COMPETENTIEWIJZER
19
Competentie R: Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten
Werkprocessen:
1.1 Inventariseert de vraag naar sociaal-cultureel werk
(BP 1.2, BP 1.4, BP 3.1, Proeve fase 2 en 3,
Verantwoordingsverslag fase 2)
Componenten:
behoeften en verwachtingen achterhalen
Eindgedrag:
Je neemt op een actieve en laagdrempelige wijze contact op met de doelgroepen in je werkgebied.
1.2 Maakt een plan van aanpak voor projecten of activiteiten
(BP 1.3, BP 1.4, BP 2.5, Proeve fase 2)
Componenten:
aansluiten bij behoeften en verwachtingen
Eindgedrag:
Je plan van aanpak sluit zoveel mogelijk aan bij de behoefte van individuen/groepen.
2.2 Bereidt projecten of activiteiten voor
(BP 1.2, BP 1.3, BP 2.5, Proeve fase 2)
Componenten:
aansluiten bij behoeften en verwachtingen
Eindgedrag:
Je bespreekt met de cliënt/groep geplande project(en).
2.3 Begeleidt SCW-deelnemers tijdens activiteiten
(BP 1.1, BP 1.4, Proeve fase 2)
Componenten:
klanttevredenheid in de gaten houden
Eindgedrag:
Je checkt tijdens de activiteit regelmatig of de deelnemers tevreden zijn.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
•
•
gesprekstechnieken
•
•
de sociale kaart
•
•
de doelgroepen uit je werkgebied
•
•
de psychologie in relatie tot
doelgroepen
•
•
observatiemethodieken
•
•
de fasen van methodisch handelen
•
•
groepsprocessen
•
•
de Nederlandse taal op 3F niveau
•
•
een moderne vreemde taal
•
•
ICT-vaardigheden
•
•
...............................................
•
•
een vertrouwensrelatie aangaan en
onderhouden
•
•
gesprekken voeren
•
•
inleven in anderen
•
•
behoeften en verwachtingen achterhalen
en erbij aansluiten
•
•
cliënttevredenheid peilen en observeren
•
•
communiceren in helder Nederlands,
afgestemd op de doelgroep
•
•
adequaat communiceren met de doelgroep/
SCW-deelnemer
•
•
actief luisteren
•
•
rekening houden met de levensfase en de
achtergrond van waaruit de doelgroep komt
•
•
je mondeling en schriftelijk in de
Nederlandse taal uitdrukken op 3F niveau
•
•
je mondeling en schriftelijk in een moderne
vreemde taal uitdrukken
•
•
ICT-vaardigheden toepassen
•
•
.......................................................
•
•
communicatief
•
•
klantvriendelijk
•
•
kwaliteits-
bewust
•
•
doelgericht
•
•
planmatig
•
•
zorgvuldig
•
•
alert
•
•
empathisch
•
•
coöperatief
•
•
...................