15
STAP 3 VOORBEREIDEN
15 Moet je de instelling van de apparatuur wijzigen bij het
aanbrengen van de tweede laag? Zo ja, waar bestaat die
wijziging uit?
16 Een hoeklas is aangegeven met een a-hoogte 3 mm. De las
heeft uiteindelijk een a-hoogte van 4 mm. Bereken:
a Hoeveel cm
3
lasmateriaal er per meter laslengte meer
neergesmolten werd dan noodzakelijk was.
b Hoe groot het verschil is in procenten.
17 Bij welk koolstofpercentage is staal nog lasbaar zonder
speciale voorzorgsmaatregelen?
18 Wat gebeurt er wanneer je staal met een hoog
koolstofpercentage last?
19 Welke maatregelen moet je nemen als je moet lassen aan een
werkstuk dat gemaakt is van staal C45?
Er zijn 6 oefeningen hoeklassen, telkens in een andere laspositie. Je
vindt deze op de tekeningen BMBE2-94300-12-02 t/m 07. Je kunt
ook aan je praktijkopleider vragen naar een vergelijkbare opdracht.
Bekijk de tekeningen van de opdrachten en voer de onderstaande
activiteiten uit voordat je met de oefeningen begint.
20 Maak een materiaal- / zaaglijst aan de hand van de tekeningen
van de oefeningen.
21 Maak een lijst van de lasnaadvormen en zet daar de waarden
van de instellingen in, zoals spanning en draadsnelheid.
22 Controleer of de lasapparatuur is aangesloten en ingeschakeld.
23 Controleer of de gastoevoerafsluiter geopend is.
2
Uitvoeren oefening
Je hebt nu alle voorbereidingen van deze oefeningen doorlopen. Je
kunt nu beginnen met het uitvoeren van de praktijkoefeningen.
1 Stel de lasapparatuur op de juiste waarden in, vraag zonodig in-
structie aan je praktijkopleider.
2 Laat één en ander controleren door de praktijkopleider.
3 Ga pas na overleg met je praktijkopleider de lasoefeningen
maken.
4 Maak het/de werkstuk(ken) volgens de gegevens van de
tekeningen.
5 Haal de lasspatten en bramen weg.
6 Laat de praktijkopleider het resultaat van elke oefening zien
voordat je met de volgende begint.