00640840009

Begeleidersinformatie

Werken met het referentiekader Meijerink Taal en Rekenen Voor MBO-opleidingen geldt het Referentiekader Taal en Rekenen van de commissie Meijerink. Hierin staat beschreven wat studenten op verschillende momenten in hun schoolloopbaan op het gebied van taal en rekenen moeten kennen en kunnen. Daarmee wordt het referentiekader een leidraad voor docenten en onderwijsprogramma’s en vormt het de basis voor doorlopende leerlijnen taal en rekenen. Het doel van de invoering van de referentieniveaus is het verbeteren van de taal- en rekenvaardigheden bij studenten. Voor de beroeps- en projecttaken is niveau 2F vereist. Taalkaarten Nederlands Voor de beroeps- en projecttaken heeft het Consortium Taalkaarten ontwikkeld, die aansluiten op de vaardigheden en subvaardigheden van het referentiekader Meijerink. De taalkaarten geven de student en docent een beknopt overzicht aan welke eisen de talige producten van de beroeps- en projecttaken moeten voldoen. Ze bieden ook een aanknopingspunt voor het ontwikkelen van lesprogramma’s en toetsing. In de begeleidershandleiding zijn suggesties voor het gebruik van taalkaarten aangegeven.

De Taalkaarten Nederlands zijn ontwikkeld voor de volgende taalvaardigheden:

Spreken/Gesprekken voeren 1. Reflectiegesprek 2. Functioneringsgesprek 3. Telefoneren 4. Werkoverleg en vergaderen 5. Discussie 6. Presenteren 7. Sollicitatiegesprek

Luisteren 8. Luisteren naar mondelinge instructies 9. Luisteren bij werkoverleg/vergadering

Lezen 10. Samenvatten (hoofd- en bijzaken) 11. Lezen van handleidingen en instructies 12. Schema’s /tabellen en grafieken

Schrijven 13. Zakelijke e-mail 14. Zakelijke brief

10 Allround Constructiewerker

Made with