begeleider van Anna. Zij is 22 jaar en een jaar geleden opgenomen met ernstige, depressieve klachten. De laatste tijd gaat het weer wat beter met haar. Ze is minder somber, minder passief en heeft de behoefte om zich wat meer onder de mensen te begeven. Samen met Sebastiaan heeft ze gekeken naar mogelijkheden om geschikte activiteiten op te pakken waarbij ze meer mensen buiten de Westhoek zou kunnen ontmoeten. Om die reden heeft Anna zich voor een schildercursus opgegeven. De schildercursus doet haar zichtbaar goed, ze gaat er graag naar toe. Bij de schildercursus heeft ze haar vriend ontmoet. Aanvankelijk hield ze de boot af, maar na een aantal gesprekken met Sebastiaan komt haar vriend op bezoek bij Anna. Iedereen reageerde positief op haar nieuwe relatie, ook haar ouders. De laatste tijd zijn haar ouders echter ongerust. Ze vragen zich af of het echt wel goed gaat met hun dochter, of zij niet te veel vrijheid heeft en of ze een relatie wel aankan. Daarnaast vinden zij het moeilijk dat kun dochter zelf mag bepalen wie zij op haar kamer ontvangt en dat daar nauwelijks controle op is. Ze zijn bang dat er gekke dingen gaan gebeuren en dan bedoelen ze vooral ’s nachts. Ze hebben contact opgenomen met Sebastiaan om over deze situatie te praten, het liefst zonder Anna….

5

VERSTERKEN VAN HET NETWERK

Als Persoonlijk Begeleider specifieke doelgroepen of Persoonlijk Begeleider gehandicaptenzorg begeleid je cliënten om naar eigen inzicht zoveel mogelijk de regie te voeren over hun eigen leven. Als de cliënt dit niet kan en hier tijdelijk hulp bij nodig heeft, dan coördineert de Persoonlijk Begeleider alle activiteiten rondom de cliënt. De Persoonlijk Begeleider is dan aanspreekpunt voor de cliënt en voor derden. Hij geeft ook informatie van de cliënt door aan betrokken hulpverleners. Als de cliënt zelf niet kan aangeven of hij tijdelijke hulp en/of ondersteuning nodig heeft, schakelt de Persoonlijk hulpverlener de familie, wettelijke vertegenwoordigers of deskundigen in.

Oriënteren en Plannen Overleg met je begeleider over je POP en de voorwaarden voor het uitvoeren van de opdracht in de beroepsprestatie. Bekijk de resultaten en de beoordelingslijst. Wanneer bepaalde bewijsstukken niet haalbaar zijn, zoek dan naar vervangende bewijsstukken. Soms is het nodig dat je een aanvullend bewijsstuk inlevert. Bespreek je keuze voor de bewijsstukken met je begeleider. Maak vervolgens je PAP. Leg een inleverdatum voor de resultaten vast.

GO / NO GO

Stap 1 en 2 van de Wegwijzer zijn aangetoond.

PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG - PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN - Fase 3 6

De moeilijkheidsgraad van de opdracht staat in de tabel hieronder aangegeven.

De mate van complexiteit van de beroepssituatie

De mate van zelfsturing

De mate van verantwoordelijkheid voor

gesloten context

geleid

uitvoering van eigen takenpakket jouw samenwerking met collega’s de hele zorg- en begeleidingscyclus aansturing van collega’s op hetzelfde of lager niveau

open context

begeleid

complexe context

zelfstandig

De opdracht

A. De totale opdracht De totale opdracht voer je uit in de beroepspraktijk. Je competenties op het gebied van de cliënt ondersteunen bij het voeren van de regie over het eigen leven en het ondersteunen van het sociale systeem, worden beoordeeld met behulp van de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie. Maak hierover afspraken met je beoordelaars.

Je werkt daarnaast aan onderstaande specifieke opdrachten.

B. Regie over eigen leven Je gaat je gericht verdiepen in hoe één van je cliënten zijn autonomie kan vergroten of verbeteren. Je schrijft hiervoor een voorstel of advies in overleg met de cliënt of wettelijke vertegenwoordigers en het sociale netwerk, waarin jouw deskundigheid en expertise duidelijk naar voren komen. C. Ondersteunen van het sociale systeem Op basis van je voorstel of advies voer je gesprekken met de cliënt en of wettelijke vertegenwoordigers en het sociale netwerk om jouw deskundigheid en expertise over te dragen.

Als je kiest voor een vervangende of aanvullende opdracht, let er dan op dat deze voldoet aan de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

7

VERSTERKEN VAN HET NETWERK

Het resultaat A. De afgetekende beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

Specifieke bewijsstukken B. Een verslag van je voorstel of advies om de autonomie van de cliënt te vergroten. WP 2.5: B, H, K. C. Een bewijsstuk waarin de overdracht aan het sociale systeem van jouw expertise en deskundigheid zichtbaar is. WP 2.6: C, K, U.

Vervangende of aanvullende bewijsstukken – – – –

Neem de bewijsstukken op in je portfolio.

PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG - PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN - Fase 3 8

Beoordelingslijst

beroepsprestatie 3.3 Versterken van het netwerk (2012-pbgz-pbsd-bp3.3)

Naam student:

Datum:

Opleiding: Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg/specifieke doelgroepen

Cohort:

Fase:

voldoende goed

Prestatie-indicatoren

onvoldoende

Competenties

Kwalificerend

- componenten

Werkproces 2.5 Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over het eigen leven

P Dit betekent dat: • je informatie en aanwijzingen geeft aan collega’s, deskundigen en mensen uit het sociale systeem • je (resultaatgerichte) afspraken maakt met collega’s, deskundigen en het sociale netwerk van de cliënt zodat: • de cliënt geholpen is een zo optimale regie te voeren over zijn leven, al dan niet met hulp van het sociale systeem. T Dit betekent dat: • je deskundig en actief een gesprek of discussie leidt • je actief invloed uitoefent op het verloop van een gesprek of discussie • je in staat bent verschillende benaderingen tot elkaar te brengen • je onderhandelingstechnieken kunt toepassen zodat: • je draagvlak en betrokkenheid creëert voor de manier waarop de regie gevoerd wordt over het leven van de cliënt.

B Aansturen

– richting geven – instructie en aanwijzingen geven

H Overtuigen en beïnvloeden

– gesprekken richting geven – onderhandelen – overeenstemming nastreven

9

VERSTERKEN VAN HET NETWERK

Prestatie-indicatoren

voldoende goed

Competenties

Kwalificerend

onvoldoende

- componenten

T Dit betekent dat: • je gesprekstechnieken en begeleidingstechnieken kunt toepassen • je relevante onderdelen van jouw expertise overdraagt aan betrokkenen • je de cliënt en andere betrokkenen stimuleert in actie te komen zodat: • de cliënt steeds meer de regie gaat voeren over zijn leven • betrokkenen de gewenste ondersteuning kunnen bieden. T Dit betekent dat: • je gericht advies geeft aan mensen uit het sociale netwerk van de cliënt over uitvoering en ondersteuning • je mensen uit het sociale netwerk mogelijkheden biedt een actieve rol te spelen in de ondersteuning van de cliënt zodat: • zij een rol kunnen en willen spelen in de ondersteuning van de cliënt. T Dit betekent dat: • je expertise met betrekking tot de aanpak en begeleiding van de cliënt overdraagt aan mensen uit het sociale netwerk van de cliënt • je kennis van het ziektebeeld van de cliënt overdraagt aan mensen uit het sociale netwerkwerk van de cliënt

K Vakdeskundigheid toepassen

–– vakspecifiek mentale vermogens aanwenden –– expertise delen

Werkproces 2.6 Ondersteunt het sociale systeem

C Begeleiden

–– adviseren –– coachen

K Vakdeskundigheid toepassen

–– expertise delen

zodat: • mensen uit het sociale netwerk de cliënten kunnen begeleiden en ondersteunen.

P Dit betekent dat: • je je gedrag en omgangsvormen aanpast aan betrokkenen uit het sociale netwerk van de cliënt • je je communicatie aanpast aan de gesprekspartners • je rekening houdt met cultuurverschillen

U Omgaan met

verandering en aanpassen

–– met diversiteit (tussen

zodat: • er een samenwerkingsrelatie ontstaat tussen alle betrokkenen van het sociale netwerk van de cliënt.

mensen) om kunnen gaan

10

PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG - PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN - Fase 3

onvoldoende

voldoende goed

Bewijsstukken Kwalificerend

A.

De afgetekende beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

Specifieke bewijsstukken:

Werkprocessen Competenties

2.5

B - H - K

B. Een verslag van je voorstel of advies om de autonomie van de cliënt te vergroten. C. Een bewijsstuk waarin de overdracht aan het sociale systeem van jouw expertise en deskundigheid zichtbaar is.

2.6

C - K - U

Aanvullende of vervangende bewijsstukken:

Werkprocessen Competenties

Cesuur In deze beroepsprestatie zijn de competenties binnen de werkprocessen op het vereiste beheersingsniveau aangetoond.  ja  nee

11

VERSTERKEN VAN HET NETWERK

Onderbouwing van de beoordeling met voorbeelden die in verband staan met de prestatie-indicatoren

Indien de student competenties binnen een werkproces onvoldoende heeft aangetoond, geef dan op het niveau van de prestatie-indicator aan wat de oorzaak daarvan is.

De beoordelaars van de beroepsprestatie 3.3 Versterken van het netwerk (2012-pbgz-pbsd-bp3.3) zijn:

Naam en telefoonnummer van de instelling (stempel)

Naam beoordelaar

Functie beoordelaar

Handtekening

Naam en telefoonnummer van de instelling (stempel)

Naam beoordelaar

Functie beoordelaar

Handtekening

Naam student

Handtekening

PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG - PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN - Fase 3 12

Verpleegkundige Kompas

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Zorghulp Niveau 1

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Helpende Zorg & Welzijn Niveau 2

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Verzorgende Niveau 3

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Verpleegkundige Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Medewerker maatschappelijke zorg Niveau 3

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1 Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk Kompas Competentiewijzer 1.1 Informatie verwerken 1.2 Ondersteunen in de leefomgeving 1.3 Ondersteunen bij activiteiten 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften Fase 2 2.1 Omgaan met grensoverschrijdend gedrag 2.2 Begeleiden van een groep Proeve Competentiewijzer Verpleegkundige Kompas 2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk Fase 2 Proeve Competentiewijzer Proeve Competentiewijzer

Persoonlijke begeleider gehandicaptenzorg Niveau 4

Persoonlijke begeleider specifieke doelgroepen Niveau 4

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Pedagogisch medewerker kinderopvang Niveau 3

Proeve Competentiewijzer

Overzicht beroepsprestaties Zorg en Welzijn - 2012 Proeve Competentiewijzer Verpleegkundige Kompas

Verpleegkundige Kompas 2.3 Bevorderen van de leefomgeving 2.4 Geven van advies en voorlichting 2.5 Plannen en uitvoeren van verpleegtechnische va rdigheden (alleen voor PBGZ) Proeve Verantwoordingsverslag en Assessmentgesprek Fase 3 3.1 Bevorderen van dagbesteding 2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk Proeve Competentiewijzer Fase 2 Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3 Proeve Competentiewijzer 1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1 Proeve Competentiewijzer Verpleegkundige Kompas

Gespecialiseerd pedagogisch medewerker KO - Niveau 4

Pedagogisch medewerker JZ - Niveau 4

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk 3.2 Verdiepen in de doelgroep 3.3 Versterken van het netwerk 3.4 Coördineren van de begeleiding Proeve Verantwoordingsverslag en Assessmentgesprek Proeve Competentiewijzer Proeve Competentiewijzer Verpleegkundige Kompas

Onderwijsassistent Niveau 4

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Sociaal cultureel werker Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Sociaal-maatschappelijk dienstverlener Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Een uitgave van:

Artikelnummer: CZW20120204

Made with