Background Image
Table of Contents Table of Contents
Previous Page  44 / 102 Next Page
Basic version Information
Show Menu
Previous Page 44 / 102 Next Page
Page Background

44

plaatwerker

Oefening persbuigen (kanten)

Bij de vorige oefeningen heb je plaatmateriaal omgevormd met een zwenkbuig-

machine. Het persbuigen of kanten is een andere methode van zetten.

Het plaatmateriaal wordt in een matrijs geperst waardoor het de gewenste

vorm krijgt. Om met de kantbank te leren werken, ga je een aantal oefeningen

maken.

De instelling van de machine is daarbij natuurlijk heel belangrijk.

Bij de kantbank is het nog belangrijker om op de veiligheid te letten dan bij

de zwenkbuigmachine. Moderne hydraulische kantbanken zijn meestal goed

beveiligd. Toch moet je ervoor zorgen dat je vingers of handen niet tussen

stempel en matrijs bekneld raken.

Beveiligingen werken niet altijd even goed, dus vertrouw daar niet op!

Voorbereiding oefening

1. Ga na welk type kantpers in het bedrijf/werkplaats staat waar je werkt. Maak

een korte omschrijving over de werking van de machine. Licht een en ander toe

met tekeningen en/of foto’s.

2. Zoek op internet, in boeken of in documentatie van machineleveranciers

welke types kantpersen er nog meer zijn.

Probeer de verschillen tussen de machines aan te geven.

3. Waarvan is de keuze van het bovenstempel afhankelijk?

4. Leg ook uit waarvan de keuze van de ondermatrijs afhankelijk is.

5. Hoe wordt de benodigde groefwijdte van de matrijs bepaald?

6. In vorige buigoefeningen heb je al moeten werken met de correctiewaarde

om de uitslagenlengte bepalen. Door welke factoren wordt de correctiewaarde

beïnvloed?

7. Bij welke groefwijdte is de correctiewaarde 0?

8. Bij het instellen van een kantbank moet de buigdiepte en de perskracht

ingesteld worden. Waarvan zijn deze afhankelijk?

9. Beschrijf de gevolgen van een te kleine groefwijdte.

10. Wat zijn de gevolgen van een te grote groefwijdte?

11. Beschrijf de functie van de achteraanslag.

12. Als er meerdere buigingen aan een product gedaan moeten worden, is het

belangrijk om van tevoren de buigvolgorde vast te stellen. Leg uit waarom.

Er zijn zeven oefeningen voor het persbuigen. Je vindt ze op de tekeningen:

330-322-2/1 tot en met 2/7.

Je kunt ook aan de praktijkopleider tekeningen vragen van werkstukken die jij

moet persbuigen. Als er geen werkstukken voorhanden zijn, maak dan gebruik

van bovengenoemde tekeningen.

Voer onderstaande activiteiten uit voor de verschillende buigoefeningen. Bekijk

de tekening van de oefening die je nu gaat maken.