Verzorgende-IG
Fase 1
49
1.11 Evalueert de zorgverlening
D Aandacht en begrip tonen
J Formuleren en rapporteren
M Analyseren
1
Oriënteren
Typering van deze beroepsprestatie
Wanneer mensen zich thuis niet goed meer kunnen redden, wordt de thuiszorg vaak als eerste
ingeschakeld. De thuiszorg ondersteunt de zorgvrager en de mantelzorger in de zelfredzaamheid om
met een beperking, handicap of stoornis zolang mogelijk thuis te kunnen blijven wonen.
Verder kennen we kleinschalige woonvoorzieningen en leefstijlgroepen waar belevingsgerichte
zorg en de persoonlijke leefstijl uitgangspunt zijn. Groepen zorgvragers vormen een dynamisch
huishouden. Jij als verzorgende bent onderdeel van dat huishouden. Waar het kan betrek je de
zorgvrager bij huishoudelijke taken en de inrichting van de woonsituatie. Ook doe je een beroep
op mantelzorgers door hun uit te nodigen om koffie te komen drinken, mee te eten, te helpen met
de verzorging of een uitstapje te regelen. Op deze manier ontstaat een gezellige, uitnodigende
omgeving met vertrouwde contacten waar de zorgvragers zich prettig bij voelen. Jij bent betrokken
bij huishoudelijke taken en het creëren van een gezellige, warme woonomgeving.
Om na te gaan of je de woon- en leefstijlzorg volgens de wensen en behoeften van de zorgvragers
uitvoert en voldoende oog hebt voor de draagkracht van de betrokken mantelzorgers, evalueer je
regelmatig en maak je hiervan een rapportage.
Josien heeft een evaluatiegesprek met Evelien Daniels en haar moeder. Evelien heeft bewust gekozen voor
het single ouderschap en is acht dagen geleden bevallen van een gezonde zoon. Vandaag is de laatste dag
dat Josien kraamzorg verleent aan Evelien. Gelukkig logeerde mevrouw Daniels, de moeder van Evelien, er
ook. Zij vertroetelde Evelien en deed grotendeels het huishouden. Daarnaast had zij veel aandacht voor Bart,
de tweejarige zoon van Evelien.
Bij een kopje koffie evalueert ze het kraamzorgplan. “Ik kan nu weer voor mezelf en de kinderen zorgen,”
zegt Evelien tevreden, “maar zwaardere huishoudelijke taken durf ik nog niet aan.” Josien legt uit dat dat
ook niet verstandig is in verband met de bekkeninstabiliteit waar Evelien veel last van had tijdens de zwan-
gerschap. Haar moeder vertelt dat ze weer terug naar huis moet en door de afstand niet meer iedere dag
kan langskomen. Josien spreekt af dat ze met haar collega’s van de thuiszorg zal overleggen over verdere
ondersteuning bij het huishoudelijk werk. Josien legt dit vast in het kraamzorgplan.
Het is 10 uur en Teun drinkt een kopje koffie met de zes bewoners van de Cyclaam, een kleinschalige
woonvorm voor psychogeriatrische ouderen. “Wat zullen we eten vanmiddag?” vraagt hij aan de bewoners. Na
een discussie wordt besloten dat het andijviestamppot met blinde vinken gaat worden. “Lekker, dan wil ik er
ook augurken bij,” zegt meneer Koning.
“En wie gaat er mee boodschappen doen?”. Meneer Gradius staat al op. Hij geniet van een autoritje naar de
super. Wanneer ze terug zijn, helpt meneer Koning met het schillen van de aardappels. Mevrouw Samuels
kijkt naar de pruttelende vinkjes in de braadpan en zegt dat het veel lekkerder smaakt als het vers is en
zelfgemaakt. “Net als thuis,” zegt ze tevreden.
Je werkt met mensen met een verstandelijk beperking. Morgen is het de verjaardag van Gretha. Gretha wordt
24 en haar hele familie komt op bezoek. Ze vindt het spannend. Ze krijgt vast veel cadeautjes. Je gaat samen
met de groep allerlei verjaardagsinkopen doen. “Gretha, welk gebak zullen we kopen?” Het wordt aardbeien-
vlaai. “En mag er dan ook slagroom op?” vraagt ze. “Die kopen we er extra bij,” zeg je en Gretha begint breed
te lachen.