CZW20120018 - page 9

PLaNMaTIG VERPLEGEN 1
7
Marcel vertelt over de begeleidingsplannen in het gezinsvervangend tehuis: “Ik kwam
er al snel achter dat bij het opstellen van het begeleidingsplan van de bewoners hun
levensverhaal erg belangrijk is. Volgens mij kun je hierdoor goed aansluiten bij het
leefpatroon van de bewoner. Wanneer ik een begeleidingsplan opstel, kijk ik altijd naar
het verleden. Ik haal daar heel veel uit. Ik zie daarin de bewoner van nu terug. Een plan
opstellen doe je voor de zorg van nu én voor de toekomst. Dat is mooi om te zien. Op die
manier draag ik mijn steentje bij aan de levenslijn van een bewoner.”
Janine vertelt over de zorgleefplannen in het verzorgingshuis waar zij stage loopt: “In een
zorgleefplan wordt gekeken naar een zo prettigmogelijk leven van de zorgvrager in het
tehuis. Niet de zorgproblemen zijn uitgangspunt, maar wel hoe iemand leeft en wat hij
daarbij nodig heeft. Dat is soms best wel eens lastig. Mw. Brander, bijvoorbeeld, slaapt het
liefst uit en komt pas om 11 uur uit bed. Dat is ze zo gewend. ’s avonds blijft ze graag laat
op, maar dan slaapt iedereen al. Ze belt dan steeds omdat ze toch om een praatje verlegen
zit. als we de tijd hebben dan gaan we ook wel naar haar toe, maar dat lukt niet altijd. Het
valt niet mee om binnen het huidige budget het iedereen naar de zin temaken.”
Oriënteren en Plannen
Overlegmet je begeleider over je POP en de voorwaarden voor het uitvoeren van de opdracht
in de beroepsprestatie. Bekijk de resultaten en de beoordelingslijst. Wanneer bepaalde
bewijsstukken niet haalbaar zijn, zoek dan naar vervangende bewijsstukken. soms is het nodig
dat je een aanvullend bewijsstuk inlevert. Bespreek je keuze voor de bewijsstukkenmet je
begeleider. Maak vervolgens je PaP. Leg een inleverdatum voor de resultaten vast.
stap 1 en 2 van de Wegwijzer zijn aangetoond.
GO / NO GO
Demoeilijkheidsgraad van de opdracht staat in de tabel hieronder aangegeven.
Demate van
complexiteit van de
beroepssituatie
Demate van
zelfsturing
Demate van
verantwoordelijkheid
voor
gesloten context
geleid
uitvoering van eigen takenpakket
open context
begeleid
jouw samenwerkingmet collega’s
complexe context
zelfstandig
de hele zorg- en begeleidingscyclus
aansturing van collega’s op hetzelfde
of lager niveau
1,2,3,4,5,6,7,8 10,11,12,13,14,15,16,17,18
Powered by FlippingBook