F-pupillen
|
51
Sancties
Soms ontkom je er niet aan een speler die voortdurend regels overtreedt te
bestraffen. De afspraak was: een beetje dollen in de kleedkamer mag –
maar zodra de coach het woord neemt, is het stil. Is het niet stil, vliegt er
nog een schoen door de ruimte en was er al gewaarschuwd? Sommige
coaches laten de oproerkraaier even buiten de kleedkamer wachten, zodat
deze de wedstrijdbespreking mist. Vraag jezelf af of dit een goede sanctie
is. Spelers vinden het vervelend – maar is het verstandig een kind geheel
buiten de groep te plaatsen? Mag je hem iets afnemen waar hij plezier aan
beleeft? Reageer niet emotioneel en laat hem de ballen ophalen, het
materiaal opruimen of de kleedkamer aanvegen.
Een sanctie werkt alleen als de gestrafte de sanctie van tevoren kent en als
vervelend ervaart. Het vervelende voor jóu is dat elke sanctie bijwerkingen
heeft voor het team. ‘Goede’ sancties bedenken is moeilijk, juist daarom is
het belangrijk daar van tevoren over na te denken. Doe je dit niet, dan is de
kans aanwezig dat je op het moment zelf geen passende sanctie weet en
niets doet – of iets buitenproportioneels. Vergeet ondertussen niet aan
dacht te geven aan kinderen die zich wel aan afspraken houden. Zij komen
soms te kort.
Opstelling
Aan de opstelling schenken coaches graag veel aandacht. Maar zo vlak
voor de wedstrijd kun je het bij F-pupillen beter kort houden – de concen
tratie is beperkt. Op andere momenten kun je ze er meer bij betrekken en
hun mening vragen. Zo krijg je gaande het seizoen een opstelling waar
iedereen zich prettig bij voelt.
Maak de opstelling niet pas op het laatste moment, neem er de tijd voor.
Doe dit altijd bij de start van de korte wedstrijdbespreking vooraf. Hecht er
niet teveel belang aan. Rouleer de spelers liever langs posities.
Toon de opstelling op een magneetbord, dan ziet iedereen zijn plek. Met
pasfotootjes van de spelers op ronde magneetjes gaat de opstelling pas
echt leven. Bekertjes op de vloer kunnen ook. Accepteer dat je deze
opstelling alleen aan het begin van de wedstrijd en direct na de rust zult
herkennen. Maak het vooral niet te belangrijk. Zeg er wel bij: verdedigers
doen altijd mee met het aanvallen – en aanvallers helpen altijd mee met
het verdedigen.