5
INTRODUCTIE
Op het dashboard van de auto van mevrouw Jansen is het
indicatielampje voor het uitvoeren van onderhoud aan de auto gaan
branden. De auto is aan een onderhoudsbeurt toe. Mevrouw Jansen
heeft bij de receptionist een afspraak gemaakt en heeft de auto bij
de garage aangeboden. Jij moet de onderhoudsbeurt uitvoeren. Je
werkt met een controlelijst waarop vermeld staat welke controles en
werkzaamheden je moet uitvoeren. Wanneer er extra
werkzaamheden naar voren komen, meld je dit aan de receptionist.
Het is belangrijk dat je het werk binnen de door de importeur
vastgestelde tijd (flaterate) uitvoert. In deze beroepstaak leer je hoe
je systematisch en op logische wijze controles en werkzaamheden
bij een onderhoudsbeurt uitvoert.
Onderhoudsbeurt
Wat moet je kennen?
• Kennis van de volgende constructies en begrippen:
• Onderhoudsintervallen
• Servicebeurt
• Onderhoudsbeurt
• Onderhoudsbeurt met supplementen
Wat moet je kunnen in de praktijk:
• Het werken met controlelijsten
• Het controleren van het voertuig
• Het uitvoeren van een servicebeurt
• Het uitvoeren van een onderhoudsbeurt
• Het uitvoeren van een onderhoudsbeurt met supplemente
Als je deze taken goed uitvoert, werk je vanzelf aan de competenties die je moet
bezitten om een goed vakman te worden.
In de monitor kun je zien aan welke werkprocessen en competenties je in de
verschillende stappen werkt. In iedere stap letten de beoordelaars vooral op de
competenties die
vet gedrukt zijn
.
Als je moeilijke woorden tegenkomt, zoek je de betekenis op. Je
schrijft ze op en bewaart ze op alfabetische volgorde in je map.
Opmerking: Als er staat: ‘overleg met je basisgroep’ overleg je dat
met je begeleider. Hij geeft aan of je alleen, met zijn tweeën of met
je basisgroep moet samenwerken.